BRONBEEK'S HISTORIE VIERING 75-JARIG BESTAAN 1938 Op de plaats waar thans het Militaire Tehuis is, stond omstreeks 1830 een eenvoudige uitspanning op een stuk woeste heidegrond. Een kastelein had het huis laten bouwen en begon de grond te ontginnen dicht bij een in de buurt ontspringende bron, waaruit een beek door het landschap stroomde. Hieraan dankte het huis de naam "Bronbeek". De volgende eigenaar liet het eenvoudige huis in 1847 tot villa verbouwen, die in 1853 met het omringende terrein door Koning Willen III werd aangekocht, die het tot een klein paleis liet verbouwen. Aan het oorspronkelijke huis werden twee zijvleugels en een voorgalerij gebouwd. De voorgalerij gaf Bronbeek het aanzien van een Indisch huis. In 1859 schonk Willem III het landgoed aan de Staat, onder voorwaarde dat er een Tehuis voor gepensioneerde onder officieren en soldaten van de Koninklijke Landmacht die als gevolg van de dienst invalide waren geworden, in zou worden gevestigd. Het paleisje werd bestemd tot woon- en werkruimte voor de commandant van het Tehuis, terwijl voor de huisvesting van de oud-militairen op kosten van het Departement van Koloniën een nieuw gebouw werd opgetrokken, waarin een verpleeginrichting, rusthuis en museum werden gevestigd. Tevens werd hier een collectie ethnologische voorwerpen uit Indonesië ondergebracht. Vele van deze voorwerpen waren van de bewoners zelf afkomstig. Een afzonderlijke museum ruimte werd in de loop der jaren ingericht met objecten die betrekking hebben op belangrijke episoden uit de geschie denis van het KNIL. De militair-historische collectie in het Museum Bronbeek is uniek en bevat voorwerpen en documenten die betrekking hebben op de gehele periode van de Nederlandse aanwezig heid in de Indische archipel. Uitdrukkelijk was in de schenkingsacte bepaald dat aan het landgoed nooit een andere bestemming mocht worden gegeven dan voor het doel waarvoor het geschonken was en dat de Staat alle lasten ervan, te rekenen vanaf I jan. I860, zou betalen. Later werd de mogelijkheid geopend om oud gedienden van de Marine in het Tehuis op te nemen en sedert I jan. 1970 kunnen oud-militairen van de gehele Koninklijke Land- en Luchtmacht er worden opgenomen. De naam werd toen Koninklijk Tehuis voor oud-militairen Bronbeek. De eerste bewoners van het Tehuis, 31 in getal, vestigden zich er nadat op 19 febr. 1863 het Koloniaal Militair Invalidentehuis "Bronbeek" officieel was geopend. Het aantal oud-militairen, dat kortere of langere tijd in Bronbeek heeft gewoond, bedraagt thans meer dan 6.000. Tot Tot commandant van Bronbeek werden officieren benoemd, die zich in hun actieve dienst op bijzondere wijze hadden onderscheiden. De eerste commandant was luit.-kolonel J. C. J. Smits, de tegenwoordige is brigade-generaal W. Epke, die in de tijd toen bezuinigingen ook Bronbeek dreigden te treffen, het Tehuis open wist te houden. CH.M. Beelden van de viering van het 75-jarig bestaan van het Militair Tehuis Bronbeek in 1938. Linksboven: Luit.-Generaal A. Reynders, commandant van Bronbeek, houdt de herdenkingsrede voor het ruiterbeeld van Koning Willem III. Rechts boven: de versierde ingang van het Tehuis. Rechts onder: Generaal Van Drunen en vice-admiraal Quant leggen een krans aan de voet van het monument. In zijn toespraak zei de toenmalige commandant van Bronbeek onder meer: "Het Nederlandse volk is de oud-militair van het Kon. Ned. Ind. Leger grote dank verschuldigd. Met veel inspan ning en ontbering droeg hij het zijne er toe bij, in geheel Indië orde en rust te scheppen en te handhaven 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 13