Herinneringen Ketjil "MIJN LEVEN WAS MEER DAN ALLES" HARRYET MARSMAN: O BEN JE BELAZERD MAN. mrniihi Ze heeft altijd buiten gewoond en woont nu nog buiten in het Zuiden des lands. Ze kan niet tegen besloten ruimten met veei mensen, niette lang in ieder geval. Haar werktafel met schrijfmachine staat voor een raam dat uitziet op planten en struiken in de tuin die ze zelf heeft aangelegd. Met haar man Marius Marsman en een paar jaar na zijn overlijden woonde ze in Ossendrecht met een lap grond zo groot als een stadspark. Groenten, vruchten, bloemen, bomen, een kas met tropische planten. Onderhoud deed ze zelf, af en toe kwamen kinderen en kleinkinderen en hielpen met het zware werk, maar ook daarvoor bleef ze niet afhankelijk. Over haar leeftijd, 84 jaar, hoor je haar nooit praten, wel dat ze altijd tijd tekort komt. Ze heeft nog zoveel op te schrijven, haar leven is boordevol belevenissen geweest. Bitter en zoet, zon en donkere wolken, Harryet heeft alles genomen zoals het kwam. Met dankbaarheid maar ook met moed of gelatenheid. Op 27 en 28 mei zal Harryet Marsman in Diligentia aanwezig zijn om Tonnie Grosse haar leven te zien en horen spelen. Een déél van haar leven dan, want hoe kun je meer dan alles in twee uren verwerken? Er zijn nog plaatsen te krijgen bij Moesson, Prins Mauritslaan 36. Vanaf 20 mei kunt u alleen nog maar terecht aan het loket van Diligentia, Lange Voorhout 5, Den Haag. Dagelijks van 10.00-14.00 uur. Niet op Zo. en Ma. Tel. kassa 070 -68 18 51. Prijs f 20,- incl. garderobe. Aanvang 20.15 uur. Na de voorstelling foyer open tot 24.00 uur. Kawali, een flinke kampong in het regentschap Tjiamis en gelegen aan de weg Cheribon-Tasikmalaja, is voor enkele mannen van het 9e peloton een kampong die niet gauw vergeten zal worden. Vele herinneringen zijn daargeboren. Noem de naam van de kampong en zonder haperingen zullen zij verhalen over de vier weken van compleet omsingeld zijn door de vijand en over de drie dagen die aan de omsingeling voorafgingen. De Kawali-periode begon voor ze op 25 augustus 1947. Op die datum ver trokken ze in twee carriers vanuit Tasik met de meeste spoed naar Kawali ter versterking van 3-2 Rl die, door de steeds heviger wordende guerrilla activiteiten van de vijand, hopeloos in de moeilijkheden was gekomen met het bezet houden van Kawali en de bruggen noordelijk en zuidelijk daar van. Vooral de bezettingen van de bruggen noordelijk van Kawali waren dagelijks het doelwit van de peloppers. Bij aankomst van de carriers in Kawali werd er een direkt doorgestuurd naar de Baileybrug even buiten Kawali. Daar werd de mitrailleur voor de brug in stelling gebracht en de nacht naast de Vickers op de grond doorgebracht. Het enige dat die nacht werd waar genomen aan vijandelijke activiteiten waren de zuigende geluiden van enkele mortiergranaten die vlak achter de stelling, gelukkig als blindgangers, zich in de sawah boorden. Minder rustig was de nacht voor de bezetting van de 10 km noordelijker gelegen brug verlopen. Deze post had weer een nachtelijke beschieting te verduren gehad. Omdat deze post van uit de richting Cheribon over de weg niet meer te bereiken was (de vijand was daar weer heer en meester) en er al bij die brug drie doden en vier gewonden te betreuren waren werd er op 26 augustus besloten deze post en de post bij de brug even buiten Kawali op te heffen. De carrier bij de laatst genoemde brug kreeg de opdracht de noordelijkst ge legen bezetting op te halen. Ook daar werd bij aankomst direkt de mitrailleur in stelling gebracht. Een hoge tjot met een ruim schootsveld diende als stelling. Om onverklaarbare redenen werd pas de volgende dag tot terugtrekken over gegaan met gevolg dat weer een nacht naast de mitrailleur moest worden doorgebracht. Tegen het middaguur van de volgende dag werd de terug tocht aanvaard over de slechte en bochtige weg met z'n dicht begroeide hoge kanten. Halverwege reed het kleine konvooi in een hinderlaag. Om daar uit te komen moest een hevige strijd geleverd worden. Na het op geven van de strijd door de vijand waren aan onze kant ook weer doden en gewonden te betreuren. Verbitterd werd de rit naar Kawali voortgezet. In Kawali aangekomen werd met spoed een konvooi samengesteld om de gewonden naarTjiamis af te voeren (de doden zouden later naast de zout keet bij de aloon aloon voor tijdelijk begraven worden). Inmiddels werden, voor de overname van de gewonden bij de vernielde brug ten zuiden van Kawali, de andere door de vijand vernielde bruggen in de weg Kawali-Tjiamis door de genie voor jeeps berijdbaar gemaakt. Laat in de middag vertrok het gewondentrans- sport, een carrier voorop met de mitrailleur op scherp. Verder waren alle andere maatregelen voor eigen veiligheid aan de kant gezet; de ge wonden gingen voor alles. Zonder incidenten keerde het transport veilig in Kawali terug. Hierna volgde een periode van vier weken totaal inge sloten zitten. Bovenstaand geeft summier het ge beuren in en rondom Kawali weer. 1 50 Man telde de sterkte in Kawali, met allen dezelfde herinneringen aan die weken. Maar een sobatvan het negen de heeft een extra, nooit te vergeten herinnering. En dat is Piet Barendregt. Piet namelijk was de chauffeur van de carrier die op die late middag van 28 augustus het gewonden transport aan voerde. Naast hem zat de dokter van 3-2 Rl. Ze waren nog geen honderd meter weg toen de dokter in een bakje naast Piet een handgranaat zag liggen. "Hee", sprak de dokter tegen Piet terwijl hij de handgranaat uit het bakje pakte, "als het link wordt kan ik hier mooi mee gooien." "Weet u hoe zo'n ding werkt", vroeg Piet. "Ja zeker", antwoordde de dokter zelfverzekerd, "splitpen er uittrekken, beugel laten schieten, acht tellen wachten en dan gooien". Acht tellen? Piet verstijfde van schrik achter het stuur en explodeerde sneller dan een handgranaat in de woorden "Ben je belazerd man". Nee, die acht tellen zag Piet helemaal niet zitten. Hij zag zich wel in gedach ten hand in hand (als ertenminste nog iets als een hand aan de dokter zou zit ten) met de dokter ter hemelvaart gaan. Zeer terecht was de explosie van Piet wel, want even Apeldoorn bellen was er toen nog niet bij. j BLOKKER 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 7