'PLANTERSVROUW' Een kwestie van opvatting BIJ DE VOORPLAAT (Foto: Mark Boon) 27, 28 MEI a.s. in DILIGENTIA, DEN HAAG Solo-toneel met TONNIE GROSSE in de rol van plantersvrouw uit het boek "Meer dan alles" van Harryet Marsman. Eigenlijk een plaatje om door Rembrandt geschilderd te moeten worden. Die gouden en bruine tinten, dat spel van licht en schaduw dat maar net door het licht gewonnen wordt, daar was Rembrandt meesterlijk in. Maar van het gezicht van onze lieve War zou Rembrandt maar af moeten blijven want hij tekent van die akelige gezichten vind ik. Misschien zagen de mensen in de 1 7e eeuw er zo uit, daar wil ik van af zijn. Of misschien is dat maar een kwestie van opvatting, zo'n kunstkenner ben ik niet. Ben toch blij dat intussen de kleuren fotografie is uitgevonden en dat Mark dit plaatje van War, strijkend in de overloop voor de keuken van huize Soetjahjo in Surabaya, kon schieten. In het stille middaguur, de honden loom van de hitte, maar toch alert voor een onverwacht afval-hapje uit de keuken, waar Mi bezig was. Een momentopname die ik altijd als herin nering heb meegedragen, baboe tjoetji die het wasgoed tot in de kleinste hoekjes en plooien gladstrijkt. De keu rig opgevouwen stapel in de mand, de grote stukken aan hangers, straks wordt alles naar de slaapkamers ge bracht, uitgezocht en wel. Deze kleren van mijnheer en mevrouw, deze kleren van nonni en njo. Vroeger al beteken den die stapeltjes op het bed een gebaar van "zorg" in je onderbewust zijn leerde je de bedienden associëren met zorgen voor, dienstbaarheid en dienbaar zijn. Het kwam ook wel door mijn moeder die ons al vroeg leerde dat wat voor je gedaan werd, door wie dan ook, dankbaarheid verdiende. "Doe het zelf maar", zei ze streng, "daar léér je van!" Ik hoor het haar nog zeggen Toch is er heel wat veranderd als ik zo mijn herinnering aan onze strijkende baboe met deze foto vergelijk. War heeft een keurige jurk aan en slippers (misschien heeft men haar verteld dat je beter op rubber kan staan als je met elektriciteit bezig bent, want door gaans liep ze op blote voeten) en ze strijkt elektrisch. Geen zwaar ijzeren slagschip van een strijkijzer gevuld met gloeiende arang. Telkens even aanblazen door de gaat jes opzij en af en toe arang bijvullen als het ijzer koud begon te worden. Wat een ellende, dat gloeiend hete klinkje in de vorm van een haan?! - konden ze niet iets handigers verzinnen - dat vaak losschoot met het deksel mee, zodat sintels en as in het rond vlogen. Lieve hemel, wat een ramp die Lebaran, de bedienden kwamen pas overmorgen terug. Onmisbare engelen uit ons dagelijks leven. Ongelooflijk hoe ze met die onhandige zware ijzers de fijnste blouses, de zwaarste broeken en jas toetoep (gesteven) wisten te krijgen. Hoe zwaar moet dat voor ze geweest zijn! En nu? Een wasmachine waar we alles inkwakken, ret-ret-ret op het juiste programma gedraaid en een uur later krijg je de was schoon en uitgewron gen voor je neus. Hups de droog- trommel in en die trommelt het zaakje droog. Zowat alle kreukels er ook uitgeblazen, want bijna alle textiel is tegenwoordig kreuk-vrij. Mocht je het beetje "wat" er nog uit willen strijken, strijkapparaten die op elke warmte zijn af te stellen, water en stoom spuiten. Het gemak dient de mens, dus dient de mens niet meer. Hij VERdient alleen maar, de technologie doet de rest. Daar mogen we blij om zijn en dat zijn we ook. Klap eens in je handjes blij- blij-blij. Een halve eeuw geleden klapte je in de handen als je goede bedienden had. Wat men hier maar niet kan of wil begrijpen is dat in het oosten mensen elkaar kunnen dienen met toewijding, vriendelijkheid, ijver en bij dat alles hun eigenwaarde niet verliezen. Er trots op kunnen zijn dat ze goed kunnen dienen. De fysieke inspanning van de ene mens voor de ander niet direkt slavernij en onder drukking hoeft te betekenen. Hoeft wel te verstaan, want dat ze bestaan hebben, in de gehele wereld, dat weet zelfs mijn dikke kater. Ook dat Neder landers de ergste slavenhalers waren. Maar bleven het slaven? War een slavin? Kom nou! Dan kun je als iemand-uit-lndië daar over praten tot je een ons weegt, tegen de verkrampte hysterie van een aantal scribenten kan niemand op. Werken als dienstver lening met meer dan alleen geldelijke of andere materiële vergoeding, hoe kun je dat in Nederland nu nog uit leggen dat het bestaan heeft en nog bestaat in Indonesië? Mijn kinderen stonden eersteen beetje onwennig, zelfs met iets van verlegen heid tegenover de diensten van War, Mi, en andere gedienstigen. Heel kort maar, toen werd hen veel duidelijk, accepteerden ze met dankbaarheid de ervaring van een contact dat hier in Nederland ondenkbaar is. Eens, jaren geleden hebben we een keer een werkster gehad. Tegenwoor dig worden ze liever "schoonmaakster" genoemd of "interieur-verzorgster" want het woord werken is in dit land waar de arbeidersklasse het hoogste lied mag zingen bijna een scheld woord. Onze "Eckie" maakte schoon, deed boodschappen, was een sobat, een oma, een tante. Ze bracht vrolijk heid mee in haar boodschappentas en ze werkte. "Doe ik nu precies 55 jaar", vertelde ze trots, "en ik blijf er nog in ook!" Ze dronk haar kopje koffie aan de keukentafel, weigerde beslist met ons aan tafel te gaan, dus kwamen wij bij haar. "Ik neem wel een happie mee straks", zei ze, "maar laat me nu maar lekker hier zitten!" Ze bewaarde de afstand met gemak en een grootsheid die je alleen van werkelijke ziele adel mag verwachten. We gunden haar die plaats die ze wilde houden, een plaats van "dienstbaarheid en nederigheid" èn trots. Onze mevrouw Eckhart, Werkster met kapitale letter. Na haar dood kregen we schoonmaaksters. Vlot, soms netjes, soms slordig, soms vrouwen die je rondweg in de maling namen. De bakens zijn verzet, terugzetten kan nooit meer. Dus verzetten we onszelf. Als je in Indonesië terugkomt van weggeweest dan ervaar je het weer. Dienstbaarheid. Ze slaan je hier dood als koloniaal als je er over begint. Rembrandt schilderde het al in zijn gezichten geloof ik. L.D. ALLEEN NOG TOT EN MET 19 MEI KAARTEN VERKRIJGBAAR BIJ MOESSON. PRINS MAURITSLAAN 36, DEN HAAG Vanaf 20 mei tot en met de uitvoering zelf zijn nog kaarten verkrijgbaar aan de kassa van Dilligentia, Lange Voorhout 5. Dagelijks van 10.00-14.00 uur. Niet op Zo. en Ma. Kassa tel. 070 - 68 18 51. Entree f 20- incl. garderobe. Aanvang 20.15 uur. Na de voorstelling foyer open tot 24.00 uur. 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 2