Bandoeng
VOOR INDISCHE
GOUDEN SIERADEN
.qQOEN-Mo^
G. MERKLE B.V.
De Dagoweg in Bandoeng.
In deze West-Javaanse stad aan de Tjikapoendoeng ben ik tot nu toe in mijn
leven drie keer geweest. De eerste keer moet zijn geweest rond 1930/31
vanwege een hondebeet die ik had opgelopen, waardoor een bezoek aan het
Instituut Pasteur acuut noodzakelijk werd. Ik herinner me daar uiteraard niet al te
veel van, omdat ik toen pas drie jaar oud was.
Het tweede bezoek aan Bandoeng vond plaats in 1 941toen mijn vaderaldaar in
één maand tijds klaargestoomd moest worden voor de rang van sergeant, om
daarna op zijn beurt een ondernemingsmilitie op poten te zetten met behulp van
Pradjekanse fabrieks-toekangs en plantage-personeel. Mijn derde en laatste
verblijf in Bandoeng vond plaats gedurende de eerste drie maanden van 1 946.
Maar laat ik me nu eerst maar eens
bepalen tot mijn tweede Bandoengse
periode in 1941: Ons gezinnetje,
bestaande uit mijn ouders, mijn zusje
en ik, nam zijn intrek in het flatcomplex
Oltcottpark aan de Dagoweg. De eige
naar daarvan was, als ik me goed
herinner, een zekere heer Engelman,
naaste familie van de vrouwelijke
coureur Liane Engelman. Uit deze
periode kan ik me nog vrij veel herin
neren, onder meer onze wandelingen
in de oergezellige en van leven brui
sende winkelstraat Braga. Aan deze
straat waren o.a. gelegen een der
Indische vestigingen van Onderling
Belang, het o zo bekende Maison
Bogerijen, de Majestic-bioscoop en
de sociëteit Concordia) hoek Braga -
Grote Postweg).
Zeer opvallend waren de fladderende
neon-duiven aan de gevels van de
bioscopen Elita en Oriental aan de
aloon-aloon evenals de bloedrode
neonverlichting van de Bandoengse
Apotheek aan de Pasar Baroe.
Niet onvermeld mag blijven het voor
zeer velen overbekende Grand Hotel
Savoy Homann, waarvan de bouwstijl
in die tijd zeer modern genoemd mocht
worden. Schuin daar tegenover, rich
ting Papandajanweg, stond het
Preangerhotel, dat van oudere datum
was.
Ook niet ongezellig was de winkelbuurt
Pasar Kosambi, met o.a. de Tivoli-
bioscoop, de firma Fuchs Et Rens
(Packard, Plymouth, Chrysler en Adler)
en verscheidene andere handelsvesti
gingen. Als de dag van gisteren kan ik
me de reusachtige reclame van het
toen voor mij totaal nieuwe frisdrankje
Coca Cola herinneren, welke ergens in
Pasar Kosambi stond.
Aan het begin van de Braga, waar
Bandoeng door een spoorlijn in tweeën
wordt gedeeld, stond de restaurant
dancing Shanghai Dream, dat in
een typisch Chinese tempelstijl was
gebouwd. Kort na de Japanse capitu
latie in 1945 brandde de Shanghai
Dream onder verdachte omstandig
heden af.
In die vooroorlogse dagen was Ban
doeng al met al een stad, waar het een
waar genoegen was om te verblijven,
al moet ik eerlijk toegeven, dat ik me in
het gedenkwaardige jaar 1941 eerst
voelde als een kat in een vreemd
pakhuis. Maar dat gevoel vervaagde al
snel, al bleef een knagend heimwee
naar de Oosthoek mij soms plagen.
De bouwstijl van de villa's in de
Bandoengse wijk Tjimboeloeit ver
schilde in vrij grote mate van die van
de villa's te Lawang, Malang en Batoe.
Bandoeng was trouwens ook een
echte ambtenarenstad.
Hoe weinig was er van het oude en
gezellige Bandoeng over, toen ik er
begin 1946 vanuit Tjimahi terugkeerde.
Gezeten in de laadbak van een vracht
auto passeerde ik het vliegveld Andir,
waar Dakota's van de Royal Air Force
af en aan vlogen. In 1941 waren er
rondom het vliegveld hoge schuttingen
opgetrokken, om eventuele onge
wenste aandacht voor militaire instal
laties te weren. Die schuttingen waren
nu verdwenen. Met gevoelens van
enige bevreemding zag ik tussen al die
clean uitziende Dakota's een krakke
mikkig Japans transportvliegtuig
taxieën, met het groene surrender-
cross op romp en vleugels.
De eens zo keurig geasfalteerde wegen
van de stad verkeerden in een deplo
rabele toestand, maar zo hier en daar
waren er werk-eenheden, bestaande
uit Japanse krijgsgevangenen, onder
toezicht van nors kijkende Ghurka-
soldaten bezig de gaten in het wegdek
te dichten. De villa's aan o.m. de
Simon de Ruiterweg en de Burge
meester Gülcherweg maakten een uit
gewoonde indruk. Werkelijk, de Jappen
hadden er in die drie en een halve
bezettingsjaren een echte puinhoop
van gemaakt.
Erger was nog, dat de stad nu in twee
zones was verdeeld, t.w. de Noord-
zóne waar het Brits-Indische leger de
dienst uitmaakte en de Zuid-zóne,
waar de Indonesische nationalisten de
baas speelden. De demarcatielijn werd
gevormd door de spoorlijn welke Ban
doeng doorsnijdt. In feite was dus de
Noord-zóne een enclave, dat werd
omgeven door Indonesisch republi
keins gebied. Dat dit een hoogst
gevaarlijke situatie was, bleek kort
voordat ik met mijn vader en zusje naar
Nederland vertrok.
Ik werkte in die tijd in de middaguren
op het terrein van het Jaarbeurs
gebouw als manusje-van-alles bij de
motor transportdienst. Op een middag
was ik op het terrein bezig met een
klusje, toen ik uit de richting van de
Bilitonstraat het geluid van een serie
naar
GEOPEND VAN: 9.30 - 1 7.00 uur
ZATERDAGS geopend tot 16.30 uur
WOENSDAGS de gehele dag
GESLOTEN
SPUI 167a - DEN HAAG
TELEFOON 070 - 60 48 85
22