WERF EEN ABONNEE Koffie en Thee MONUMENT SOLDAAT OVERZEE BU DE VOORPLAAT (foto: archief I.W.I.) Er zijn twee woorden waar een bijzondere kracht vanuit gaat. Dat zijn "koffie" en "thee". Ga maar willekeurig ergens staan en roep "koffie!" Van alle kanten komen dan opgewekte gezichten aanhuppelen die met veel graagte de boel de boel laten om zich over te geven aan het hoogste genot: koffie. In de middaguren bereik je hetzelfde resultaat met de aankondiging "thee!", zij het dat het enthousiasme plaats heeft gemaakt voor een meer bezadigde tred. Dat komt niet omdat thee meer ernst verlangt, maar de dag is al meer gevorderd en men is zich dan weer bewust van de ernst van het leven. Maar ook thee drinken blijft een genoe gen. Zelfs een literaire godheid als. K. J. L. Alberdingk Thijm (Lodewijk van Deyssel) heeft de moeite genomen om enige van zijn befaamde telefoonbrief jes te wijden aan een zo volmaakt mogelijk thee-uurtje. Eén van die brief jes luidde aldus: "Op de bij U genoten thee van heden middag waren: thee, suiker, melk, sinaasappellimonade, half om half en triple sec, likeuren. Een in kleur bij zijn inhoud passend mandje of bakje met zouten krakelingen en okkernootjes in hun schil; een bord van Delftsch blauw met sneetjes geroosterd brood met ham, losse geboterde sneetjes Deven ter Koek, en een diep bord van rood porcelein met pralines, geconfijte gember en allerlei bruidsuikergoed. Wellicht is deze thee voor herhaling vatbaar op 30 december a.s.". Aan de andere kant had Van Deyssel minder verstand van een rijsttafel, getuige zijn briefje aan een Haarlems hotelier: "Gelieve ten twaalf uur voor de heer Alberdingk Thijm in gereedheid te hebben een portie heete rijst, twee knakworstjes en een tomaat van beste qualiteit Maar dit terzijde. Koffie en thee. Soms zou je willen dat er een andere warme drank werd uit gevonden. Bouillon en chocolademelk is ook meer voor heel af en toe. Met eten heb je hetzelfde. Soms staar je op je bord en denkt "daar heb ik nou net geen zin in", maar waarin wel weet je ook niet. Idem dito 's morgens. Het onwrikbare draaiboek voor de dage lijkse gang van zaken wordt je al voorgehouden als je nog maar één oog half open hebt. In de auto springen en heel ver weg rijden, lijkt dan erg aantrekkelijk. Maar ja, waar je ook heen zou gaan, overal is er koffie en thee. "Make the best of it" zei wijlen pater Ferouge altijd en hij heeft nog steeds gelijk. Daarom is deze voorplaat geko zen. Niemand op de foto schatert van plezier. Van dol enthousiasme is geen sprake. Men zit gewoon en drinkt wat. En men praat wat, over hele gewone dingen waarschijnlijk. Maar wie zegt dat deze mensen niet gelukkig waren en dankbaar voor dat moment van samenzijn? Iemand, de vrouw des hui zes ongetwijfeld, zal gezegd hebben "kom, we gaan buiten thee drinken" en iedereen deed aldus. Waren zij zich bewust van de thee? ik denk het niet, wel van het samenzijn. "Sellig hè" zegt mijn Tardie (3) altijd als hij met zijn ouders, broers en zusje in een kring zit. En als zijn thee met melk ("wamme thee") op is, gaat hij weer zijn weg en niemand die hem dat gezellige moment afneemt. Niemand die kan zeggen dat de voorplaat geen mooie foto is. Niemand die het ent housiasme kan temperen als er"koffie" wordt geroepen of "thee". En niemand die echt koffie en thee zou willen inruilen voor iets nieuws, want koffie en en thee betekenen samenkomen en samenzijn and then we always try to make the best of it. Zelfs als je in je eentje zit maar samen met je gedachten en herinneringen. Misschien is dat de kracht van de woorden "koffie" en "thee". R.B. L. van Deyssel (1864-1952) belde nooit zelf op en kwam zelden of nooit aan de telefoon. Had hij iets mede te delen of te vragen, dan schreef hij een (telefoon)briefje dat door iemand werd doorgebeld. Deze telefoonbriefjes behoren tot de let terkundige curiosa. "Op woensdag 7 september a.s. zal Prins Bernhard in het stadspark Hattem te Roermond een monument onthullen ter ere van en ter nagedachtenis aan de 4.752 Nederlandse militairen die tussen 1945 en 1962 in Nederlands- Indië en op Nieuw-Guinea in dienst van het vaderland bij krijgsverrichtin gen of anderzins het leven hebben verloren. De plechtigheid vangt aan om 14.45 uur". Tot zover een gedeelte uit een pers bericht van de stichting Overkwartier te Roermond dat eerst onlangs door redactie Moesson op aanvraag werd ontvangen. De Stichting Overkwartier, die het initiatief voor dit monument heeft genomen, heeft als doelstelling de bevordering van cultuur, geschied schrijving en folklore. In een volgend nummer van Moesson zullen wij op dit monumentterugkomen, thans zij slechts opgemerkt dat ook bij de totstandkoming van dit monument enige kanttekeningen geplaatst kunnen worden. Zo blijkt uit geen van de stukken van de Stichting Overkwartier dat het monument er ook is voor gevallen KNIL-soldaten en Indonesiërs die voor Nederland zijn gesneuveld. In de verschillende comité's van de Stich ting hebben bijvoorbeeld oud-Knil- militairen geen zitting en van betrok kenheid van Indische organisaties is vrijwel geen sprake geweest. In de wandelgangen echter luidt het dat het monument er wel degelijk "voor ieder een" is. REDACTIE Werf één abonnee voor Moesson. Dat is mijn verzoek aan alle abonnees van Moesson. We hebben nieuwe abonnees nodig. Luid ik de noodklok? Neen, echt niet, maar iedere krant, elk tijdschrift heeft te maken met verloop. Ook Moesson en bij ons wordt het verloop vooral veroorzaakt door het heengaan van oude, trouwe abonnees. Om nieuwe abonnees te werven kunnen we allerlei acties bedenken en prachtige prijzen uitloven. Veel geld besteden aan reclame en dan maar hopen dat het lukt. Maar in al die tierlantijnen zit iets dat mij principieel tegenstaat. Moesson is geen tijdschrift waarop je je abonneert omdat je bijvoorbeeld een vliegreis kunt winnen. En Moesson is geen blad voor mensen die zich totaal niet interesseren voor Indië en Indische mensen. Moesson is Moesson. Anders kan ik het ook niet zeggen. Maar hoe dan aan nieuwe abonnees komen? Door u die al abonnee bent. U kent Moesson. In uw familie- en kennissenkring is er ongetwijfeld tenminste één persoon die bij u Moesson leest of aan wie u Moesson leent of geeft. Van die persoon weet u dat hij of zij Moesson ook waardeert. Als u die persoon nu kunt overhalen om zelf een abonnement te nemen omdat hij of zij Moesson daarmee daadwerkelijk steunt, dan mogen wij ook voor de langere termijn optimistisch blijven. Al, dit is wat ik u wilde zeggen. RALPH BOEKHOLT 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 2