De Zeevaartsch )o/ te Soerabaja Wot was de Zeevaartschool Een uitvaartplechtigheid van een leerling van de Zeevaartschool te Soerabaja (Dinojo). Door een foto in Moesson van 1 mei j.l. ingezonden door Louis Gabriëlse uit Eindhoven, waarop ik nog enkele be kende gezichten zag, gingen mijn ge dachten terug naar de Zeevaartschool te Soerabaja. Ikzelf zat toentertijd in de jaarklasse 1939 van deze school en wel van de afdeling B.S. Grote Handelsvaart en studeerde in 1940 af. Enkele mij nog bekende namen uit mijn klas zijn: King Winser, Louis den Hartog, Ernst Schreuder Peters, Eric Nol, Thesing, Max Wetters, Zindel, Pattinasarany, Sutrisno, v.d. Veer, Bronsdijk en Phoa Hong Gwan (de knapste van de klas maar altijd het slordigst gekleed) en dan nog Boy de Raadt van de afdeling werktuigkunde. Naast de opleiding voor stuurman had de school nog de oplei ding voor scheepswerktuigkundige en radio-telegrafist, verder de opleiding Kleine Handelsvaart. Om Praktijk te kunnen opdoen, had de school de beschikking gekregen over een gewestelijk vaartuig, de "Ivette", en met dit vaartuig zouden we een week praktijk krijgen. De leerlingen van de twee hoogste klassen stuurlie den en machinisten zouden mee gaan. We zouden voor een week uitvaren in straat Madoera en wel naar het eiland Pulu Kambing en dan weer terug naar Tandjoeng Perak. Als leiders zouden meegaan directeur Bausch, de leraar werktuigkunde de Raadt, vader van Boy de Raadt en als bootsman Jan Apon, die vroeger bij de Stoomvaart Mij. Nederland had gevaren. We zou den om 12.00 uur vertrekken, maar door een defekt aan de scheepsma chine werd het vertrek uitgesteld. Na een reparatie die vier uur duurde ver trokken we eindelijk om vier uur op de middag koers Pulu Kambing. Wij voeren de haven uit onder een brandende zon met op de voorplecht Loetje den Hartog vrolijk spelend op zijn meegebrachte fluit. Hij was onze vaste flierefluiter, ook als wij donderdags naar het boten huis aan de kali Brantas afmarcheerden om onze roeilessen te voldoen, liepen we op de maat van zijn muziek. Maar na drie uur varen was het afgelopen met de pret aangezien er nogal ombak stond en de meesten van ons er al witjes uitzagen. Het kon er behoorlijk spoken in straat Madoera en 't was ook erg warm. Het eten aan boord was eenvoudig, rijst met sajoer en vis. Wacht lopen deden we beurtelings op de brug onder leiding van een gedi plomeerde en de machinisten liepen hun wachten in de machinekamer. Verder kregen we werk aan dek te doen o.a. knopen, splitsen en staal draad vlechten. Ook hadden we onze vrije tijd. De volgende dag was het erg warm en zaten we met ons vieren op het dek. Na een tijdje werd het zo ondragelijk warm op het dek, dat we besloten om een koelere plaats op te zoeken. Zo belandden we uiteindelijk in een hut waar onze directeur zijn ijskast had staan. Een blik in de ijskast deed ons verbaasd staan van de grote voorraad drank die hij had meegenomen. En zoals we weten; "Aan een boom vol pruimen mist men eentje niet...", nam ik dus uit de eerste de beste fles een flinke slok ijswater. Tenminste dat dachtik, maar het was pure jenever. En opeens ging de deur open en stond Bausch voor onze neus. Wie van de twee partijen toen het meest verbaasd was weet ik niet maar we kregen wel op ons donder plus nog extra wacht kloppen. En op de brug hoorde ik hem aan onze leraar De Raadt zeggen; "Kom ik mijn hut binnen, en zie ik me daardie kwajongen van een Mostertaan één van mijn jeneverbessen lurken", waarop de Raadt in daverend lachen uitbarst. Overigens hebben we toch een leuke reis gehad met de vijftien leerlingen van de Zeevaartschool Soerabaja. Dit is nu al 48 jaar geleden en ik vraag me vaak af waar al die oude maten wel zouden zitten. Gegroet old chaps. NICO (HORTENCIUS) MOSTERT De twee foto's hierboven zijn eigendom van de Hr. Louis Ga briëlse uit Eindhoven. Wij kregen ze uit handen van de Hr. J. P. Nieborg, oud-gezaghebber Gou- vernements marine en in 1949 fg. hoofd van de afdeling zee vaartkundig onderwijs bij het departement van scheepvaart te Batavia. Voor Moesson stelde hij de vol gende samenvatting samen over de particuliere zeevaartschool te Soerabaja. De zeevaartschool te Soerabaja werd op 1 oktober 1937 geopend voor jongelieden van alle landaarden, die in het bezit waren van het diploma van het M.U.L.O., of van het bewijs van overgang van de derde naar de vierde klasse van een hogere burgerschool met vijfjarige cursus, en voldeden aan de eisen van geneeskundige keuring voor de zeedienst. De nautische opleiding "Stuurman Grote Stoomvaart" werd gegeven geheel overeenkomstig aan die van de Kweek school voor de Zeevaart te Amsterdam. Het schoolgebouw, dat in het centrum van de stad Soerabaja op Dinojo 5-7-9 was gevestigd, grensde aan de achter zijde aan de kali Brantas (van belang voor les roeien). Voor de praktijklessen zoals "schie mannen, omgaan met sloepen" hoopte men de beschikking te krijgen over een bootsman van de Koninklijke ma rine. Dat de school (in die tijd de enige zeevaartschool in Indië) in een behoefte voorzag, bewees het feit dat reeds twaalf kandidaten waren ingeschreven voor de opleiding tot derde stuurman Grote Stoomvaart. Er was ook een opleiding tot scheeps werktuigkundige en één tot scheeps wees verder volgende pagina) 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1988 | | pagina 10