Planten uit de Tropen CAMBODJA Kerkhofbloem - Plumeria - Francipani Familie: Maagdepalmachtigen - apocynaceae Singaporese Cambodja of Plumeria alba. De Cambodja, ook wel genoemd Kemboja of Sambodja, is zo opvallend dat iedereen die in de tropen is geweest haar gezien zal hebben. Met haar prachtige en heerlijk ruikende bloemen die volop onder de boom liggen is dat niet te verwonderen. De maagdepalmachtigen waartoe ze behoort is een grote familie van tropische bomen, heesters en lianen. Het is de Franse botanicus Plumier die in de 1 7e eeuw de Plumeria rubra ontdekte op de Caribische eilanden. Daar groeide de boom in het wild op rotsachtige grond. Ze wordt daar wilde Jasmijn of of Indische Sering genoemd. De kleur van deze wilde soort is zalm rood. Nu wordt ze in alle tropische gebieden gekweekt in allerlei kleuren. Ze wordt veel op kerkhoven (kerkhof- bloem) en in de nabijheid van boed- dhistsche tempels geplant (tempel- bloem). De boom heeft forse regelmatige groe ne takken en kan 1 !4 tot 7 meter hoog worden. Op de zachte stam zitten dui delijke lidtekens die het afgevallen blad heeft achtergelaten. Bij het wisselen van de seizoenen kan ze tijdelijk haar bladeren verliezen. Alle delen,van de Cambodja bevatten giftig melksap. De aan de bovenkant glimmend groene bladeren hebben goed zichtbare blad nerven. De twintig tot vijftig cm lange bladeren zijn lancetvormig en aan het eind toegespitst. Ze staan aan het uit einde van de takken tegenover elkaar of in kransen. De middelste takken zijn vaak kaal. Aan de top van de stengels verschijnen de bloemen die in platte trossen bijeen staan. De bloemen zijn tweeslachtig, d.w.z. dat elke bloem meeldraden en een stamper heeft. De Cambodja hoofdtooi, Bali. kroonblaadjes zitten opgerold in de bloemknop. De geopende bloemen be staan uit vijf kelkbladen die van onderen tot een buis vergroeid zijn én vijf ook tot één buis vergroeide kroonbladen met vrije lobben. De helmknoppen van de vijf meeldraden zijn met elkaar verbon den. De mooie 4 cm grote wasachtige bloemen lijken op windmolentjes; ze hebben een geel honingmerk en ruiken heerlijk. Er zijn soorten met rode, gele, witte en rose bloemen. De witte Plumeria alba heeft de grootste bloemen en wordt de Singapore Plumeria genoemd. Van de bloemen wordt parfum gemaakt. Balinese danseressen dragen haartooien gevuld met honderden Cambodja bloe men. In Hawaii worden de toeristen verwelkomd met een krans van Cam bodja bloemen. Als offergave vóór en binnen de tempels in Sri Lanka, India en Indonesia. Tijdens ons verblijf in Tanzania werden wij iedere dag verrast met een boeketje Cambodja bloemen. Ze werden in een met water gevuld blikje op ons nacht kastje gezet door Anthonie de tuinman, die ze uit de tuin van onze dochter plukte. Het zijn sterke snijbloemen. Uit de bevruchte bloemen groeien twee grote smalle kokervruchten die vijf en twintig centimeter lang kunnen worden. Van onderen zijn de vruchten met elkaar verbonden. Ze staan recht op de stengel en na het openen liggen de platte ge pluimde zaden aan één zijde van de kokervrucht. Toch ziet men weinig zaden aan de boom. De Cambodja is niet alleen een sieraad voor park en tuin maar ook een boom met veel geneeskrachtige eigenschap- u Wilde Cambodja of Plumeria rubra. De bloemen zijn kleiner dan die van de andere soorten. Kleindochter Thyranda in een Cambodjaboom. 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1989 | | pagina 12