OOIEVAARSSCHIP ATLANTIS BRACHT 63 BABY'S IN NEDERLAND (Overgenomen uit: "Wereldnieuws" van 29 juli 1950) Od 11 juni 1 950 vertrok uit Djakarta een door de Nederlandse regering gecharterd schip de Atlantis, voor het vervoer van 837 passagiers. Van dit aantal waren er 260 aanstaande moeders en 349 kinderen onder de 1 2 jaar. Dit laatste getal was juist, toen de Atlantis uit Djakarta vertrok, maar op het tijdstip van de debarkatie waren er 63 bijgekomen. Na enkele weken kwam de Atlantis tussen de pieren van I Jmuiden met een passagierslijst, die in de historie van de wereldscheepvaart uniek genoemd mag worden. Nog nooit had een schip zee gekozen, waarvan vrijwel alle vrouwe lijke passagiers in blijde verwachting waren. Toen de Atlantis de haven van Priok verliet en enige decimeters verwijderd was van de kade, toen klonk reeds het eerste baby-geschrei van de twee jong ste opvarenden en terwijl het schip tussen de pieren voer, klonk alweer het gehuil van een derde baby. en in de haven van IJmuiden zag de 60ste het levenslicht, op weg naar Amsterdam. Gedurende de reis werd er ook een tweeling geboren. Een van de zwaarste baby s woog 1OV2 pond, maar de me dische staf was tegen elk gewicht en aantal opgewassen. Aan boord was een staf van 5 doktoren, waaronder 2 Britse en een chef de clinique, Luit.-kol. Dr. Vonk, verder waren er broeders, twintig verpleegsters en kinderverzorgsters. De vaders werden bij dit baby-bedrijf eveneens ingeschakeld en moesten deelnemen aan het luierwassen, een bezigheid, die velen goed afging. Voordat de Atlantis arriveerde, waren er reeds 1 50 ba by-uitzetten beschikbaar, met o.a. 2100 luiers en 5000 veilig heidsspelden. De kapitein van het Engelse schip, A. R. Osburn, is onder de evenementen ge durende zijn reis nogal rustig gebleven en merkte in Amsterdam slechts op: "Deze reis zit er weer op!" Hij had echter een drukke administratie in zijn logboek, waarin alle baby s als Engelse burgers werden ingeschreven. In iedere haven kwam een Engelse consul aan boord om dit te verifiëren. Bij De aalmoezenier Groenendijk en de do minee Rienks, die respectievelijk 26 en 16 baby's doopten, in een lounge aan boord van het schip, die er kennelijk niet voor is bedoeld. nieuwgeborenen zich in laten schrijven onder overlegging van een certificaat. Zij kregen toen tevens de Nederlandse nationaliteit. De Atlantis, een naam die in vele geboorte registers zal zijn terug te vinden. Over de verzorging aan boord hebben de passagiers niets dan lof. Hoewel het schip aanvankelijk niet als kraaminrich ting is gebouwd zijn de geboorten en alles wat bij 62 moeders en 62 baby's komt kijken, bijzonder gunstig verlopen. De aankomst in Nederland bood wel een ongewone aanblik en de ontsche ping in het bijzonder. Over de reling hingen de passagiers; tussen de vol wassenen krioelde het van de kinderen. Het waren merendeels verkleumde Indonesische kinderen die nog even wennen moesten aan het klimaat - voor het merendeel bevonden zich leden van het voormalige K.N.I.L. aan boord - die over de dekken en door de gangen heen en weer holden, opgewonden door de sensatie van de aankomst. De reis was goed verlopen en allen waren opgewekt, al had het tussen Aden en Colombo een beetje gespookt. Het weer had zich overigens goed gehouden. Over de loopplank ging een onafgebro- (lees verder volgende pagina) De baby's worden ingepakt voor de debarkatie. Zusters en De baby's gaan jn reiswiegen. moeders werken samen om door het grote aantal heen te komen. 28

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1989 | | pagina 28