HET LEGAAT VAN BLANKENDE GIKI en de ZEVEN PUTTEN VOOR MADURA 17 Officiële eerste graving in Gangsean in aanwezigheid van de Regent van Bangkalan, links naast mevrouw Soetjahjo. De eerste put. De selamatan. Willem Coenraad Blanken, in 1 867 in Nederland geboren, was één van de vele controleurs die Nederlandsch-lndië hielp besturen. Net als zijn over de gehele archipel verspreide collega's leerde hij land en volk kennen en ervan houden. Van Madura, waar hij van 1904-1907 werkte, deed Blanken dat laatste in het bijzonder. Zozeer dat hij bij zijn testament een stichting oprichtte voor de pensionering van desahoofden in zijn gebied. Blanken overleed in 1952. De onafhankelijkheid van Indonesië maakte de uitvoering van Blankens plan niet mogelijk. Het Controleur Blanken Fonds bleef gedeponeerd bij de AMRO-Banken groeide met de rente gestadig aan. In 1 986 besloot de Bank het Fonds uit de ijskast te halen en een bestemming ervoor te vinden die in de lijn lag van de bedoeling van de oprichter. Dit kwam ons (Red. Moesson) ter ore en wij suggereerden de Yayasan GIKI (Gita Kirtti Sanskriet voor Onderwijs Tot Goede Daden) die behalve de steun van behoeftigen en bejaarden ook projecten heeft op Onderwijsgebied, hun stem te laten horen. Kunt u zich hun verras sing en blijdschap indenken toen ze hoorden dat het bestuur van de Bank hun (GIKI) het volle bedrag van het Blanken Fonds toevertrouwde! Het geld is inmiddels op een goede manier belegd, men heeft er hoognodige zaken van kunnen betalen en kan nu ruimer ademhalen wat de hulpvoorziening betreft. Dank zij die ene tot nog toe onbekende belanda controleur Blanken, die zomaar de behoefte kreeg iets meer te willen doen dan zijn werk van hem eiste. Vanzelfsprekend wilde GIKI ook Madura laten profiteren van dit onverwachte geschenk uit de hemel. Blanken had in zijn testament kenbaar gemaakt dat het geld de bevolking van de districten Bangkalan, Arosbaya en Sepulo ten goede moest komen. Er werd contact gezocht met de Regent van Bangkalan (nu de hoofdstad van Madura). Sepulo bleek de hulp het meest nodig te heb ben. Het ligt in een rotsachtig gebied, 30 km ten noorden van Bangkalan. In de Oostmoesson moet de bevolking uren lopen om aan water te komen. Het geld zou worden besteed aan het slaan van putten verspreid over het gehele district waar het regenwater reservoirs heeft gevormd op de rotsige bodem. Op 11 januari overhandigdede Yayasan GIKI een cheque van Rp. 10.000.000 aan de regent van Bangkalan. Op 30 mei jl. had de eerste graving plaats in de desa Gangsean in aanwezigheid van de Regent van Bangkalan, het districts hoofd, de districtsarts en twee afge vaardigden van de Yayasan GIKI. "Afkomstig van een nalatenschap zou er alleen zegen op rusten als het geld goed besteed zou worden", zei de Regent. Mevrouw Soetjahjo, secretaresse van de GIKI benadrukte het feit dat hetgeen schenking was van de GIKI maar van de heer Blanken, eens bestuurder van dit gebied. De dorpsgeestelijke sprak een gebed uit voor het zieleheil van de heer Blanken. Wonderlijk hoe het geld van Willem Blanken toch de bestemming vond die de schenker voor ogen had: hulpaande mensen waarvoor en waarmee hij ge werkt had en die hij ook na zijn dood wilde blijven helpen. Moesson is blij de schakel te hebben mogen zijn in de keten Blanken Fonds - GIKI - Bangkalan. lF)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1989 | | pagina 17