33aaa\CBTArR3j-s-c(E03cv\CErG:
LOKASI
In mei van dit jaar maakten wij (Betty
van der Baan en Henk Horn) een reis
door Sumatra en een klein stukje van
Java. We hadden een eigen auto met
gids en chauffeur ter beschikking.
De route was zoals gebruikelijk: Medan,
Berastagi, Samosir, Padangsidempuan,
Bukittinggi, Padang. Vanaf Padang ech
ter was de route niet meer zo gewoon.
We wilden n.l. via Pakan Baru en de
Sumatera Highway naar Bandar Lam-
pung (Teluk Betung) om dan in Bakau-
heni over te steken naar Java.
Mijn wens was indertijd dat wij de Bukit
Barisan zouden rijden indien wij eens
naar Indonesië zouden gaan. Dat is dus
gebeurd. Het was een lange reis, zowat
3000 km waarvan voor een groot deel
de Sumatera Highway, die in het zuiden
tussen Lubuklinggau tot Kotabumi zeer
wilden ten koste van alles de kolen naar
Oost Sumatra brengen omdat de kolen-
haven van Padang strategisch te gevaar
lijk lag. Neumann en Van Witsen heb
ben een dokumentatie "DE SUMATRA
SPOORWEG" geschreven. De laatste
uitgave die ik heb is van 1 985. Toen al
bleek dat er van de spoorbaan vrijwel
niets meer over was.
Van Padang naar Pakanbaru zijn we niet
door de Harau kloof gereden maar over
de Kelok Sembilan, de pas met de
negen bochten. Vanaf Pakanbaru langs
de spoorbaan naar Talukuantan. Van
daar naar Paritrantang aan de Sumatera
Highway. Vervolgens naar het zuiden
met een afslag naar Sungaipenuh.
Uit het oogpunt van piëteit en als
"bezoek" aan kamp 3 maakten we de
grote omweg Padang-Pakanbaru-Pari-
trantang. De weg Pakanbaru-Paritran-
Alle bruikbare materialen zijn eraf. Geen
wielen, geen rails, niets meer, alleen de
ketel en de stoomcilinders zijn er nog.
De warunghouder wist ook nog te ver
tellen dat een aantal Indonesische
studenten een onderzoek heeft verricht
naar de Pakanbaru spoorweg.
Je staat daar dan in het bos, nee oer
woud is het. Vluchten was er in de
Jappentijd niet bij, teveel gevaarlijke
wilde dieren in de omgeving en dan dat
ondoordringbare woud! Je krijgt de
griezels als je bedenkt hoe het geweest
is.
Om ons goed te kunnen oriënteren op
Sumatra (ook op Java) hadden wij
topografische kaarten meegenomen.
Gekocht bij de Topografische Dienst in
Emmen. De kaarten waar de Pakanbaru
spoorweg op staat en het traject M uara-
slecht was (over deze 600 km deden
we dan ook ruim 1 7 uur). We zijn o.a.
ook geweest in Sungaipenuh, midden
in de Bukit Barisan. Hier wonen zo'n
50.000 mensen. Een prachtige weg
was dat vanaf de Highway bij Banko tot
Sungaipenuh. Daar kan de Puncakweg
niet tegenop.
Eigenlijk wilde ik iets over de Pakanbaru
spoorweg schrijven. Hij lag tussen
Pakanbaru en Muara. Deze spoorweg is
één van de spoorwegen die door
romushas en krijgsgevangenen op last
van de Japanners werd gebouwd. Het
trieste is natuurlijk dat er duizenden aan
overleden zijn. Zo ook de Vader van
Betty. Ook door torpederingen zijn er
duizenden overleden toen zij op weg
waren naarde spoorbaan. Mindererg is
dat die spoorbaan nooit gefunktioneerd
heeft.
Vóór WO-II hebben de Nederlanders al
onderzocht of het mogelijk was een
spoorbaan aan te leggen vanaf Pakan
baru naar de kolenmijnen bij Sawahlun-
to. Het ging niet. De Japanners echter
20
tang is de moeite waard. Eerst het lange
stuk dat vroeger moeras was. Nu, in de
droge tijd, is het droog. Je kunt je
nauwelijks voorstellen hoe hier door
Japan de mensen afgebeuld werden.
Dan komt het deel waarde uitlopers van
de Bukitbarisan beginnen. Soms desa's,
soms oerwoud. En wat zag je onderweg
van de spoorbaan? Niets! Ja, toch wel
wat, hier en daar. Een enkele keer in een
desa een kaarsrecht dijkje: dus een
stukje spoordijk. Verder niets, helemaal
niets. Kamp 3, waar Betty's Vader over
leed? Ook niets. Juist op die plek is één
of twee jaar geleden een nieuwe ver-
keersbrug over de Kampar Kanan ge
bouwd. Een warunghouder die met
onze gids in gesprek kwam over onze
tocht wist te vertellen dat een eindje
verder een locomotief in het bos was.
We zouden hem kunnen vinden door
een bord langs de weg "LOKASI
LOKOMOTIF". We hebben hem ge
vonden. We reden over een heel slechte
bosweg er heen en zagen hem opeens.
Daar lag hij, overblijfsel van Kamp 7.
Padang hebben de nummers: NA 47-
16, SA 47-4 en SA 47-3, schaal
1:250.000. De spoorweg staat er niet
helemaal correct op, maar doordat wij
ook een goed kaartje uit de documentatie
van Neumann en Van Witsen hadden
meegenomen konden wij ons goed
redden. Daardoor wisten wij aan welke
kant van de weg de Pakanbaru spoor
weg liep.
We hebben het gezien, in gedachte
mee beleefd en in gedachte afscheid
genomen van een heel slechte tijd voor
de romushas, voor de krijgsgevange
nen, voor Betty's Vader en voor ieder
die daar werkte.
Het is in Indonesië moeilijk aan gede
tailleerde kaarten te komen, vaak zijn ze
geheim, en ze zijn nogal kostbaar. On
danks hun ouderdom, ca. 45 jaar, zijn
ze nog uitstekend bruikbaar. We heb
ben ze dan ook aan de gids cadeau
gegeven. H ij was net als wij emotioneel
betrokken bij de spoorbaan, want ook
zijn vader is er overleden: als romusha.
H.J.H.
V /S-:
LllKOMtlTIF PENINGGALAN JEPANG
UAN CAMP TAHANAN BELANI1A
PAGA PERANGI1UNIA KEII