Jeugdherinneringen
uit Jogja (Ml) door C.A. Heshusius
VREDEBl'RG
Scholen
Toen wij in Jogja woonden telde die stad slechts zo n tweeduizend Europeanen.
Het aantal Indonesiërs moet toen tegen de negentigduizend hebben bedragen,
terwijl de Chinese groep ("vreemde oosterlingen" noemden ze ze) op vijfduizend
zielen moet worden geschat. In het gehele gewest waren deze cijfers vierduizend,
anderhalf miljoen en zesduizend.
Het aantal scholen voor deze zo gedifferentieerde gemeenschap was legio. We
hadden in de stad voor inheemsen tenminste vijftien lagere scholen zowel van het
gouvernement als van particuliere instellingen. Daarnaast waren er voor de
bevolking nog een aantal christelijke, katholieke en neutrale lagere scholen, met
nog een aparte jongens- en meisjesschool. En verder kweek- en normaal scholen
voor inlandse onderwijzers, ook gesplitst voor jongens en meisjes. Ook waren er
Chinese lagere scholen en ook voortgezet onderwijs van het gouvernement of de
kerkelijke instellingen, gesubsidieerd door het gouvernement. Dit was zo de
toestand toen we in de jaren twintig in Jogja woonden; wellicht waren er voor de
bevolking nóg meer scholen, want ik heb zomaar zitten tellen. En moet dan altijd
medelijdend lachen als tegenwoordige nieuwlichters met aplomb beweren dat het
Nederlandse koloniale bewind niets deed aan het onderwijs voor de inlanders".
Beschouwde men de scholen met Neder
lands als voertaal, dan had men in de
stad de H.I.S. (Hollands Inlandse School),
de gouvernements lagere scholen (eer
ste school-A en eerste school-B), wat
dat allemaal betekende was ons niet
geheel duidelijk, maar het gros der
leerlingen was daar inheems.
Vanwege de verzuiling, welke destijds
ook al bestond, waren ervoor Europese
kinderen waarvoor de ouders wat meer
wilden bijdragen een "School met den
Bijbel", een "broederschool" voor kat-
tholieke jongens en de "zusterschool"
voor dito meisjes, vermoedelijk bij de
zusters Ursulinen. En tenslotte was er
de Neutrale Europese Lagere School.
Op die school waren wij ingeschreven,
maar daarover verderop meer.
Tenslotte waren er twee MULO's, een
Omstreeks 1922.
Voor de hoofdpoort van het oude 18e
eeuwse VOC-Fort Vredeburg te Jogja
de regimentscommandant of plaatse
lijke commandant, nog een officier van
het KNIL en de onderofficieren van de
infanterie.
Dit fort of benteng bestaat nu nog.
gewone en een christelijke die wat
deftiger was. En helemaal later maakten
we mee dat er in Jogja een AMS (Alge
meen Middelbare School) kwam welke
aansloot op de driejarige cursus bij de
eveneens driejarige MULO's.
Het einddiploma-AMS gaf toegang tot
de universiteiten in het moederland.
Men kende, destijds populair sprekende
over de combinatie van MULO en AMS
de volgende verhelderende formule van:
"MULO AMS HBS".
Kota Baroe, de nieuwe Europese wijk
Een deel van de Europeanen in Jogja
woonde in de nieuwe Europese wijk die
in het noordoosten lag, dus oostelijk
van de Kali Tjodé en de naam droeg van
de nieuwe buurt of Kota Baroe. Het was
een mooie buurt met behoorlijke huizen,
opgezet vanaf het eind van de eerste
oorlog en derhalve niet meer met die
ouderwetse "Indische huizen" en al
aardig modern. De relatief kleine wijk
was doorsneden met fraaie bescha
duwde lanen waarvan de drie grootste
met "boulevard" waren aangeduid. Zo
had men daar de Sultans Boulevard, de
Mataram Boulevard, duidelijk een be
leefde geste naar de vorsten. En de
Boulevard Jonquière; deze verbond de
Kota Baroe middels een bocht onder de
spoorbrug door via een eigen moderne
brug rechtstreeks met het stadscen
trum vlakbij de grote overweg van Toe-
goe/Malioboro. Jonquière was de resi
dent onder wiens bewind deze verbin
ding tot stand was gekomen. Overigens
lag de wijk ook aan de grote oost-west
uitvalsweg en via een andere oudere
brug verbonden met de oude stad. Deze
brug was de Djambatan Merah of Rode
Brug: een stalen constructie die rood
was geverfd en waarover veel verkeer
kwam.
Wij woonden in Kota Baroe met zicht op
die brug en op circa driehonderd meter
daar vandaan op de hoek van de Kroon
prinslaan en de Soembinglaan. Er waren
in de Europese wijk al vier grote huizen
met een verdieping er op: voor Indië
toentertijd nog een uitzondering. En
één dier huizen hadden onze ouders
gehuurd van de sultan. We woonden er
kostelijk!
Het sportstadion
In de nieuwe wijk was ook vlakbij een
ommuurd voetbalveld; een soort stadion
14