Tussen vier en zeven uur moeten ze
ijlboden hebben gehad om alle hoeken
van de wereld af te zoeken. De kinderen
en kleinkinderen van het kamermeisje
wonen in ieder geval in Batang, meer
dan een kilometer hiervan verwijderd.
En de tuinman die altijd ontkend had,
dat hij nakomelingen had, had nu plotse
ling drie kinderen bij zich die, zoals hij
mompelde, uit vroegere huwelijken
stamden.
Dat was zo onwaarschijnlijk gek. Allen
stonden daarzostil en bescheiden in en
rond de deur en staarden met wijd
opengesperde zwarte ogen naar die
prachtige stralende boom en naar de
Europees ingerichte kamer waar wij
zaten. H un gezichten waren onbeweeg
lijk van ver- en bewondering en zij
durfden nauwelijks een woord uit te
brengen. Zij gedroegen zich dan ook
keurig. De kleinsten, die twee en drie
jaar oud waren, stonden vooraan. Dan
kwamen de iets groteren en zo werd de
muur hoger. Achteraan stonden de
volwassenen en onze bedienden. Hele
maal vooraan stonden twee hele kleine
jongetjes. Bruine Amoriner alleen
gekleed in hun eigen donkere vel en na
tuurlijk met de noodzakelijke ringen om
hun enkels met belletjes, armbanden
en kleine halskettingen. Ze waren alle-
twee gladgeschoren, zoals men vaak
ziet, met uitzondering van een dot lang
zwart haar die ze in hun nek droegen en
een andere over het voorhoofd. Dit
kaalscheren gebeurt voor de koelte en
vanwege de hygiëne en de overgebleven
pluk haar is bestemd voor twee dingen.
Indien het kind ziek zou worden en de
medicijnman woont ver weg, dan stuurt
men hem een paar van de overgebleven
haren, waaraan hij gemakkelijk kan zien
wat het kind scheelt En als het kind
in gevaar zou komen of sterven dan
heeft de aartsengel Gabriël de mogelijk
heid om het kind via de pluk haar te
pakken en hem te redden of eventueel
op te nemen in de hemel. Naast deze
twee feestelijk geklede jongeheren,
stonden de twee kleine meisjes van de
bediende Warman, Tasmira en Isa, ge
kleed in kleine verschoten Parijse jurk
jes. Die waren namelijk afgedankt door
Minna en Adé. Zo raakten de uitersten
elkaar.
Iets hogerop zag ik een kleindochter
van het kamermeisje, die ik kon her
kennen aan een van Minna's oude jur
ken, die ik zelf een keer heb genaaid. De
jeugd was min of meer gekleed volgens
het normale Javaansegebruik, in kleine
sarongs en kabaya's en de iets groter
jongens bovendien meteen hoofddoek.
Eerst genoot ik een poosje van het zien
van deze gasten en vooral van mijn twee
eigen naakte nootbruine Kerstengelen.
Maar nu hadden ze iets in de gaten
gekregen en ze moesten dan ook iets
hebben om op te kauwen. Eerst gaf ik
Warman een hele grote zak met peper
noten om uit te delen, terwijl Harald de
speeldoos opwond. Ik begon toen
snoepgoed uit de boom te halen. Deense
kerstmandjes, puntzakjes, vol met
suikergoed. Het waren er zoveel dat alle
Javaanse kinderen iets konden krijgen.
Daarna deelde ik vergulde walnoten uit
en tot slot de rode sappige ramboetan
vruchten, die aan de groene takken
hingen. Alle zwarte ogen volgden ge
spannen al mijn bewegingen en toen ik
glimlachend naar de groep toeliep met
een paar Kerstmandjes in de hand,
bereikte de spanning het hoogtepunt.
De gelukkige voor wie het cadeautje
bestemd was, bedankte iedere keer
helder en duidelijk: 'Suwun N'doro
(dank u wel, mevrouw), op z'n Javaans.
Een klein bijna zwart jongetje, zoontje
van Romambi, die afkomstig was van
Menado, antwoordde toen hij aan de
beurt was, waardig: 'Dank u wel,
mevrouw', op z'n Maleis. Dit vonden
twee kleine Javanen ontzettend grappig
en een van hen leunde over naar de
ander en zei: 'Zeg, hoor eens. Hij zegt
daar: 'Trima kassih Njonjah'. De twee
naakte kerstengeltjes keken met ver
wondering naar een bont dienblad, dat
ze op de onderste plank van de dientafel
hadden ontdekt. Ze zaten op hun knieën
en wezen er naar, met hun lieve kleine
bruine staartjes naar het publiek
gewend. Daarna gingen ze vechten om
hun puntzakjes, maar totaal geluidloos.
Warman was er snel bij om de twee uit
elkaar te halen. Onze bedienden en hun
naasten bespraken in de tuin de ge
beurtenissen. De kinderen zaten op de
galerij en hadden het druk met hun
cadeautjes. En ik liep een beetje rond in
de keuken om toe te zien bij het klaar
maken van het eten. De kinderen hadden
al te voren gegeten en waren klaar om
near bed te gaan, voordat wij om half
tien aan tafel gingen. Wat helemaal niet
ongewoon is in Indië.
De Kerstmaaltijd bestond uit heldere
soep, met worteltjes en kleine bolletjes
geweekt in mayonaise, gegarneerd met
eieren, varkenscarbonade met aard
appelen en erwten en tot slot ananas en
andere vruchten. De stemming was
gezellig en opgewekt.De heren hadden
zich ook vermaakt over het kleine
intermezzo met de Javaanse kinderen.
Overigens hadden ze zelf nog nooit een
Kerstboom gezien en zij dankten harte
lijk voor alles toen ze om half één naar
huis gingen. Ik was die nacht te moe om
veel te slapen. Maar het deed mij plezier
als ik aan de goedgelukte 'bruine' Kerst
terugdacht."
De administrateurswoning op de suikeronderneming Gemampar bij Klaten, waarin de familie Clifford woonde.
7