WELKOM! /VXAa 20 t/m 30 JUNI 33« TASA% JVIA1AM UESATt, MALIEVELD - DEN HAAG Wij zoeken hulpkrachten; Nu elf dagen lang snoepen, slenteren, kijken en luisteren op de oudste en grootste pasar malam van Nederland. Sobat worden van de Stichting Tong Tong en redjeki krijgen bij eet- en verkoopstands? Dat kan voor f 25,- per jaar. Inlichtingen en aanmeldingen bij St. Tong Tong. Ontvangt u de gratis Pasarkrant nog niet thuis? Stuur ons dan voor 24 mei een kaartje met uw naam en adres. Het eerstvolgende nummer verschijnt 10 juni a.s. Toegangsprijzen: volwassenen f 10,-; CJP/65+ f 6,-; Kinderen t/m 11 jaar f 5,-; Sobats f 9,-; groepen (20) personen f 7,-. Pasarpas (passe-partout): volwassenen f 55,-; CJP/65+/Kinderen f 30,-. Sobats f 50,-; Sobats CJP/65+/Kinderen f 27,50. Vooruit bestellen en niet in de rij hoeven staan bij de kassa? Vermeerder het totaalbedrag met f 2,50 voor administratie- en portokosten en maak het over op gironummer 621 73 1 7, t.n.v. Pasar Malam Besar BV. Een girobetaalkaart sturen kan ook. bel voor een sollicitatie-formulier. DEN HAAG STICHTING TONG TONG, Celebesstraat 62, 2585 TM telefoon 070 - 355 77 77. ochtend meldde ik mij bij de Nigis, hieral omgedoopt tot Regerings Voorlichtings Dienst, RVD. Aangezien ik in Batavia niets te zoeken had werd ik meteen benoemd tot hoofd van de RVD voor West Java-buiten Batavia. En om de zaak maar af te ronden, suggereerde ik "en Midden Java?" wat ook geaccep teerd werd. Diezelfde dag en de volgende dag bracht een jeep mij naar Tjideng en Kampong Makassar, waar een dames-comité een lange rij tafels neerzette en daarop stort ten wij de postzakken leeg en meerdere dames hielpen haar kampgenoten zoe ken naar brieven van haar man. Een heel aangrijpend werk, want velen kwamen te vergeefs en anderen kregen slechts een doodsbericht. Onder het schrijven hiervan, krijg ik nu, na een halve eeuw nog de koude rillingen. Ik zie het nog altijd als een "voorrecht van Hogerhand" dat ik de opdracht kreeg mijn postzakken naar meerdere vrouwenkampen te brengen, zodat ik meteen naar mijn kinderen kon zoeken en na Batavia ook nog vliegen kon naar Semarang, Soerabaia en daarna Ban doeng. De beide eerste steden bereikte ik in zo'n goede oude Dakota. Maar, jammer, mijn drie kinderen vond ik daar niet. Sedert begin februari 1 942 had ik hoegenaamd niets meer van mijn gezin gehoord en heel in het kort kreeg ik in het Jaarmarkt-kamp Soerabaia - maanden later - het verschrikkelijke bericht over de dood van mijn vrouw te horen, en van de kinderen wist ik via een advertentietje "Anak Wormser ada baik". Ze waren toen acht, vier en de baby 7 maanden oud. In de Japanse lood- mijnen nooit enig bericht. Maar het graf van mijn vrouw vond ik wel, op mijn eerste reis, de kinderen niet zodat ik alle hoop zette op Bandoeng. Ze boden me nu geen Dakota aan, maar een oud kreng van een Jappen-vliegkist met nauwelijks plaats voor vier man. En als gezelschap waren er twee meneren en nog een meiske van een jaar of twaalf. Enfin, een soort van uitgegroeide gras- maaimachine sloeg hikkend en proes tend aan, het deurtje ging veilig dicht met een stuk kawat, de beide Japanse officieren op de bok keken eens even achterom en ja hoor daar hobbelden wij over het veld en de zaak kwam nog omhoog ook! Hij had wel wat moeite met de Poentjak, en zo hadden we een mooi griezelig uitzicht, bibberend, dicht langs die scheve half open krater van de Gedeh, maar gelukkig verrichtten wij net geen schade aan de fraaie miljonairs villa van Nico Metzelaar daar boven op de Poen tjak en daar lag dan Tjiandjoer en de Goenoeng Missigit was een peuleschil letje, en die meneer tegenover mij keek me eens aan en zei: "U bent toch Wormser van de krant? "Ja", zei ik, "en u bent meneer de Baan, gymnastiekleraar van de HBS" en toen schoot mij te binnen: dat meiske kon wel eens net zo oud zijn als mijn Chrisje, 1 2 jaar ongeveer. "Ken jij Chrisje Worm ser?" (een schot in de lucht!)"Jawel meneer, dat is een vriendinnetje van mijen zij woont Tjibeuningstraat 2". "En heeft zij broertjes?" "Ik geloof van wel meneer!" Grote God, hoe is dit mogelijk!? Ik zag een moment zwart voor mijn ogen en stootte mijn kop aan die blikken zolde ringen moest me zelf weer onder discipline krijgen Een afgejakkerde blauwe truck - ik zie dat gedeukte wrak nog voor mij en vooral dat kromme spatbord waar ik over heen moest glijden om op straat te komen - die bracht me - het leek wel een eeuw te duren - in de Tjibeuningstraat en daar waren twee kleinejochies,zoop het gezicht acht en vier, die speelden met een autootje voor nummer 2. "Woont hier soms Chrisje Wormser?" de grootste keek mij zo eens aan van onder zijn wenkbrauwtjes, wat achter dochtig, zo van: is-ie-'t-nou.... of niet? En hij wees: "Daar"Ben jij soms Hansje Wormser?" "Nee, meneer - ver ontwaardigd - ik ben HANS!"ze zijn zich wezenloos geschrokken toen die man in dat gekke uniform ze samen van de grond tildenou dat was echt grie zeligen ze wrongen zich vlug weer los Maar daar kwam letterlijk naar buiten schieteneen beeldschone jonge damezwart golvend haar, heel don kere ogen en die prachtige zachte huids kleur die koelit-langsep genoemd wordthaar lieve moeder Lietje-in- het-klein, "VADERleef je nog! Wij hebben zo lang al gedacht dat je dood was!" 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 23