idc Dhr. L. van Putten Uitgifte herden kings enveloppen: Het Indisch Wetenschappelijk Instituut (tel. 070 - 354 55 01 en het Indisch Familie Archief (tel. 070-351 26 02) samen het INDISCH DOCUMENTATIE CENTRUM Ook Kwantes moest zich schikken, want deed hij dat niet dan zou ook hij als adviseur worden afgevoerd. "Aardig" om te lezen is ook hoe discus sie is gevoerd over de mening van De Jong dat de Slag in de Javazee en het grote verlies aan mensenlevens en materieel de persoonlijke schuld was van admiraal Helfrich. Dat gedeelte in deel 14 (blz. 758-760) eindigt met deze regels: "Tijdens de discussie bleek De Jong zijn meelezers nog niet overtuigd te hebben. Met name In 't Veld, Brug mans en Kwantes waren het ook met de gewijzigde tekst niet eens. De auteur hield een definitieve beslissing echter nog aan totdat hij commentaar van marine-deskundigen had ontvangen. Dit leidde echter niet tot substantiële wijzigingen. Samenvattenddeel 14 is, hoe dan ook, een must voor een ieder die de boeken van dr. De Jong leest of heeft gelezen. Het frustrerende daarbij is echter dat De Jong zo'n granieten onderkoning is geworden dat elke kritiek een zand korrel lijkt. Om daar de noodzakelijke verandering in te brengen, is vooreerst een demythologisering van het ver schijnsel De Jong nodig. Gebeurt dat niet dan zal ten eeuwige dage sprake blijven van één reus en een heel volk aanbiddende dwergen. En dan nu even de heer Leo van Putten. Hij is een 37-jarige geschiedenis-leraar uit Nieuwegein die onlangs aan de Hogeschool Rotterdam zijn MO-B studie heeft afgerond met een scriptie over het Comité Geschiedkundig Eerherstel Nederlands-lndië versus dp Staat der Nederlanden. Van Putten is zo'n Hol landse jongen die zelf geen bindingen heeft met Indië/lndonesië maar van wie het hart wel spontaan die kant uitgaat. Misschien ook een beetje omdat hij een zwager heeft die na de oorlog in Indië heeft gediend en daarover boeiend en soms geheimzinnig kon vertellen. Toen Van Putten het onderwerp voor zijn scrip tie moest bepalen, stond het voor hem vast dat het te maken moest hebben met Indië. Uiteindelijk is het dus het comité geworden, want dat mensen uit Indië sowieso protesteren, en dan nog wel in een proces tegen de Staat, is opmerkelijk en dus waard om naderte onderzoeken. De centrale vraag in de scriptie is: "In hoeverre wordt de kritiek van het Comité Geschiedkundig Eerherstel op de con clusie van Dr. L. de Jong betreffende de situatie in het vooroorlogse Nederlands- lndië gedragen door de "Indische ge meenschap" in Nederland?" 38 blad zijden verder concludeert Leo van Putten: "Ondanks het feit dat de Indische gemeenschap zeer gedifferentieerd was, mag echter voorzichtig worden gecon- Leo van Putten cludeerd dat de leden van de Indische gemeenschap die hebben gereageerd op het verschijnen van deel 1 1A in zeer grote meerderheid de kritiek van het Comité onderschreven. Vrijwel alle pers publicaties van schrijvers met Indische bindingen uitten vergelijkbare kritiek op 11A als het Comité.(De reacties waren overigens zo massaal, dat ze historici zouden kunnen rechtvaardigen zich opnieuw te buigen over de ge schiedschrijving van de gehele, koloniale periode. Het verdient aanbeveling om een onderzoek te doen naar het in het proces aangedragen bronnenmateriaal." Het positieve aan Leo van Putten en zijn scriptie is dat hij als omhoogklimmende historicus oog en oor heeft voor het denken en voelen van de Indische bevolkingsgroep. Dat hij hen serieus neemt. Dat is anno 1 991 namelijk nog altijd een uitzondering. Ook Van Putten zit er af en toe net naast. Zo is zijn opsomming van uitspraken van De Jong waartegen het Comité zich verzette niet helemaal to the point. Maar dat geeft niet, dat komt wel terecht in het eigen boek van het Comité. Zijn oprechte persoonlijke en weten schappelijke belangstelling, dat geeft hoop voor de toekomst. En die hoop is nodig gezien uitspraken zoals ver hier boven geciteerd van een Amsterdams aankomend historicus. RALPH BOEKHOLT - "Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, deel 14', uitg. SDU Uitgeverij kost f 89,90 en is in elke algemene boekhandel ver krijgbaar, ook bij Moesson. - Belangstellenden kunnen de scriptie van Leo van Putten bestellen door overmaking van f 1 7,50 op giro nummer 2755721 t.n.v. L. P. van Putten te Nieuwegein o.v.v. "scriptie". Levertijd 3 weken. KNIL-opheffing 26 juli 1991 3 enveloppen t.w. "Kruis voor Krijgsverrichtingen" "Kruis voor Orde en Vrede" "Militaire Willemsorde" alle 3 in kleur met verschillende teksten. Per set f 1 2,50; p. st. f 5,- 15 augustus herdenking 's-Gravenhage 3 env. vignet in bronskleur (legpenning) 1e tekst: Leuwigajah-Muntok- Padang-Tjideng 2e tekst: Antjol-Banjarmasin- Mandor-Kramat 3e tekst: Kembang Kuning- Tarakan-Makassar per set f 12,50; p. st. f 5,- (afstempeling PTT's-Gravenhage) Pacific War to end 2 env. met naderte bepalen vignet Frankering postz. "Vier koninginnen" 1e tekst: "De tirannie verdreven 1941-1945" 2e tekst: "Onversaagd en ongebroken" 1942-1945 per set f 8,50; p. st. f 5,- Bij best. v. set 1 t/m 3 CARNET gratis en pr. f 32,50. Overmaking op giro 5232808 t.n.v. F. Noordsij, Ariaweg 82, Amersfoort, tel. 033 - 72 51 16. Het adres is Prins Mauritslaan 36', 2582 LS Den Haag en de ope ningstijden zijn maandag t/m donderdag van 09.30-14.00 u. Bovendien elke eerste zaterdag van de maand van 10.00-1 2.00 u.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 7