REIZEN-OP-MAAT
naar INDONESIA
MALAYSIA
THAILAND
W-
NUSA INA REIZEN
In december 89 schreef ik in
Moesson over mijn belevenissen in
Indonesië, die mij moesten brengen tot de oplossing
"Terug! Voorgoed
Verleden jaar ging ik weer terug naar Indonesië. Nu alleen zonder de
anaks, maar wel samen met mijn vrouw. We hadden niets georganiseerd.
We gingen op goed geluk, maar wel met de opdracht in t hoofd: "Wat is
dat toch die voortdurende drang naar Indonesië
NUSA INA is uw specialist voor
REIZEN-OP-MAAT tegen betaalbare prijzen en
geeft deskundig advies
NUSA INA staat voor kwaliteit, privacy en
betrouwbaarheid.
Vraag naar onze folder 91
Alle details zal ik proberen te vermijden.
Maar in hoofdzaak kwam ons verblijf op
het volgende neer.
Wat is Indonesië in anderhalfjaar toch veel
veranderd. Wat je ook deed, hoe goed je
ook de taal sprak. je bleef een toerist, dus
rijk, dus iemand aan wie verdiend kon
worden.
Je kon"tawarren" wat je wilde, men bleef
beleefd lachen, maar het antwoord was
"Tuhan ada disini djuga bisa datang disini
na Tuhan ada banjak uang" Het was
vaak om wanhopig van te worden dat je
ook iets anders wou, ook de guest-houses
waren vriendelijk, open, maar toch....
Heel langzaam begon ik te begrijpen, dat ik
"iets" zocht dat er niet meer was. Een
oude vrouw in Djakarta zei het mij een
beetje provocerend, toen ik het met haar
over Indonesië en Nederland had. Ach, zei
ze me: "Wij Indonesiërs zijn uiteindelijk
door de Japanners bevrijd". Terwijl mijn
vader het mij heel anders had geleerd. Mag
ik het hier herhalen: "De enige goede Jap
is een dode Jap". Toen ik er "iets'Van
begon te begrijpen, was ik beland bij mijn
vroegere oudere vriend Moestadjab in
Kali-Baru.
Hij is eigenaar van "Margo-Utomo
Homestay". Een plek, die ik iedereen van
harte kan aanbevelen. De warmte en
gastvrijheid die je daar voelt ben ik nog niet
eerder tegengekomen. Op zijn plantage,
waar je bijna alles tegenkomt, koffie,
nootmuskaat, peper etc. De lekkere zelf-
gebrande koffie de heerlijke chocolade
melk van eigen koeien, de verhalen en
uitleg bij de div. uitstapjes naar o. a. de
koffie- en rubber plantage
Ook van hem hoorde ik, dat hij met het
zelfde fenomeen bezig was, n.l. het bestu
deren van de binding die Indonesië en
Nederland hebben. Alleen hij analyseerde
het van zijn kant, dus van de Indonesische
kant. Hij nodigde mijn vrouw en mij uit op
een tochtje naar Sukamade. Misschien wel
bekend, maar voor mij overbekend toen ik
vroeger met mijn vader ging jagen op
"tjelengs".
Eerst met de auto door de rivier heen,
toen later lopend door de rivier heen en
toen kreeg ik les, neen anderhalf uur col
lege over "Binding". Hij vertelde eerst zijn
verhaal, zijn geschiedenis, zijn relaties, als
administrateur van een plantage, met de
Nederlanders.
Later na de overdracht zijn opbouw, maar
ook zijn voortdurende binding naar Ne
derland. Ook zijn verdriet en teleurstel
ling.
Hij vertelde mij hoe hij zijn "home-stay"
had ontworpen, natuurlijk zat er ook "het
verdienen" aan, maar bovenal zijn liefde
voor het land Indonesië en zijn diepe res
pect voor de mens in wat voor verschijning
dan ook Dus ook voor Nederlanders.
Hij legde mij uit wat binding was, toen we
allebei aan het strand in de buurt van
Sukamade onder een klapperboom zaten.
Rob, zei hij mij: "Binnen het woord binden
zit één belangrijk element, en dat is "ont
moeten". Wij hebben geluk dat wij (jij en
ik) elkaar hebben ontmoet. Hier op het
strand bij Sukamade. Wij worden beïnvloed
door dynamische krachten. Vaak vanuit
een ver verleden. Onze grootouders
hebben gezorgd voor deze krachten. Als
wij deze krachten nu positief kunnen ge
bruiken, positief ook naar ons zelf toe, dan
kunnen wij iets scheppen, dan ontmoet jij
in Holland positief denken en ik hier in
Kali-Baru. Misschien kunnen wij samen
ook "iets" scheppen....
Hij sprak zo een hele tijd door en ik kon
slechts luisteren, luisteren en nog eens
luisteren.
Later liepen wij (met zijn drietjes) terug
naar de auto. Hoog in de boom bij de auto
zagen wij een groepje monjets. Heel fijn
zinnig merkte hij op: "Wie ontmoet wie, zij
die omhoog kijken, of zij die naar beneden
kijken".
De mandi-kamer bij Margo-Utomo was
bekend en heerlijk. Het eten zoals vroeger
bij omaatje. Maar de wijsheid die ik alweer
uit mijn land mee kreeg was: "Acceptatie,
dat ik een Indische jongen ben, met een
verleden uit Indonesië, met een heden van
zowel Nederland als Indonesië maar ook
de acceptatie dat de toekomst nog onze
ker is, zoals elke toekomst.
Ik sta weer voor het gelukkige ogenblik om
naar Indonesië te gaan. Watzal mijn vriend
Moestadjab in het mooie Kali-Baru bij
Margo-Utomo mij nu weer laten voelen.
Ik zal het verhalen.... in Moesson.
Drs. ROB VAN REES
OCONtUtfl
Laan van Meerdervoort 326 A
2563 AM Den Haag Tel. 070-363 39 23
34