ORIENT TRAVEL BV ZZ v.a. 3.940,-- RETOUR BALI v.a.1.900,— RETOUR AUCKLAND v.a.2.535,-- RETOUR BANGKOK v.a.1.320,-- ffTjJ RETOUR JAKARTA v.a.1.870,-- V\y// 30-daagse verzorgde reis JAVA en BALI garantiefonds REISGELDEN Singel 486 - 1017 AW AMSTERDAM Tel. 020 - 23 74 84 Laan van Meerdervoort 291 DEN HAAG Tel. 070 - 361 50 78 Rokin 52 AMSTERDAM - TEL. 020 - 24 25 38 vertellen. Een waar gebeurd verhaal uit mijn praktijk. Casuistiek heet zoiets. Een nog redelijk jonge vrouw, achter in de veertig of begin vijftig, ik kende haar wel, een prettige en bescheiden verschijning, kwam opvallend ineens vele malen in een week op het spreekuur. Meestal zag ik haar eens een keer voor een hardnek kige verkoudheid of een vraag om raad of een geruststelling, zij had nogal veel last van hoofdpijn. Dat ineens vaker komen op het spreek uur, met zeer diverse klachten, is geen onbekend verschijnsel. Je bent dan wel op je hoede. Meestal is de oorzaak een tijdelijke inzinking, lichamelijk en geeste lijk, die met begrip en goede wil van beide kanten (patient en dokter), zo no dig met onderzoek van de specialist, kan worden "opgelost". Deze z.g. a-typische klachten zijn de moeilijkste in de zin van diagnose en the rapie, gewoon dus waar je werk uit be staat, maar er zijn geen aanknopingspun ten voor een diagnose, laat staan voor een therapie. Er waren jammer-klachten en jammer-verhalen, waar niets van deugde, althans ik wist er geen weg mee. Maar je blijft op je hoede. Het paste ge woon niet bij deze patient. Huilbuien en agressief antwoorden op mijn vragen. Dwingend vragen om langer thuis te kunnen blijven omdat het kan toor - altijd prettig gewerkt, maar nu een plaats van onheil - haar nog zieker zou maken. Er dreigde een breuk in onze relatie. Toen stelde ik haar voor psychiatrische hulp te vragen. De kreet van wanhoop en pijn uit de mond van deze altijd zo goed geïntegreerde en evenwichtige Hollandse vrouw zal ik niet gauw verge ten; een echo altijd hoorbaar voor mij: "Wat kan zo'n Hollandse kaasboer mij nu vertellen, hoe ik die verdomde Jap pen uit mijn leven kan schoppen!" Een klein uur en vele tranen later kon ik begrijpen en was er dus ook de moge lijkheid voor hulp. Zij was als meisje van 7 jaar samen met haar moeder opgesloten in een vrouw enkamp in Midden-Java. Zo klein en jong als de kinderen waren, moesten zij op het land werken, behalve de allerjongsten. Spitten, harken, on kruid verwijderen, nieuwe aanplant plan ten en verzorgen. Van het kamp waar ze ondergebracht waren, moesten de kinderen een tame lijk brede maar ondiepe rivier overste ken naar hun werkterrein. Er stond een sterke stroming door het steile verval. De kinderen deden dat heel handig door van steen naar steen te springen. Liever keken zij niet om zich heen. Zij wisten toch wel van de immer spiedende blik ken van de Jappen en hun Javaanse hel pers. Aan beide kanten van de rivier stonden ze. Wanneer het water in de regentijd wat hoger stond en de stroom daardoor groter kracht had, werden stukken en brokken van de kanten van de rivier bedding weggeslagen. Ten leste was er zoveel van de kant, aan de zijde van het kamp, weggespoeld en weggeslagen dat kadavers van gestorven vrouwen en kin deren, die op het terrein begraven lagen door de stroom werden meegevoerd. De kinderen keken er stom en met doffe ogen naar, hoe de zoveelste bun del botten en kleren werd meegevoerd door het water en sprongen weer een steen verder. Vele tientallen jaren later ging zij op va kantie naar Kreta en maakte daar een wandeling door een kloof. Op bepaalde plaatsen was de kloof zo nauw, dat het enkel mogelijk was door van steen naar steen te springen, het zandpad was er nauwelijks meer, om verder te gaan. Ook zij deed dat. Van steen naar steen en plotseling sprong zij terug in het ver leden. Kapot, verbijsterd, overmand door een ziek makende angst. Er volgde een lijdensweg van jaren: Vage klachten, onbegrip, steeds dieper weg zinkend in het verdriet. Zelf heeft zij zich uit de brei van wanhoop uit het verleden omhoog getrokken. Luisteren en probe ren te begrijpen heeft haar een klein beetje geholpen. Nog steeds hebben wij een goed contact en zijn wij goede vrienden geworden. Indië is onze gezamenlijke achtergrond, het KZ-syndroom bindt ons. Uiteindelijk vond zij zelf de mensen, die haar konden helpen. Lotgenoten met wie zij, samen met een maatschappelijk werkster, die veel voor mensen met "Indisch" oorlogsleed heeft gedaan, een reis naar Indonesië maakte. Terug naar het kamp om af te rekenen met het ver leden. Zij is dezelfde vrouw, vele jaren later, maar in een andere huid, kan ik het zo verwoorden? Er is weer leven. Voor haar, voor haar kinderen en klein kinderen, ik wens ze een gouden toe komst. Herinneringen, die je bijblijven zijn de ui tersten, de allerslechtste of de hele goede. De zomer van '91 begon slecht, maar daarna weken en weken zon en warmte. Ik zit in mijn pseudo-kebon, mijn vrouw heeft het over onze kleine Zuid-Euro- pese tuin en in die tuin heb ik mijn eigen laoet en daarin een klaterend fonteintje en peins. Gekke is dat ik in zo'n "bui" mij vaak kwaad maak. Sweet memories is t'er niet maar wel de ergernis bijvoorbeeld, dat hier alles palsoe is. Niets is toelèn. Mangga uit Suriname, ramboetan uit Bra zilië, doekoe 'n dah adah. Lombok me- rah ook uit Zuid-Amerika. Warmte komt uit de kachel of de c.v., alleen mijn bruine huid is echt en blijft echt. Wat ook blijft, is mijn weerzin voor een wintervakantie. Schaatsen en skiën heb ik nooit kunnen leren. Blauw van de kou heb ik mijn gezin naar diverse winter sportplaatsen in Europa gereden. Nu schaatsen en skiën de koters als de beste en mijn vrouw ook zo, maar mijn weerzin tegen kou, ijs en sneeuw is nog steeds onveranderd. Toen de meisjes nog zulke allerliefste Indische kopjes hadden en dus de leef tijd, dat papa van alles en nog wat uit hun dagelijks wel en wee diende te we ten, en kwamen zij met schitterende pretoogjes en rode wangen aangehold, terug naar het hotel van de ski-piste, dan kon ik de weerzin op mijn gezicht mees tal niet goed verbergen en ze vroegen dan duidelijk verbrouwereerd: "Wat is er papa? Je bent toch niet boos? "Jullie stinken naar andjing basah, naar natte honden", zei ik en sloot dan dat natte spul toch maar in mijn armen. De goede herinneringen, blijven ook ge grift in je geheugen. Een lach en een traan, memories are made of this, ja toch!? 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 22