GESCHIEDENIS VAN Indische Nederlanders in de ogen van de wetenschap Liek Mulder /Anne Doedens/ Yolande Kortlever van Walraven 13 Fragment 6 (uit: J. van Goor, Indië/lndone- sië, Utrecht 1987): "Tot de Europeanen werden ook de Indo's gerekend; zij waren nakomelingen van ge mengde huwelijken. Juridisch vormden zij geen aparte categorie." (pag. 24) "De vraag of men van Aziatische of Europese origine was, vormde het Japanse criterium bij de selectie voor de internering. Indo's werden ingedeeld bij de Aziatische groep en golden niet als vijand. Niet alle Indo-Europeanen bleven buiten de inter neringskampen. De militairen bleven krijgsgevangenen, terwijl het vage crite rium voor wat een Indo was, de mogelijk heid bood alsnog de kampen in te gaan als dat beter uitkwam of veiliger leek." (pag. 78) "Bovendien zouden vijftigduizend Ne derlanders, onder wie een groot aantal Indo-Europeanen, het land moeten verla ten. Eind 1957 werden alle Nederlandse ondernemingen onder staatstoezicht ge plaatst, een jaar later werden ze genationaliseerd. Een uittocht van Neder landers volgde." (pag. 116) zo makkelijk te vinden is, omdat het niet of beperkt is gepubliceerd, of omdat het hoofdstukken in boeken of tijdschrift artikelen betreft. Noot: I. Meer en minder bekende terreinen worden besproken in "Indische Ne derlanders en gerepatrieerden" van J.E.EIIemers en R.E.F. Vaillant (Muider berg 1985) en het hoofdstuk "De we tenschappelijke stand van zaken over Indische Nederlanders" in "Indische Nederlanders in de ogen van de we tenschap" van Willems e.a. (Leiden 1990). ook constateren uit welke bron enkele schoolboekschrijvers (zie mijn eerdere artikelen) hun kennis hebben geput en hoe ze deze ken nis hebben vervormd. Even sum mier maar van betere kwaliteit is de aandacht in het voor docenten en studenten (HBO en WO) ge schreven "Indië/lndonesië" van Van Goor (fragment 6). Het geheel overziend, kom ik tot de conclusie dat in boeken over Nederlandse geschiedenis de aandacht voor Indië en voor Indische Nederlan ders in het bijzonder nog steeds marginaal is. Geschiedenis van Nederland van prehisto rie tot heden. Wisselende kwaliteit Hoe komt het dat de informatie over Indische Nederlanders in veel school- en handboeken nog steeds zo beperkt en gebrekkig is? Uit fragment 4 blijkt goed dat er in Nederland wel degelijk al enige tijd goede informatie van beperkte om vang is over Indische Nederlanders. Maar als we de AGN, hèt standaardwerk over de Nederlandse geschiedenis, bekij ken, dan is er toch weer reden voor te leurstelling. Wie fragment 5 leest kan Al veel literatuur beschikbaar Hoe zit het met de literatuur die zich in het bijzonder met Indische Nederlanders bezighoudt? Tijdens de studiedagen over Indische Ne derlanders die sinds 1989 jaarlijks in Leiden worden gehouden is geble ken hoeveel onderzoek naar aspec ten van de geschiedenis van Indische Nederlanders nog noodzakelijk is. I] Intussen is er over veel belangrijke as pecten al best wel veel en ook goed ge schreven. Dat betekent dat er voor leer lingen in het basis- en voortgezet onder wijs en voor studenten in MBO, HBO en VO een aanzienlijk aantal goede publika- ties zijn voor een literatuurstudie en, mogelijk in het verlengde daarvan, eigen bronnenonderzoek, bijvoorbeeld resul terend in een scriptie. Probleem is dat veel goede literatuur van zeer wisselend niveau is - variërend van voor beginners tot voor gevorderden - en dat veel niet Fragment 4 (uit: P. Schumacher, De Minderheden, 600.000 vreemdelingen in Ne derland, Amsterdam 1980, pag. 15): "Vaststaat dat zeer veel Indische Nederlanders, van wie toen ze kwamen onge veer tweederde bestond uit Indo-Europeanen, zich nooit voor honderd procent Nederlandse Nederlanders zijn gaan voelen. Dat komt, zeggen ze, omdat ze de indruk hebben, niet echt welkom te zijn en omdat hun klachten over onrecht vaardige behandeling ten aanzien van salariseisen en oorlogsschade-uitkeringen nooit ernstig zijn genomen door een overheid die in de koloniale tijd en tijdens de strijd tegen Japan en later tegen de nationalisten onder leiding van Soekarno wèl als vanzelfsprekend een beroep op hen deed. Die wrok is, in veel ernstiger mate, ook aanwezig bij de Zuidmolukkers, en bij hen heeft die zich wèl over geplant op de volgende generatie. Het zich verplaatsen in de gevoelswereld van etnische minderheden is niet de sterkste kant van het overheidsbeleid. De conse quenties zijn, in het geval van de Molukkers, niet uitgebleven." Fragment 5 (uit: Pr. Blok e.a., Algemene geschiedenis der Nederlanden, Weesp 1983, deel 15): "Het aantal geïnterneerden in Nederlands-lndië kan worden geschat op ruim 100.000 personen onder wie ook niet-Nederlanders. Indo-Europeanen werden door de Japanners als Indonesiërs beschouwd en over het algemeen niet geïnterneerd." (pag. 107) "In de laatste maanden van dat jaar (1957) en in de loop van het daaropvolgende jaar werden 50.000 nog in Indonesië werkzame Nederlanders, die voor het over grote deel daar geboren en getogen waren, het uit land uitgezet." (pag. 438). redactie Wim Willems met bijdragen van R.deJirtiin Ci.LCleintuar J.A.A.van Doorn li. I..Samuels RW.vander Yeur Centrum voor Onderzoek van Maatschappelijke Tegenstellingen Indische Nederlanders in de ogen van de wetenschap.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1991 | | pagina 13