J.G. Yssel de Schepper Noot ALLE VERZEKERINGEN IJSSELHAL ZWOLLE - 18/19/20 APRIL 1992 (PASEN) Met veel bekende artiesten o.a. Claudia Streza, Maria Verano, Wieteke van Dort Ais Lawa- Lata in de Late-Late Lien Evergreenshow, Caraïbische dansgroep Aire Caribense, Coun- try-zangeres Sandra van Rijs, Kinder programma Hans Versnel Supershow en Circus Kusters, The Magic Platters, bekend van "Only You" "Great Pretender, en verder de flitsende Pentjak Silat demonstraties o.l.v. Pa Phefferkorn, de kleurrijke Indonesische klederdrachtenshows door Seni Budaya Indonesia, de wervelende Hawaii-Tahiti-shows door de charmante Polynesische dans groep Mai'ana, en Indorock met The Hot Jumpers, Oriental Four, The Black Magicen nog veel meer. Geopend: za. 12-24, zo 12-24, ma 12-22 uur Entree 7,50 - 65-plussers 5,- - Kinderen tot 12 jaar 3,- Inlichtingen: Organisatieburo Yunus BV - 023-245270 tussen de dakpannen gaven immers een goede luchtventilatie. De keuken, de proviandberging (goedang), de toiletten (het kakhoes), de badkamer, de waterput en de bedienden verblijven bevonden zich in een apart complex door middel van een overdekte gaanderij verbonden met de woning. Dit voorkwam dat de rook van de keuken, de reuk van het "kakhoes" en de op de proviand beluste dieren zoals mieren, kakkerlakken en muizen, in de woning te bemerken waren. Een les die de Hollan ders van de inheemse bevolking geleerd hadden. Door deze bouwwijze, mede doordat er vrijwel geen tapijten en wandkleden toe gepast werden en open vuurhaarden en kachels afwezig waren, waren de wonin gen zeer brandveilig. Deze bouwwijze werd en wordt ongeveer, zij het op wat bescheidener grondoppervlakte, nog steeds toegepast in het huidige Indone sië. In 1746 waren, behalve de tien brandspuiten in de stad Batavia, er drie buiten de stad aanwezig. Behalve dat Jan van der Heyden een groot schilder en de uitvinder van de slangbrandspuit was, was hij ook de uit vinder van de straatlantaarn. In die tijd was iedereen gehouden om in geval van brand in de buurt, des avonds voor zijn huis een lantaarn neer te zetten of te hangen. Deze lantaarns walmden en wa ren beroet doordat ze onregelmatig brandden. Jan zijn lantaarns werkten goed omdat daarin na eindeloos experimenteren vol doende ventilatie mogelijk was zonder dat de vlam op de tocht stond. Anders dan bij de oude lantaarns kon in zijn nieuw ontwikkelde model het olie reservoir niet gaan lekken als de olie uit zette bij warm weer. Want de weglo pende olie vervuilde de lantaarns, maakte de verlichting onnodig duur en veroorzaakte brandgevaar. Jan van der Heyden maakte een serie- produktie, iets heel bijzonders in die da gen. Toen hij eenmaal een goed wer kende, makkelijk te onderhouden lan taarn had ontwikkeld, reproduceerde hij deze heel precies met behulp van houten mallen en metalen sjablonen. Hierbij ging het niet zozeer om de besparing van arbeidsloon, alswel om de produktie van ruim 2500 lampen die de stad Amster dam had besteld en die op precies de zelfde manier moesten functioneren, on danks het feit dat ze door ongeschool den werden gemaakt. Aan het einde van de 17e eeuw waren Amsterdam en Gro ningen de meest "verlichte" steden van de wereld. Batavia kreeg deze primeur als meest verlichte stad van Azië in 1780. Wederom was er een zorg bij brand voor de burgers een overheids zorg geworden. Het pluspunt was mede dat daardoor de straten in de stad heel wat veiliger werden na zonsondergang. Rond 1787 werd Soerabaja voorzien van stadswallen, echter zonder grachten. Die les had men waarschijnlijk van Batavia geleerd. (Vervolg "De Indische politie en haar unirormering") kon zich ook in het wit kleden in geslo ten jas met staande kraag en ronde pet. Ondercommissarissen hadden als rang distinctief een of twee ronde gebombeerde plaatjes in goud, opzieners in zilver. Strepen van oranje treskoord gaven de graden aan van het inheemse personeel. Dit droeg op pet en hoed een eenvoudig rijkswapen zonder wapenhouders. Bij de veldpolitie werden de graden van het lagere personeel aan gegeven in blauw treskoord op de mouw. Bij dezelfde gelegenheid in 1929 zijn ook de diverse kantooroppassers, boodschappers en nu ook de chauffeurs van nieuwe kledingvoorschriften voor zien. Allen kregen de khaki politie- uniformen zonder rangonderscheiding stekenen. De chauffeurs hadden een wit plat koord op de liggende kraag, de an deren op de staande kraag. Na de Japanse capitulatie heeft de politie een op. Nederlands Nieuw-Guinea aanvankelijk vooral militaire kleding ge dragen met als distinctief op het hoofd deksel een witmetalen rijkswapen, met of zonder schildhouders. Op Nieuw Guinea droegen de patrouilles groene De V.O.C. liep op zijn laatste benen. In 1796 werd de directie opgeheven en in 1800 was de Compagnie fini. De brand weer, eigenlijk een bedrijfsbrandweer, werd genationaliseerd tot Lands- brandweer. Insulinde was een kolonie geworden on der de Bataafse Republiek gevechtskleding met vechtpetjes. Officie ren droegen khaki petten met in zilver geborduurd rijkswapen. Er werd ook door hen khaki en witte kleding gedra gen, de laatste ook met hoge staande kraag. De in het vorige nummer van Moesson op pag. 28 afgebeelde Pradjoeritofficier is afkomstig uit de Javaanse Vorstenlanden,terwijl in het eerste deel van het artikel "De Indische politie en haar uniformering" op pag. 29 sprake is van de Pradjoerits, gewapende corpsen, die ondergeschikt waren aan de in heemse regenten, die door het bestuur voor politiediensten konden worden in gezet. Alg. Assurantiebedrijf "Argo" p'.antoor en woonhuis Corn, de Witt- laan 83, Den Haag, tel. 070 - 3557172 37

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 37