BOEDDHA
en SHIVA op JAVA
in
Deze tweede tentoonstelling, die onder de overkoepelende titel 'Insulinde in Lei
den' in het Rijksmuseum voor Volkenkunde is te zien, zou reeds in een vorig
nummer van Moesson besproken worden (zie Moesson, 36ste jaargang no. 10
van 15 april 1992). De bedoeling was, dat ik hierbij ook de gids zou betrekken,
die speciaal voor deze tentoonstelling was geschreven. Bij de opening in februari
was deze gids nog niet voorhanden. Het leek daarom beter nog even met mijn
artikel te wachten. Maar toen ik op 8 meijl. voor een bespreking in het Leidse
museum moest zijn, bleek de gids nog steeds niet verschenen. Wel vreemd om het
publiek zo lang de nodige informatie te onthouden omdat het hier om een ten
toonstelling gaat, die wat extra begeleiding best kan gebruiken.
Beeld van Brahma van het
Diëngplateau
Het schijnt, dat de gids in juni zal ver
schijnen, dus er is nog hoop voor de
toekomstige bezoekers. Hoe dan ook, ik
ben die dag toch maar naar boven ge
gaan, om heel intensief op de tentoon
stelling zelf, aantekeningen voor dit arti
kel te maken, omdat ik vond dat ik niet
langer kon wachten. Is het toeval, dat ik
juist op die dag rondliep tussen voor
werpen uit het Hindoe-Javaanse verle
den, dat bij uitstek het jarenlange werk
terrein is geweest van Prof.Dr. A.J. Ber-
net Kempers, waarvan ik de overlijdens
advertentie (gestorven op 2 mei jl.), juist
die avond tevoren in de krant had ge
zien? Mijn bezoek aan deze tentoonstel
ling kreeg nu het karakter van een stil
eerbetoon aan de man van 'Borobudur,
mysteriegebeuren in steen' en 'Ancient
Indonesian Art', waarin hij als hoofd van
de Oudheidkundige Dienst steeds van
zijn grote liefde voor en kennis van de
Javaanse oudheden getuigde. Zonder
enige twijfel is hij de nestor geweest van
de huidige generatie Indonesische ar
cheologen, die nu werkzaam zijn bij het
Direktorat Perlindungan dan Pembinaan
Peninggalan Sejarah dan Purbakala (Di
rectoraat voor de bescherming en het
herstel van historische en oudheid
kundige monumenten). Neen, deze con
frontatie met Boeddha en Shiva, hier op
deze zaal, op deze dag, was beslist geen
toeval.
De tentoonstelling behandelt in kort be
stek de hoofdpunten van het Boed
dhisme en Hindoeïsme, zoals deze beide
religieuze stromingen van de 8ste tot de
15de eeuw op Java gestalte hebben ge-
29
steld, werden gebruikt. Wat nu opge
steld is, behoort, op een enkele uitzon
dering na, tot het kleingoed: de kleinere
beelden, reliëffragmenten, architectuur
onderdelen. En tot de kleinkunst: bron
zen beeldjes en sieraden. Dus deze keer
niet de overweldigende topstukken, die
als unica wereldberoemd zijn geworden
(en onlangs nog te zien zijn geweest in
Amsterdam). Maar juist meer het ge
wone, vertrouwde, als een onderdeel
van het dagelijkse leven van de toenma
lige Javaanse samenleving. Dit is de grote
charme, die het geheel uitstraalt. Alle lof
voor deze presentatie, die in de
eerste plaats uitgaat naar de da
mes Dr. Hedi Hinzler en Dr.
Marijke Klokke, beiden als weten
schappelijk medewerkers in de
Historische Archeologie en Klas
sieke Archeologie van Zuidoost-
Azië, verbonden aan de Leidse
Universiteit. Zij werden bij het
voorbereidende werk geassis
teerd door de studenten Laszko
van Kessel en llda Kouwer. Maar
ook de vormgevers hebben hun
best gedaan. Alles is heel sober
gehouden. De dunne, grijsblauwe
gordijnen voor de hoge ramen la
ten een gezeefd licht door en de
hoofdkleur van de achtergrond
panelen is zeegroen. Bijzonder
rustgevend en sfeerbepalend. De
stenen beelden zijn gegroepeerd
op lage podia, waar men omheen
kan wandelen en de kleinere kost
bare objecten bevinden zich in
wand- en legvitrines. Als verbin-
kregen. Zowel in tempelbouw en stenen
beelden van goden, Boeddha's, vergod
delijkte vorsten en tempelwachters, als
in rituele objecten in de vorm van bron
zen en zilveren altaarbeeldjes en voor
werpen voor werelds gebruik, als siera
den. Voor dit alles heeft men kunnen
putten uit de voorraden van het mu
seum; en uit het bruikbare materiaal
werd een selectie gemaakt. Want niet al
les kwam hiervoor in aanmerking.
Slechts de gave, ongeschonden exempla
ren, waarvan identiteit en herkomst met
enige zekerheid konden worden vastge-
Beeld van Brahma van Prambanan