TERM IN ALIA CATAPPA Wilde of Indische amandel Ketapang Combretaceae Combretaceaachtigen. De Combretaceae familie bestaat uit tropische bomen, lianen en heesters. Ze worden gekweekt om hun sierwaarde of om commerciële belangen. Er zijn ruim 150 terminalia soortenze komen verspreid voor van Oost- Afrika tot Noord-Australië. 26 De Terminalia Catappa komt oorspron kelijk uit Indonesië waar ze bekend is onder de naam Ketapang. Behalve in parken en tuinen is ze veel aangeplant langs de kust. Ze is een geliefde strand en schaduwboom en goed bestand tegen het zoute water. De jonge bomen dragen etagevormige takken (net als bij kerstbomen). Deze verdwijnt bij het ouder worden. De Ketapang groeit snel en kan 10 meter hoog worden. De grote, stevige, leer achtige, glimmende donkergroene blade ren hebben lichtgroene nerven. Het blad is enigszins gelobd, omgekeerd eirond en 34 centimeter lang en 13 centimeter breed. Het zeer korte dikke bladsteeltje is anderhalve centimeter groot. De on derkant van het blad is dofgroen. Jonge bomen hebben toegespitste bladeren. De bladeren staan dicht opeen aan het eind van de takken. Vlak voordat de bla deren afvallen worden ze helrood. De kleine onopvallende stervormige witte bloempjes zitten aan langwerpige bloemtrosjes. Ze zijn tweeslachtig en staan aan het eind van de takken midden tussen de bladeren. Soms geven de bloempjes nectar af. De vruchten staan in trossen bij elkaar en zijn groen, rood of geel, afhankelijk van de soort. De mooi gevormde vrucht, vijf bij drie cm, is ovaal en aan beide zijden bolvormig; de rand is afge plat, op 't eind een puntje. Omdat de vruchten luchthoudend weefsel hebben tussen de groene vlezige wand en de harde binnenwand kunnen ze op zee drijven en zich op een natuurlijke wijze verspreiden over grote afstanden. Op het strand vindt men de kiemende zaden die al diep in het zand geworteld zijn. Onder de bomen liggen de talrijke za den. Ze worden verzameld om de pit ten, de z.g. amandel. De pitten worden gebruikt o.a. voor het maken van orgeade. Orgeade is een drank die is sa mengesteld uit fijngemalen pitten van de Ketapang (amandelen), suiker, vanille, citroenschil en water. Jonge Ketapang-boom te Tanah Lot De schors en de vruchten van de Ketapang zijn looistofrijk en worden ge bruikt bij het looien. In India wordt van vruchten en schors een zwarte verfstof gemaakt. De voedzame pitten werken laxerend. Teveel eten daarvan veroorzaakt diar ree. Verder helpen de pitten tegen hoestprikkels. Bij darminfecties die door bacillaire dysentrie worden veroorzaakt helpt een aftreksel van blad en wortels. Buik klachten worden verholpen door het eten van jonge Ketapang bladeren. De pitten worden ook gebruikt bij blaas- infecties en helpen tevens tegen blaas stenen. Tenslotte; de bomen worden vermeer derd door zaaien. NETTY SELDER Jonge Ketapang-boom met vruchten op het strand van Kuta, Grote ketapang boom op het strand van Kuta. Bali. De bladeren zijn hier nog puntig.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 26