PE N R Ik ben een jongen van 18 jaar, zit nog op de middelbare school en mijn grootste passie is snowboarden. Dat zie je wel op de tv bij Eurosports of zo. Je hebt dan een brede plank waar allebei je voeten in bindingen vast zitten, je staat daar een beetje schuin op, je voe ten achter elkaar, en daar suis je dan de sneeuwhellingen mee af of als je kan doe je er trucs mee, zoals springen en salto's maken. Dit schrijf ik er even bij voor de mensen die van de wintersport alleen maar skieën kennen. Als je op zo'n board staat dan voel je je zo vrij als een vogel in de lucht. Deze zomer ben ik een week naar de Franse Alpen geweest om te snowboarden. Je zit daar dan op min stens 3500 meter en de sneeuw is goed tussen acht uur 's ochtends en twee uur 's middags. Het is dus wel zaak om heel vroeg op te staan. Ik ging met een half- georganiseerde reis mee. Een touring bureau regelde het onderdak (apparte ment), de liftpassen en het vermaak 's middags: tennissen, surfen op het stuwmeer van Tignes, zwemmen en nog wat van die zaken. Voor eten moesten we zelf zorgen. We hadden ons met acht vrienden ingeschreven, zes jongens en twee meisjes. We waren zonder ouders en de begelei ding, twee mannen die ook voor chauf feur speelden, bemoeiden zich niet echt met ons, zoals ouders dat doen. We wa ren natuurlijk onwijs uitgelaten omdat je alles kon doen wat je wilde. Ik had geld verdiend en moest volgens mijn ouders wel 75,- per dag hebben om te eten en te drinken, want Frankrijk was heel duur. Mijn moeder had natuurlijk allerlei goedbedoelde adviezen gegeven, voor het ontbijt, de lunch en het avondeten en hoe ik geld over kon houden. In welke supermarkt je wat kon kopen en hoe dat heette in het Frans. Ze hadden thuis al gezegd dat discotheken daar echt te duur voor woorden waren, maar ja... Ze hadden wel gelijk hoor, want voor een cola of een biertje betaalde je zo omgerekend 20,- (belachelijk) en soms moest je ook nog entree betalen. Wij wilden natuurlijk wel even uit onze bol gaan in Frankrijk en het er van nemen. Dan maar één drankje per avond, maar uitgaan moesten we natuurlijk. We waren op een avond (voor de tweede keer) in een discotheek met twee hele vervelende portiers, van die onbehouwen Fransen. Eén van mijn vriendjes, die nogal in de smaak viel bij meisjes, stond te swingen op de dans vloer en alle Franse meisjes die er waren stonden om hem heen. De portiers er gerden zich duidelijk aan hem (jaloers ja, die Fransen), zeker omdat hij een Ne derlandse jongen was. Er ontstond een woordenwisseling, mijn vriend trok zich daar niks van aan, en later liep hij even naar buiten, ze haakten hem pootje, lok ten het dus uit, en Patrick (zo heet hij) ging vol op zijn gezicht. Echt woedend was hij. Hij stond op en haalde uit. Uit eindelijk werd hij natuurlijk in elkaar ge slagen. Wij wisten hier niets van totdat ik ook even naar buiten ging en alles zag gebeu ren. In mijn beste Frans roep ik over de herrie heen "O.K. pas de problème, pas de pro- blème" (ik kon zo snel niets anders verzinnen) ging er tussen staan, trok Patrick overeind en maakte een sussend ge baar tegen die Fransozen. Hij bloedde over zijn hele gezicht. Die kerels hielden toen op en ik wandelde, Patrick ondersteunend, de straat op. Ik hoorde ineens een enorme klap achter me en de luchtdruk werd verplaatst. We keken om en die portiers hadden een uithangbord naar ons ge gooid. Niet raak, anders hadden we nu in het ziekenhuis gelegen. Tja, wat doe je dan. Niks natuurlijk. De volgende dag was dat de talk of the day en de rest van de week ook nog. Patrick zag er geha vend uit, maar een beetje snowboarder gaat gewoon door. Toen gebeurde het. Twee dagen later, onze 'leiders' waren voor een nacht in een andere vallei om iets voor een volgende toer te regelen, stond de gendarme voor de deur. Ze moesten Patrick hebben aan de beschrij ving te oordelen. Hij moest mee naar het bureau, daar werd zijn paspoort in gepikt en binnen drie dagen moest hij 7.000,- betalen voor de schade voor het uithangbord dat hij zogenaamd had stukgemaakt. Dan pas kreeg hij zijn pas poort weer terug. De portiers hadden wel vijf getuigen werd er gezegd. Patrick, die oen, had een schuldbekentenis of zo iets ondertekend. Toen hij terug was, vertelde hij het verhaal. We hebben toen de ambassade gebeld (we dachten slim te zijn) en een of andere juf gaf hem het advies, direkt, zonder paspoort het land in alle stilte te verlaten en in Ne derland maar een nieuw paspoort aan te vragen. We zijn die middag maar aan het zwembad gaan zitten. Toen de 'leiders' terugkwamen hebben we het hele ver haal verteld en zij hebben ook nog van alles geprobeerd. Maar de gendarme gaf niet toe, hoewel de getuigen zich terug getrokken hadden blijkbaar. Heel het dorp wist ervan en het leuke was, dat we overal gratis eten en drinken kregen ineens, ledereen had een hekel aan die 'disco-mafia'en volgens de verhalen was het voor het eerst dat iemand iets had teruggedaan. Goed, om een lang verhaal kort te ma ken. We zijn allemaal weer veilig thuis gekomen, maar Patrick moet nu wel een nieuw paspoort regelen. Denk je lekker te gaan snowboarden ALEXANDER BUITER Op vakantie in Indonesië, in Malang, logeerden wij op Tjelaket. Het was onze laatste dag op Java en ik had nog wat geld over waarvan ik sarongs wilde kopen op Kajoetangan. Het was net iets te ver om te lopen dus na men we een betjak. Fred, mijn man, stapte als eerste in. Toen ik instapte sloeg de hele betjak vooro ver (djomplangü). Ik kroop er op handen en voeten uit, maar Fred bleef als een aap in de betjak hangen. De betjakrijder trappelde met zijn benen in de lucht en kon de betjak met hemzelf niet naar beneden halen vanwege het gewicht van mijn echtgenoot. Er waren meteen een aantal 'nontonners', die zich zeer amuseerden over het geval. Nadat ze uitgelachen waren gingen ze aan de betjakrijder hangen om hem weer naar beneden te halen en de betjak recht te zetten. Fred kroop er uit en wilde er niet meer in. "You take your life in your own hands (hij is Engels)" zei hij. Maar de betjakrijder zei toen heel ernstig dat hij nu wel wist hoe zwaar wij waren en dat we er weer in moesten gaan zitten. Wel, lopen had ik echt geen zin in dus zei ik: "Pelahan, pelahan." "Ja", zei hij, "djangan kwatir nja! (oude spelling)", en wij weer in de betjak. Het ging nu goed. We reden langs het Militair Hospitaal, de helling af van Tjelaket, wevend door de chaos van vrachtauto's, jeeps, fietsen en karren. We kwamen heelhuids aan, ondanks dat de betjakrijder met zijn benen vrijuit 'freewheelde' de helling af. 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 15