bepaalde omstandigheden in aanmerking komen voor een uitkering en/of voorzie ningen. Voorwaarde is dan echter, dat men gezondheidsklachten moet hebben overgehouden aan de vervolging. Deze klachten kunnen zowel lichamelijk als psychisch zijn. Om voor een uitkering als maandelijkse aanvulling op het inkomen in aanmerking te komen, moeten de gezondheidsklachten van aantoonbare invloed zijn geweest op de hoogte van het inkomen dat men heeft. Ook partners en minderjarige volle(!) wezen van overleden vervolgingsslacht offers kunnen voor een uitkering in aan merking komen. Het overlijden van de betrokkene moet dan wel verband hou den met in de oorlog opgelopen gezond heidsproblemen. Tenslotte kunnen ook mensen die in het buitenland zijn geves tigd en inmiddels een andere nationaliteit bezitten, maar gedurende de oorlogspe riode met Nederland verbonden waren, een beroep op deze wet doen. Zij moe ten zich richten tot de Nederlandse ambassade in het land van hun vestiging. Afsluitend wijs ik erop, dat, op dit moment althans, ook Tweede Generatie slachtoffers nog een aanvraag kunnen doen. Met deze categorie van getroffe nen worden die mensen bedoeld die de oorlog niet aan den lijve hebben onder vonden, maar wel schade hebben opge lopen vanwege het feit, dat hun ouders oorlogsgetroffene zijn of waren. Het ligt in de lijn der verwachting dat de wet voor deze groep in de toekomst zal worden gesloten. Voor deze groep men sen is het dus van belang nu een aan vraag in te dienen. Stichting Pelita verzorgt de rapportage en begeleiding van "Indische" aanvragers, de Pensioen- en Uitkeringsraad beslist op de aanvraag en kent de eventuele uit kering toe. De Wet Uitkeringen Burger- Oorlogsslachtoffers 1940-1945 (WUBO) Via de WUBO kunnen mensen die tij dens de Japanse (of Duitse) bezetting als burger door oorlogsgeweld zijn getrof fen een uitkering aanvragen. U moet hierbij niet alleen denken aan internering zoals bij de WUV, maar ook aan bom bardementen, beschietingen, verplichte tewerkstelling, onderduik, mishandeling en dergelijke. Het bijzondere aan deze wet voor de Indische groep is, dat ook de Bersiapperiode, de periode dus die loopt van 15 augustus '45 (de Japanse capitulatie) tot aan de souvereiniteits- overdracht op 27 december 1949, onder de werking van deze wet valt. Is men dus in deze periode door ongeregeldheden getroffen of heeft men geïnterneerd gezeten in een nationalisten-kamp, dan kan men een aanvraag doen. De voor waarden om een uitkering te krijgen zijn voor het overige min of meer gelijk aan de voorwaarden gesteld bij de WUV. Ook in dit geval moet men gezondheids klachten aan de ervaringen hebben over gehouden die tot een vermindering van inkomsten uit arbeid hebben geleid. Overigens heeft men bij een WUBO- erkenning altijd recht op een toeslag die onafhankelijk van de hoogte van het inkomen wordt uitbetaald. Partners of minderjarige volle wezen van overleden burger-oorlogsslachtoffers kunnen ook in aanmerking komen voor een uitkering, mits het overlijden van de betrokkene verband houdt met zijn oor logservaringen. Net als bij de WUV verzorgt Pelita de rapportage en begeleiding van "Indische" aanvragers, de Pensioen- en Uitkeringsraad beslist op de aanvraag en kent een eventuele uitkering toe. De Wet Buitengewoon Pensioen Indisch Verzet (WIV) Deze wet is bedoeld voor mensen die tijdens de Japanse bezetting van het voormalig Nederlands-lndië hebben deelgenomen aan het verzet tegen de Japanse bezetter. Onder verzet verstaat men activiteiten die na de capitulatie van het KNIL op 8 maart '42 werden onder nomen met de bedoeling afbreuk te doen aan de militaire of ideologische doeleinden van de bezetter. Ook KNIL militairen die na de capitulatie van het KNIL in groepsverband hebben doorge vochten en mensen die tussen 8 decem ber '41 en 8 maart '42 olie-installaties, strategische objecten en voorraden onklaar hebben gemaakt, kunnen onder de werking van deze wet vallen. Mensen die in het buitenland wonen en partners of minderjarige volle wezen van overle den verzetsdeelnemers kunnen onder bepaalde voorwaarden aanspraken aan deze wet ontlenen. Uiteraard moet men om voor een uitke ring in aanmerking te komen weer gezondheidsklachten aan de ervaringen hebben overgehouden die van negatieve invloed zijn geweest op het na-oorlogse inkomen. Rapportage en begeleiding worden als steeds verzorgd door Pelita, waarna de Pensioen- en Uitkeringsraad beslist over het al dan niet toekennen van een erken ning of uitkering. De WBP en de WBPZO Deze twee wetten zijn voor de Indische doelgroep en dus voor Pelita over het algemeen van minder belang. De Wet Buitengewoon Pensioen is bedoeld voor deelnemers aan het verzet tegen de Duitse bezetter in Nederland. De Wet Buitengewoon Pensioen Zeelieden- Oorlogsslachtoffers regelt de toekenning van pensioenen aan zeelieden die tussen I september 1939 en 2 maart 1946 als Nederlander deel uitmaakten van de bemanning van een zeevaartuig en in ver band met vaarplicht of oorlog arbeidson geschikt zijn geworden. Bemanningen van marinevaartuigen vallen niet onder de regeling. Rapportage en begeleiding worden door Stichting '40-'45 verzorgd, de beoorde ling vindt plaats bij de Pensioen- en Uitkeringsraad. Hoe vraagt men aan? Het starten van een aanvraag is gelukkig niet zo ingewikkeld als de inhoud van de verschillende wetten. Voor alle wetten geldt, dat u zich schriftelijk moet aanmel den bij de Pensioen- en Uitkeringsraad, Postbus 9575, 2300 RB in Leiden. Een kort briefje met uw personalia en de mededeling, dat u een aanvraag doet voor één van de beschreven oorlogswet- ten is voldoende. Indien uw ervaringen in het voormalig Nederlands-lndië liggen geeft u, wanneer u dat wilt, tevens aan, dat u begeleiding wenst door Stichting Pelita. Wij helpen u vervolgens kosteloos bij het opstellen van uw aanvraag en het doorlopen van de complexe procedure. Tevens kunnen wij u, indien u een aan vraag hebt lopen of wanneer u erkend bent, belangeloze ondersteuning bieden middels ons maatschappelijk werk mocht u geestelijk of sociaal hulp willen hebben, of gewoon eens met iemand over uw ervaringen wilt praten. Tenslotte merk ik op, dat alle medewer kers van Stichting Pelita zich terdege realiseren dat de hier aangeboden mate rie moeilijk is en dat er bij veel mensen afkomstig uit het voormalig Nederlands- lndië onzekerheid bestaat of ze nu wel of niet een aanvraag kunnen doen. Daarom wijs ik u er op, dat u iedere werkdag van 9 tot 5 uur met ons kontakt op kunt nemen om te vragen wat er eventueel voor u mogelijk is. Belt u ons bij twijfel of onduidelijkheid, we zijn er voor. Hans van der Hoeven Stichting Pelita Stichting Pelita bezoekadres: Javastraat 52 2585 AR Den Haag corr.adres: Postbus 85747 2508 CK Den Haag tel.: 070-3305111 fax 070-3562809 35

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 35