"WIJ WILLEN EEN HUIS!... WIJ WILLEN EEN HUIS!..." Op donderdag 22 april j.l. werd in het Haags Museon een presentatie gegeven over het op handen zijnde Indisch Cultureel Centrum (ICC) dat zijn bestem ming gaat vinden in het centrum van Den Haag. De heer E. Schenkhuizen, voorzitter van het ICC, leidde het geheel in door een pleidooi te houden voor het ICC met de bedoeling eventueel Indische organisaties over de streep te trekken teneinde hun te bewegen tot actieve deelneming. Hierna las de schrijfster Jill Stolk voor uit haar laatste boek. Deze voordracht werd verpakt in een cabaretachtig jasje waarin zowel Schenkhuizen als Stolk een "glans rol" mochten vervullen. "WIJ WILLEN EEN HUISL.WIJ WILLEN EEN HUIS!..." werd met ingestudeerde recalcitrantie door de microfoon geschald, hetgeen werd ondersteund door eveneens recalcitrant met een pollepel op de ach terkant van een wadjan te slaan. Er flitste een gedachte door mij heen van "zie je wel, net zoals de buitenlander de Nederlander ziet als iemand op klompen gaande van molen tot molen, zo ziet de Hollander kennelijk de Indo als iemand die 24 uur per dag eet en alleen petjoh spreekt. Alleen wordt het steeds weer door Indo's gepropageerd!" Maar goed, laat ik mij niet van de wijs brengen. Het gaat per slot van zaken om het inhoudelijke. De strekking van de geschreven woorden was duidelijk. 40 jaar lang is er niets gebeurd dat wees op een zekere geldingsdrang van de Indo. Zij protesteerden niet, maakten geen spandoe ken en togen niet naar het Binnenhof om scheepsladingen handtekeningen bij een par lementslid te dumpen teneinde de frustratie kenbaar te maken en vermeende financiële tegoeden of subsidies af te dwingen. Laat staan dat de Indo hardere acties zou ondernemen zoals het vernielen van rijksei gendom of het bezetten van gebouwen of het lamleggen van ochtend- en avondspits zoals nu gebruikelijk! Neen! Als de Indo werkelijk had gedemonstreerd voor "erkenning" zou dat waarschijnlijk kracht bij gezet worden door een wadjang en een pollepel. Maar de Indo heeft 40 jaar niets gedaan en met de nu verkregen subsidie van een miljoen is één ding duidelijk, wij Indo's krijgen niet alleen een "huis" maar we worden eindelijk erkend! Weer flitsten gedachten door mij heen. Na deze veeg uit de wadjan aan het adres van de eerste generatie Indo's wordt het duidelijk dat het hele initiatief genomen moet zijn door de Indische jongeren, tenzij er wellicht zeer berouwvolle oude Indo's in participeren. Maar goed, eindelijk een HEUS cultureel centrum waar Moesson een zeer grote steen aan kan bijdragen. Immers de tweede, derde en volgende generaties willen op een gegeven moment tóch weten waar zij, hun ouders of groot ouders vandaan komen. Eindelijk na een volgens ons incomplete geschiedschrijving en het vooroordeel over het voormalig kolonialisme kunnen we dan eindelijk een vraagbaak en ontmoetingscentrum worden van Indische mensen voor een ieder. Tegelijkertijd bewaren we hiermede een stuk cultuurgoed voor het nageslacht. Na Jill Stolk werd een diapresentatie gege ven door Henk Wieland ondersteund door achtergrondmuziek met een explica tie van deze Indische architect. Men aanschouwde een diaserie over ver schillende delen van Indonesië. Zowel natuur, steden, cultuur als mensen moesten een link leggen van 's lands nor men en gewoonten naar wat wij Indo's hebben meegenomen uit Indië naar Holland. Het ICC zou daar dan een weer spiegeling van zijn. Bij mij persoonlijk kwam het eerder over als een magazijn vakantiedia's die thuis horen op zolder of in een reisbureau dan dat er enig verband te leggen viel met de Indo all over the world. Het waren merendeel de "gebrui kelijke" folkloristische plaatjes en natuuropna men van Indonesië i.p.v. een overeenkomstige binnenhuisarchitectuur waar ik zelf op gehoopt had. De rode draad in zijn betoog was de mis kenning en gebrek aan een identiteit van de Indo's van zowel de eerste als de daar op volgende generaties. De nadruk werd echter gelegd op de jongere generaties die opgroeiden in de moderne samenleving en wat vervreemd waren van de (oude) indi- sche gewoonten. Daarom zou de architek- tuur in een modern jasje gegoten worden dat vooral de jongeren van nu en in de toekomst zou moeten aanspreken. De elementen uit Indie wegggerukt, de slechte opvang door Nederland en het gebrek aan erkenning worden op zeer impressionisti sche wijze omgezet in een scala van sym bolieken die terug te vinden zijn in muren, vloeren, kleuren en overige vormen. Om niet helemaal vervreemd te raken van het typisch Indische, bestaat de mogelijkheid hier en daar een stukje batik te bevestigen. Van de technische dia's die gepresenteerd werden, U weet wel met plattegronden en bouwkundige tekeningen vraag ik mij af hoeveel er door het aanwezige publiek van begrepen is. Maar oké, even objectief blijven! De fraaie maquette kon zonodig verduide lijking geven. Het I.C.C. biedt (o.a.) een sociëteit, een restaurant, een handelscentrum, een bibli otheek een zaal met 100 zitplaatsen en een zaal met 250 zitplaatsen. Het geheel beslaat overigens 1500 vierkante meter aan totale oppervlakte. Het gebouw is gelegen aan het Spui in Den Haag, het drukste punt midden in het cen trum. De generaal (b.d.) Huyzer volgde Henk Wieland op in een betoog over het NUT van het ICC. De heer Huyzer schetste de toenemende rassehaat en onverdraagzaamheid. Hij zag het ICC als een vorm of een plek waar plaats zal moeten zijn voor ver draagzaamheid en tolerantie. Juist daarom pleitte de heer Huyzer voor het gebruik van het ICC voor een ieder, of het nu Indo is of een ander ras, maakt niet uit, als die of gene maar iets met de tropen te maken heeft. Beste mensen, laat het volgende duidelijk zijn. Ik ben tegen discriminatie. Ik ben vóór verdraagzaamheid en tolerantie. Daarbij juich ik het persoonlijk toe dat er een ontmoetingscentrum ontstaat, op ini tiatief van Indo's. Maar het gaat mij te ver om te veronderstellen, dat de Indische gemeenschap het voortouw moet nemen, daar waar de individuele mens en overheid kennelijk falen. Ik bedoel te zeggen: Als er eindelijk na 40 jaar een Indisch Cultureel Centrum komt, waarom moet dat dan zonodig andere vlaggen dekken dan die ene waar het in eerste instantie om ging?! Een en ander zou kunnen betekenen dat het I.C.C. na een relatief korte tijd allerlei groeperingen ronselt voor het centrum, al is het maar om investering en exploitatie te kunnen dekken. Dat zou dan weer betekenen, dat de letter "I" van I.C.C. ver wijderd kan worden, of heb ik het nu mis? Bovendien zou dit huis gekomen zijn om aan te tonen dat eindelijk na 40 jaar iets bereikt is en eindelijk erkend te worden door het Nederlandse volk en regering die ons Indo's kennelijk zéér laatdunkend behandeld hebben. Neen, geachte lezers, neen! "WIJ WILLEN EEN HUISL.WIJ WILLEN EEN HUIS!..." Ja, wij willen best wel een huis. Maar géén huis dat rust op een fundament van ver draagzaamheid dat eerder thuis hoort onder ieders huis in de samenleving. En zéker geen huis dat opgetrokken is uit "klaagmuren". Wij willen een huis, maar niet om erken ning te krijgen. Indo's zijn meer dan wie ook ter wereld, geaccepteerd en volko men aangepast in alle vormen van de samenleving. Wij willen een huis om de werkelijke schatten van onze cultuur op interessante en didactische wijze over te leveren aan iedere belangstellende. Ook de jongere generaties zullen vroeg of laat geïnteresseerd raken. Doch laat het dan INDISCHE CULTUUR en HISTORIE zijn die wij hun bieden en geen "brood en spelen voor het volk". R.A.M.A. 4

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1993 | | pagina 4