Terugkeer van het kruidnagelmonopolie in de Molukken In de NRC van 6 februari 1993 verscheen onder de titel 'Kruidnagelmonopolie dupeert de Molukken - Malafide coöperaties, bandelaren en strenge staatsregels zorgen voor wanorde en armoede in specerijenhandel' een artikel van de hand van Dirk Vlasblom over de toestand, waarin tegen- ivoordig de kruidnagelteelt in de Molukken verkeert. Twee eeuwen na het einde van de VOC wordt opnieuw een poging gedaan om de handel in 'Indische' kruidnagelen te monopoliseren. Ditmaal door de Indonesische staat. Indonesië is nog altijd de belangrijkste kruidnagelproducent ter wereld, maar merkwaardigerwijs ook een groot importeur. Het overgrote deel van de binnenlandse produktie wordt niet lan ger uitgevoerd, maar verwerkt in kre- tek-sigaretten. Deze sigaretten zijn zo gewild, dat de fabrikanten overgingen tot import van kruidnagelen uit Zanzibar. Hoewel het zwaartepunt van de binnenlandse kruidnagelproduktie is verplaatst naar Sumatra en Sulawesi, is een belangrijk deel toch nog steeds afkomstig van Ambon en omliggende eilanden. De kretekfabrikanten als grootste afne mers van kruidnagelen konden via particuliere opkopers lange tijd de prijs dicteren. Verschillende malen heeft de Indonesische overheid getracht de bin nenlandse kruidnagelhandel te reguleren, volgens haar zeggen om de verbouwers te beschermen tegen knevelpraktijken van de industrie. De boeren mogen hun kruidnagelen uitsluitend verkopen aan de Kooperasi Unit Desa (KUD's, coöpe raties op dorpsniveau). In feite een ver lengstuk van de overheid. Deze KUD's moeten de kruidnagelen inkopen tegen een vastgestelde bodemprijs en vervol gens verkopen via regionale veilingen. Dit semi-publieke coöperatielichaam heeft in de Molukken geen goede naam, daar de bestuurders zich vaak schuldig maken aan zelfverrijking. Op I januari 1991 werd het binnenland se kruidnagelmonopolie door de Indonesische regering hersteld door het instellen van een semi-overheidslichaam, het Agentschap voor Voorraadbeheer en Distributie van Kruidnagelen (BPPC). Deze instelling kreeg het alleenrecht de kruidnagelen aan te kopen van de KUD's. Voorzitter werd de zakenman Hutomo Mandala Putera ('Tommy'), de jongste zoon van president Soeharto. De BPPC heeft de taak "het inkomen van de kruidnageltelers veilig te stellen, een gestage aanvoer van kruidnagelen naar de sigarettenindustrie te verzeke ren en redelijke prijzen te garanderen". De fabrikanten mochten voortaan alleen kruidnagelen kopen van de BPPC. Op I februari stelde de regering per decreet nieuwe bodemprijzen vast. De sigaret tenindustrie uitte zijn ongenoegen over deze 'monopolistische knevelarij' en begon illegaal kruidnagelen uit Singapore te betrekken. De kruidnagelprijs daalde. Tijdens een hoorzitting in het parlement stelde Tommy Soeharto voor de helft van de oogst te vernietigen, waarop veront waardigde parlementsleden hem beschuldigden van 'VOC-praktijken'. Vorig jaar stelde de regering richtlijnen vast voor de nieuwe prijzen voor de kruidnagelhandel. Een en ander heeft ten gevolge gehad dat de inkomsten van de eigenaars van kruidnagelbomen sterk daalden. Een plaatselijke krant in Ambon bracht het bericht dat "honderden tonnen Molukse kruidnagelen zelfs niet aan de straat stenen zijn te slijten, omdat de handel niet mag kopen en de KUD's geen geld hebben". Vlasblom besluit zijn artikel met de overweging: De Gouden Eeuw van de specerijenhandel mag dan lang voorbij zijn, in de Molukken weet men nog: kruidnagelmonopolie, boerenbedrog. En dat is geen sprookje. (bewerkt door) CHM Een Molukse jongen toont een zelfgemaakte boot, geheel vervaardigd uit kruid nagelen. (Foto Anefo) (NRC 6-2-'93) 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1993 | | pagina 12