Victor Ido, Hans van de Wall (1869-1948)
Indo-Europeaan en toneelschrijver
DEEL 3 (SLOT)
Op de bibliotheek van het IWI (Indisch Wetenschappelijk Instituut) staan
elf toneelstukken van Victor Ido. In de vorige delen van deze artikelen
reeks heb ik drie daarvan besproken, namelijk Karina Adinda 1913) in
deel 1 en De paria van Glodok 1916) en De dochters van den resident
(1922) in deel 2. Maar er is meer. In dit derde, laatste deel wil ik aan
dacht geven aan datgene wat de aanleiding vormde voor deze artikelen
reeks: een oud schoolschrift waarop een etiket met het opschrift
'Aphorismen van Victor Ido', in zwierige letters geschreven. Tijdens mijn
stage op het IWI heb ik mij onder meer bezig gehouden met dit schriftje,
dat tot dusver onbekend was. Omdat ik het werk van Victor Ido nog niet
kende, ben ik eerst zijn toneelstukken en romans gaan lezen en heb ik
onderzoek gedaan naar zijn leven en werk. De neerslag hiervan was te
lezen in deze artikelenreeks. Maar het schoolschrift vormde de aanlei
ding tot clit alles. Wie Victor Ido was, weten we nu, maar welke plaats
nemen de aforismen in in zijn werk
36
Het schriftje met 'Aphorismen van Victor Ido' door Nelien Drewes
Naar Europa
In 1937 ging de familie Van de Wall naar
Nederland. Eerst bracht men een paar
maanden in Den Haag, bij familie door,
maar daarna vertrok Hans van de Wall
met zijn vrouw naar België, omdat hun
zoon Victor Ido van de Wall daar woon
de. In Gent en Brussel was Hans van de
Wall nog enige tijd actief in het culturele
leven. Hij hield voordrachten, bijvoor
beeld over 'Het Chinees Theater', of
over 'zijn verblijf in Indië'. Ook schreef
hij wel eens wat voor een Vlaams
toneeltijdschrift, Het Tooneel, dat
onder redactie stond van Lode
Monteyne, een bekend figuur in Vlaamse
toneelkringen. Iedere week verschenen
er een aantal wijsheden, 'Aphorismen
van Victor Ido' in dit blad. En het zijn
deze wijsheden die te vinden zijn in het
schoolschrift. Waarschijnlijk knipte Van
de Wall de stukjes met zijn werk uit het
tijdschrift, en plakte ze in een school
schrift om ze te verzamelen. Hij plakte
ook blaadjes op uit een ander schrift.
Op deze oudere, vergeelde blaadjes
staan handgeschreven spreuken die
(nog) niet gepubliceerd waren. Ook het
etiket op de kaft van het schriftje lijkt uit
de kaft van een ouder schrift te zijn
geknipt. Onder het opschrift
'Aphorismen van Victor Ido' staat in
kleine letters gedrukt: 'N.V. Boekhandel
Visser Co Weltevreden Batavia
Bandoeng'. Het oudere schrift had Hans
van de Wall blijkbaar nog in Indië
gekocht, en wel bij de boekhandel van
zijn eigen uitgeverij Visser Co.
Op de eerste bladzijde van het schriftje
staat waarschijnlijk de eerste aflevering
van de aforismen. Onder het kopje 'Tot
den lezer' wordt Victor Ido kort geïn
troduceerd: Van hem zegde wijlen Henri
van Wermeskerken: "Hij heeft Indië lite
ratuur gegeven!! Hij is de vertolker
geweest, in den roman en op het toneel,
van Indië's lief en leed."
Hans J.F.H. van de Wall 1869 - 1948
Musicus, dirigent, toneelschrijver,
regisseur, auteur...
Daarna worden een aantal van zijn
romans en toneelstukken genoemd. Er
onder volgen de aforismen, een soort
puntig geformuleerde wijsheden, in leng
te variërend van één tot acht regels. Op
elke volgende bladzijde van het schriftje
staat een aflevering van de aforismen,
steeds vier tot dertien wijsheden onder
elkaar. Af en toe worden de uitgeknipte
stukjes afgewisseld met een handge
schreven tekst:
Menig geleerde met een doktersbul
Heeft van de Kunst niet 't minste benul
Voor wetenschap wordt niemand
uitverkoren
Maar voor de Kunst dient men te zijn
geboren
De laatste bladzijden van het schrift zijn
geheel gevuld met handgeschreven afo
rismen op vergeelde schriftblaadjes. In
totaal bevat het schriftje zo'n drieën
twintig bladzijden. Slechts één bladzijde
is gedateerd (23 december 1939).
Ontboezemingen?
Hans van de Wall was rond de zeventig
toen hij zijn aforismen schreef. Jammer
genoeg is Indië niet meer terug te vin
den in de soms wat oubollige wijsheden.
Wel schemert er vaak zijn affiniteit met
het toneel, met de kunst doorheen. Zo
schrijft hij bijvoorbeeld:
Elk kunstwerk, waarin de maker zijn ziel
gelegd heeft, heeft een eigen geschiedenis.
We hoeven maar aan Karina Adinda
te denken om te weten dat het, wat
Victor Ido betreft, waar is. Zijn uitspra
ken onder de titel 'Ontboezeming' gaan
alle over het toneel. Er is iets uit te
leren over de eisen die Victor Ido zelf
stelde aan zijn toneelstukken. Een
toneelstuk moest bijvoorbeeld spannend
zijn:
Ik heb het (tooneel) lief, wanneer het mij
doet duizelen en huiveren van ontzetting,
en mij de zenuwen vaneen rijt, gelijk som
mige wervelwinden in een herfststorm doen.
In deel 2 van deze artikelenreeks heb ik
laten zien dat Victor Ido in enkele van
zijn toneelstukken probeerde om de