Bataviasche Voetbal Club 90 jaar
In onderstaande brief aan Sjoerd Rasker, toenmalig bestuurslid van de
Bataviasche Voetbal Club (BVC), gepubliceerd in het ochtendblad voor
Indonesië 'De Nieuwsgier' van zaterdag 28 mei 1955, laat Tjalie
Robinson zijn gedachten gaan over de sport in Indië en Holland in het
algemeen en over de BVC in het bijzonder.
De BVC herdenkt dit jaar bet feit, dat ze 90 jaar geleden op vrijdag
avond 25 september 1903 om 18.30 uur ten huize van Daan Prins aan
het Koningsplein Zuid te Batavia door een stel sportvrienden is opgericht.
't Kasteel van Aemstel", waar Tjalie het in zijn stukje over heeft, is de
drukkerij waar het BVC-blaadje altijd werd gedrukt. Mijn moeder,
mevrouw Donse-Webb, was daar eigenaresse van en ook mijn vrouw en
ik hebben daar vele jaren gewerkt. Ter gelegenheid van het 90-jarig
bestaan van de BVC, een club die in ons Indië bekend was voor de vele
takken van sport, meende ik. er goed aan te doen om het ongetwijfeld vele
herinneringen oproepende artikel van Tjalie, welk artikel ik zovele jaren
zorgvuldig heb bewaard, aan Moesson terpublikatie aan te bieden.
FRANS DONSE
Bij een nieuw blaadje van een oude
club
Beste Sjoerd,
Als je zo argeloos een brief uit Indone
sië openmaakt en je ziet daar opeens
een BVC-clubblaadje in, dan sta je daar
op het postkantoor ook als een idioot,
hoor. Of liever, staan, ik was al twee
maal met draaideur rondgeweest, vóór
ik wist dat ik er toch ook wel een keer
tje uit moest. Nou moet je nagaan dat ik
al een week of zo met een voetbalknie
loop (komt door het kraakschone
Holland, waardoor je altijd vrolijk uit de
bus kunt springen zonder dat je wat
overkomt. Dus als er opeens een steen
ligt, dan ben je zelf ge-sontèk voor je
weet - njngngng! Bókü) en tot overmaat
van ramp vrij veelvuldig Max van Minos
tegen het lijf loop. Je bent dus al een tijd
lang zo half en half in een droomtoe
stand en ruikt de bakso van Petak Sin
Kian en de geurige rotting van de
Herculestribunes - komt me daar
opeens dat blad.
Met zulke namen als Rasker, Nooy, Ver
steeg, de Graaf, Ellis, Dekker, Dirven,
Ozinga. Gossiemijne lui, jullie maken his
torie! Daar kan geen Borsumij, geen
Factorij tegen op! Nou, moet je een
Djakartaas clubblaadje lezen op de trot
toirs van de Nieuwezijds. Dan ben je
gewoonweg weer aan het voetballen op
Kebon Papa Mèstèr in de tijd toen 'tjar-
sen' en 'tomplok' nog een deugd was. En
net als toen: kassian die magere Tjalie
tegen zoveel zwaargewichten: je gaat
meer achteruit dan vooruit. Dus maar
weer Scheltema met koffie en lever
worst (zure) en je ziet de diverse club
huizen van BVC weer voor je geestes
oog opdoemen, van de oudste die je
kent (1927 toen ik nog BVC-athleet
was) tot de laatste (van jullie jubileum in
1953). Daar is veel aan de buitenkant
van BVC veranderd, maar weinig aan
enkele essentiële karakteristieken, die
bij alle veranderingen toch weer domi
neren: de koelte (na de hitte op het
veld), de geur van zweet (sportzweet
stinkt niet, maar geurt), het gedénder
van de treinen van station Gambir, het
Op het platje voor het clubhuis van de Bataviasche Voetbal Club (1936)
24