door J.A. Stolk, huisarts GRIEP Dit blijft een actueel onderwerp. In alge mene zin maar vooral vanuit een medi sche optiek gezien. Altijd anders, altijd "nieuw". Heel vaak gevaarlijk en levens bedreigend. Wat begint met niezen, keel pijn, koude rillingen, koorts en een gevoel van "op sterven na dood" loopt in het merendeel van de gevallen "goed" af. De patiënten genezen en in een klein aantal van de gevallen blijven er "rest verschijn selen" over. Wanneer "de griep" niet geneest dan kan dat vele oorzaken heb ben. We zullen het dan niet hebben over andere fatale ziekten waarvan de ver schijnselen aanvankelijk op die van een griep leken. Daarvan zijn er vele. De griep met nogal eens fatale gevolgen wordt voor het merendeel gezien bij jonge kinderen en oude mensen en men sen met een chronische ziekte. De eerste groep heeft nog te weinig weerstand of heeft die weerstand niet meer. In die andere categorie heeft de zieke alle weerstand nodig voor of tegen de ziekte, die jarenlang het lichaam reeds heeft geteisterd. Daarom kan zo'n uitgeput lichaam geen weerstand meer bieden tegen een bijkomende ziekte. Griep, dat weten wij nu is een gevaarlijke ziekte te noemen. Een stevige verkoudheid is bijna een synoniem voor het herfst en winter weer te noemen hier in Holland. "Land van mest, mist, van vuile koude regen" zijn niet de woorden, die ik in eer ste instantie heb gesproken. Zij zijn afkomstig van Petrus de Genestet, een dichter- dominee, die zo'n kleine twee honderd jaar geleden heeft geleefd in, zoals hij in zijn "boutade" dichtte, dit: "Doorsijperd stukske grond, vol kille dauw en damp" "Vol vuns onpeilbaar slijk en ondoor waadbare wegen" "Saai broeimoeras en erf van overschoe nen" "Uw kliemerig klimaat maakt mij het bloed in de aderen tot modder" "Ontvang het najaarswee van Uw verkou den zoon" "Ik heb geen lied, vreugd nog vreê" "Gewijde grond der vaderen" "Gij - niet op mijn verzoek - ontworsteld aan de zee" En let wel, ik heb dan de helft of minder van 's mans klacht hier neergeschreven. Twee eeuwen geleden was het zo, daar voor ook zo en daarna dito, dito. Wind, nattigheid en pats! "Del fredo", zeggen de Italianen, "invloed van de koude" en misschien daarom dat de woorden griep, influenza, verkoudheid als synoniemen worden gebruikt om dat vervelende en koortsige gevoel en tien tallen wegwerp zakdoekjes per dag mee aan te duiden. Maar dat is onjuist, want griep is zeker geen gewone verkoudheid. Het woordenboek van de dokter "De Pinkhof' noemt influenza- griep en omge keerd uiteraard. Griep is een plaag en een bedreiging voor de mensen. Een fikse druipneus en wat koorts kan in een aantal gevallen in een drama eindigen. Griep is een virus ziekte en een verkoudheid is dat ook. Het griepvirus is echter een veel gevaarlijker soort dan het virus dat ons mensen een verkoudheid bezorgt. Een veel en veel gemener ziekmaker is het griepvirus. Griep is dus een andere virusziekte dan een verkoudheid. Verkoudheid wordt ver oorzaakt door een relatief vriendelijk virus. Een fikse "kou" mag en kan daar om geen griep worden genoemd. Je voelt je wat "grieperig" maar in dit geval is je leven niet bedreigd. Het latijnse woord voor virus betekent zoveel als vergif. De biomedicus en de biochemicus bedoelen ermee een biologische eenheid zonder celstructuur. Het virus heeft geen cel structuur en kan zich daarom niet zelf standig handhaven. Een virus kan niet zelfstandig leven. Het virus kan zich enkel en alleen in een cel handhaven en vermenigvuldigen. Met het van het woord virus afgeleide woord virulent wordt de aanvalskracht van het virus of de bacte rie of een andere ziekteverwekker aange geven. Zo is dus het griepvirus virulenter dan het virus dat ons verkoudheid bezorgt. Tegen virusinfecties bestaan helaas nog geen medicijnen, die afdoende helpen. Het is al een hele winst dat de complica ties van een virusinfectie, welke meestal worden veroorzaakt door ziekmakende pathogene bacteriën kunnen worden bestreden met antibiotica. Virussen tasten de celwand aan, maken daar "gaten" in en dringen de cel binnen. Het virus kan zich op die wijze vermenig vuldigen waarop tenslotte de gehele cel wordt vernietigd. Een andere consequentie van zo'n kapotte celwand is dat zo'n aangetaste en dus zieke cel zich niet kan verweren tegen een bacteriële "invasie", tegen een bacteriële infectie dus. De bacteriën wor den door de zieke cellen niet bestreden en kunnen zich ongehinderd vermenig vuldigen met alle consequenties van dien. Een banale verkoudheid is au fond een milde vorm van ziek zijn. De complicaties als gevolg van wat eerder beschreven is - de zieke cel, die zich niet verweren kan - zijn veel en veel ernstiger. Een ver waarloosde verkoudheid kan resulteren in een longontsteking, een spier- of een botontsteking en andere narigheid met vervelende gevolgen, terwijl dat alles met simpele maatregelen voorkomen had kunen worden. Bedrust, lekker onder de wol, veel drinken en je laten verwennen. Moeders en echtgenotes zijn beter getraind en toegerust in het bestrijden van een verkoudheid dan de dokter. Tegen de griep bestaan dus (nog) geen medicijnen, maar wel kan men de men sen ertegen vaccineren. Men kan dus preventief te werk gaan. Het principe van het vaccineren bestaat hieruit dat men de mensen met het verzwakte of gedode agens de oorzaak van de ziekte) inspuit. De mensen worden er soms een beetje ziek van, dat komt door de reactie van het lichaam op dat niet werkzame agens, maar de reactie is veel milder, ter wijl het lichaam wel "dezelfde" antistoffen maakt tegen die ziekteverwekker, zodat bij een invasie van het werkzame agens, deze als het ware massaal kan worden bestreden. De niet verzwakte ziektever wekker heeft dan geen kans om je ziek te maken. Jonge kinderen en "ouden van dagen" en wat dan heet risico- groepen zoals diabe ten en hart- en vaatlijders, de reuma patiënten en de CARA- groep (CARA= chronische a- specifieke respiratoire aan doeningen) moeten worden gevacci neerd. Zo'n "griepprik" kan je veel ellende besparen en het is voor vadertje staat een minder kostbare zaak dan het behandelen en weer beter maken van zieken als gevolg van de complicaties van een griep. Vaak kan je de mensen horen vertellen, dat zo'n griepprik niet helpt. Dat is ten dele waar, omdat het griepvirus een heel slimme is. Het vaccin richt zich namelijk tegen het "jasje" van het virus, tegen de mantel van het virus. Zo'n virus nu kan - (en nog al vaak) - van jasje veranderen. De aangemaakte antistoffen in het lichaam kunnen zich dan niet verweren tegen het "nieuwe 38

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1994 | | pagina 38