jasje". Soms kan ook het virus geheel van "gedaante" veranderen. Wel is het zo, dat ook al is iemand met het "verkeer de" vaccin behandeld, deze persoon meer en beter beschermd is tegen de griep, waar hij of zij slachtoffer van is geworden. Vandaag de dag betaat het griep-vaccin uit een combinatie van het afgezwakte of gedode virus met verschil lende jasjes en van het veranderende virus.Maar de gevaren van een griep- infectie blijven bestaan omdat het virus weer eens veranderd is in een voor ons nog onbekende wijze. In het zich ver mommen is het virus een meester. Nooit kan en mag vergeten worden dat de Spaanse griep kort na de eerste wereld oorlog in 1919 wereldwijd zo'n 21 miljoen doden op z'n geweten had. Onze eigen griep- goeroe, de wereld vermaarde Dr. Masurel, voorspelt dat zo'n Spaanse griep alweer op de loer ligt. Dus is het hollen naar de dokter voor een griepprik. Nogmaals zij het gezegd: tegen griep bestaat geen medicijn. Heb je dus binnen een dag hevige keelpijn, hoge koorts, hoofdpijn, hoesten en pijnlijke spieren en een gevoel van ernstige alge mene malaise, dat wil dus zeggen snel moe en een gevoel van "bijna dood", dan heb je griep. Dat betekent bedrust, onder de wol, veel drinken, misschien paraceta mol tegen de "pijntjes". Vijf dagen duurt die ellende meestal, wanneer die griep zonder complicaties verloopt. Daarna is zeker nog zo'n veertien dagen nodig voor een algemeen herstel. Voor men goed en wel begreep wat nu een virus- infectie eigenlijk was, wisten de mensen, zo ongeveer aan het einde van de vorige eeuw reeds het verschil tussen een fikse verkoudheid en griep. De behandeling ervan is sindsdien niet veranderd. Ook "onze" mevrouw Kloppenburg gaf reeds het advies: bedrust en veel drin ken. Djeroek manis, djeroek keprok en ananas zijn bij haar favoriet. Twee liter vocht per dag minimaal zegt zij. Tegen de pijnlijke spieren van rug en benen maakt men een papje van djahe met eau de cologne of van kajoe poetih met sirih- kalk en citroensap om de pijnlijke plekken ermee in te wrijven. Absolute bedrust herhaalt zij vele malen. Ook mevrouw Kloppenburg kende reeds de postgriepeuze verschijnselen, ver schijnselen na een doorgemaakte griep dus, zoals een langdurige en onbegrepen moeheid, een depressie en een sterk verminderde afweer tegen infecties. Ook toen wist men reeds, dat mensen met een hartkwaal een groot risico liepen, wanneer zij griep kregen. Deze mensen moesten dan thee, getrokken uit twee bladeren daoen semboeng, dagelijks drinken. Wat, hoe en waarom daoen semboeng weet ik niet, weet ook niet wat dat is. Dat is toch wel een manco in de kennis van zaken, die ik heb over ziek zijn en beter worden, te noemen. Biomedisch en biochemisch zijn wij in deze dagen veel verder wat de kennis over griep betreft. Therapeutisch echter is de tijd stil blijven staan. Mensen zijn nu beter gevoed en sterker dan zo'n kleine eeuw geleden. Er vallen dus nu veel min der slachtoffers. Ook de complicaties zijn nu veel beter te bestrijden. Maar de griep blijft een "killer" en een ieder is dus gewaarschuwd. Onderschat nooit een griep of de restverschijnselen ervan. Complicaties zijn bijvoorbeeld een hardnekkige en erger wordende hoofd pijn met oplopende temperatuur. Dit kan op een virale meningitis, dus een virale hersenvlies- ontsteking wijzen. Laten wij hopen, dat het geen bacteriële ontsteking is, want die is in 90% van de gevallen fataal, dus dodelijk. Hardnekkig hoesten met opgeven van purulent slijm - donker geel, groen slijm- kan wijzen op een ernstige bronchitis ver oorzaakt door bacteriën en moet met antibiotica behandeld worden. Ask your doc, want die kan je helpen en weer beter maken. De virologie, de kennis en de leer over virussen heeft reeds veel bereikt, maar er moet nog veel gedaan worden, want het is lang geen eenvoudige zaak. Alles wat nu bekend is in die tak van de weten schap werd bereikt door samenwerking van en met vele andere faculteiten, zoals de chemische, de natuurwetenschappelij ke, de biologische, de wiskundige en uiteraard de medische. De kennis wordt langzaam en moeizaam vergaard maar er is voortgang en vooruitgang. Er kunnen in dit artikel vele geleerde ver handelingen worden naverteld, maar dat lijkt mij weinig zinvol. The question is behalve het to be or not to be, wat te doen om een griep te voorkomen en te genezen. Dat hebben we dan gepro beerd zo goed als mogelijk is uit de doe ken te doen. Wat niet weet, wordt niet ontkend heb ik eerder wel eens beweerd, maar zodoende word je geen goed wetenschapsmens, geen goede dokter. Een goed politicus wellicht. Slavendrijvers, uitbuiters, oorlog voeren tegen weerloze mensen, dat is de waar heid van de politicus, wanneer hij denkt en spreekt over die "onvergeeflijke" kolo niale tijd van de voorouders. Wat er meer gebeurde en dat het ook anders was, dat is niet opportuun en daar weet men dus ook niets van, het is dus domweg niet waar. In elk geval is het goed te weten, dat wetenschapsmensen, wat mentaliteit inhoud betreft niets van onze bestuur ders, de politici hebben. De mentaliteit, het willen verbetren van bestaande toe standen, de werklust van de politicus werd door Stan Laurel in een van zijn films zo goed verwoord: "I was dreaming I was asleep, then I woke up and I found myself sleeping". Voelt U zich wat grieperig nu? Vervolg van pagina 29 de WC vloer en door de hele badkamer. Wat nu We moesten snel iets doen. Twee levensgrote handdoeken gepakt en op handen en voeten de vloer gedweild. Zwaar hijgend en rood aangelopen van de in spanning was de vloer eindelijk zo goed als droog. 'Kom op', zei mijn man, 'laten we eerst gezellig uitgaan dan zal van avond als we thuiskomen de boel wel doorgespoeld zijn'. Ik hield mijn hart vast. Enfin, we gingen de hort op en toen we thuiskwamen liep hij direct naar het toilet, drukte op de knop om te kijken of het weer normaal functioneerde. Shoesh... ging het water weer over de pot op de WC vloer en verder de badka mer in. Weer op handen en voeten gedweild en ditmaal, met opgestroopte mouw, ging de hand in de pot en werden alle sinaasappelschillen eruit gevist. Op de knop gedrukt en alles ging weer als normaal. We hebben het nooit aan de kinderen verteld. Op vakantie in Indonesië, in Malang, logeerden wij op Celaket. Het was onze laatste dag op Java en ik had nog wat geld over waarvan ik sarongs wilde kopen op Kajutangan. Het was net iets te ver om te lopen dus namen we een becak. Fred, mijn man, stapte als eerste in. Toen ik instapte sloeg de hele becak voorover. Djomplang Ik kroop er op handen en voeten uit, maar Fred bleef als een aap in de becak hangen. De becak rijder trappelde met zijn benen in de lucht en kon de becak met hemzelf niet naar beneden halen vanwege het gewicht van mijn echtgenoot. Er was meteen een aantal 'nontonners', die zich zeer amuseerden over het geval. Nadat ze uitgelachen waren gingen ze aan de becakrijder hangen om hem weer naar beneden te halen en de becak recht te zetten. Fred kroop er uit en wilde er niet meer in. 'You take your life in your own hands zei hij (hij is Engelsman) maar de becakrijder zei toen heel ernstig dat hij nu wel wist hoe zwaar wij waren en dat we er weer in moesten gaan zitten. Wel, lopen had ik echt geen zin in dus zei ik: 'Pelahan, pelahan'. 'Ja', zei hij, 'djan- gan kwatirnjam!' en wij weer in de becak. Het ging nu goed. We reden langs het Militair Hospitaal de helling af van Cela ket, door de chaos van vrachtauto's, jeeps, fietsen en karren. We kwamen heelhuids aan, ondanks dat de becakrij der met zijn benen vrijuit de helling af 'freewheelde'. 39

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1994 | | pagina 39