17
en tolwegen, fraai in het landschap gesi
tueerd. Je ziet hijskranen boven bouwput
ten, hotels, kantoren, havens voor contai
nerschepen, plantages, de beursvloer
van de effectenbeurs, toeristische trek
pleisters en vissers met hun tonijnen
vangst.
Bedrijven uit Japan, Taiwan, Zuid-Korea,
Singapore, Hong Kong, Frankrijk,
Australië en Nederland hebben Oost-
Java als vestigingsplaats ontdekt. Philips
bouwde er een fabriek voor gloeilampen.
Nederland behoort, met Japan en Zuid-
Korea, tot de grote investeerders in Oost-
Java. De ABN-AMRO en de ING bank
hebben in Surabaya kantoren geopend.
De overheid en het bedrijfsleven streven
ernaar Surabaya tot toegangspoort voor
Oost-lndonesië te maken.
Surabaya heeft twee grote industrieterrei
nen aangelegd, een ten westen, Tandes,
en een ten zuidoosten, Rungkut. Ruim
230 bedrijven hebben zich daar geves
tigd, waaronder het Brits-Nederlandse
bedrijf Unilever. In Sidoarjo, ten zuiden
van Surabaya, ligt ook een industrieloka-
tie. Verder komt er 800 ha extra ruimte
voor bedrijven bij Pasuruan, op een uur
rijden van Surabaya. Op de terreinen zijn
er voorzieningen voor de zuivering van
afvalwater. Er staan banken, restaurants
voor de employes en zelfs sportcentra
voor bedrijfsfitness. Ook in Ngoro bij
Mojokerto werd voor 250 bedrijven 200
ha land gereserveerd. Aan beide zijden
van de drukke weg van Surabaya naar
Mojokerto hebben talrijke bedrijven zich
gevestigd.
Harap sabar
Vast staat, dat de groei van de industrie
een succes is en ook, dat iedereen zijn
best doet om het te prolongeren. Maar
gaat de man of vrouw die je op de pasar
of in de bus ontmoet er ook op vooruit?
Als we de bedragen op ons salarisstrook
je vergelijken met de lonen in Oost-Java,
dan komen we er snel achter dat veel
Indonesiërs sober moeten leven. Het
maandloon van een vakman in Surabaya
bedraagt plus minus 150.000 roepia. Een
chauffeur hoor je niet mopperen met een
salaris van 120.000 roepia per maand.
Bedienend personeel verdient ongeveer
de helft van dat bedrag. Met een salaris
van 250.000 roepia behoort men tot de
beterbetaalden (Fl. 1,- Rp. 1.070).
Buiten de steden zijn de lonen karig.
Daar verdient een ervaren meubelmaker
per maand rond de 90.000 roepia. Een
jonge landbouwknecht, ontvangt een
dagloon van niet meer dan 1.000
roepia. Door in het bos rotanstokken te
zoeken en te verkopen, of een wild var
ken te vangen, kan hij bijverdienen.
Bescheiden zijn ook de salarissen van
Vrouwen uit Katibaru (Banyuwangi) tonen cacaobonen. Foto: H. Zomer
een stijgende mobiliteit. De verkoop van
auto's liep, net als bij ons, in 1993 welis
waar fors terug, maar de omzetten zullen
vast wel herstellen onder invloed van toe
nemende verkeersmobiliteit in heel
Indonesië. De motorisering wijst op stij-
onderwijzers en leraren.
President Soeharto heeft tegengespro
ken, dat de Opbouw, de Pembangunan,
alleen welgestelden meer welvaart zal
brengen.
'We zijn pas halverwege en hebben ons
doel nog niet bereikt. Harap sabar' (weest
geduldig) zei de president, toen hij in
Semarang een project voor volkshuisves
ting bezocht. Het gaat, om de afweging
tussen wat men rechtvaardig acht en de
nuchtere feiten van alledag. Anders
gezegd: de koek wordt wel groter, maar
omdat er zoveel monden zijn, vallen de
plakjes nog dun
uit. Vanuit een 'sociaal gevoel', zou men
de plakken wel wat dikker willen snijden.
Maar dan is de koek wel snel op. Of,
terugvertaald naar de economie, dan is er
geen geld meer voor de broodnodige
investeringen. Die worden nu wel
gedaan.
Zo kan het gemeentebestuur van
Surabaya bogen op een stadvernieu-
wingsproject. Het biedt aan mensen met
een smalle beurs betaalbare huisvesting
in kampong Sombo. Het project is in
nauw overleg met de bewoners tot stand
gekomen. De gemeente Malang bouwt
een fraaie middenklasse-wijk in
Sawojajar.
Mobiliteit
Ondanks de inkomensverschillen delen
meer Indonesiërs in de economische
vooruitgang.
Dat blijkt uit de verkoopcijfers van motor
fietsen en kleding. De opkomst van taxi
bedrijven, de aanschaf van 'Colts' voor
het openbaar vervoer in Malang en het
opknappen van busstations, wijzen op
gende welvaart.
In de desa zie je nog wel dragers onder
een pikulan met twee zware vrachten.
Ook in de rubberplantages om de latex,
getah, in bussen naar de inzamelings
plaatsen te brengen. Maar over het alge
meen nemen de mensen veel sneller de
motorfiets, de bus of auto.
Ook de kansen voor jongeren om carrière
te maken zijn de afgelopen tien jaar ver
ruimd doordat meer ouders het zich kun
nen veroorloven om hun kinderen verder
te laten studeren.
De universiteiten van de onderwijssteden
Surabaya, Malang en Jember tellen dui
zenden studenten. Velen wonen op de
campus. Het aantal studenten met diplo
ma's van het hoger onderwijs, dat
beschikbaar is voor de arbeidsmarkt
bedraagt ongeveer 750.000 in Oost-Java.
Dagelijks gaan, in heel Indonesië, ruim
40 miljoen kinderen keurig gekleed naar
school. Met ingang van dit jaar werd hun
leerplicht verlengd van 6 tot 9 jaar. In
moderne boekwinkels zijn boeken over
taal, cultuur, techniek, landbouw en vee
teelt, recht, management, maar ook de
populaire stripverhalen volop verkrijg
baar.
In de desa's verruilen steeds meer men
sen- velen werken op de plantages- hun
huisjes van gedek voor woningen van
rode bakstenen. Vaak wordt in stalletjes
op het achtererf een kalf vetgemest. Die
koe is hun spaarpot. Gezinnen die het
lees verder op pagina 21