EIGEN DORP VOOR 50+ Tel. 010-2730402 - Fax 010-2730403 20 plaats voor een rendez-vous, wanneer het meisje die plek gekozen had. Op het afgesproken tijdstip begon hij het paadje, dat vrij steil was, te beklimmen. Het waterreservoir zou 200 tot 300 meter hogerop geplaatst zijn, had hij gehoord. De berghelling was volop begroeid met kokospalmen, muskaatnootbomen en lage struikgewassen van weelderige tro pische vegetatie. Na verloop van een paar minuten kwam het meisje plotseling te voorschijn vanuit het struikgewas en wuifde hem toe op korte afstand. Hij haastte zich om bij haar te komen, maar juist toen hij haar hand wou nemen, glipte zij weg van hem. Lenig en snel te voet als een gazelle was zij reeds weer een eindje vooraan op het paadje, waar zij zich lachend omkeerde en hem uitdaagde om haar te vangen. Hij verdubbelde zijn inspanning, maar wederom was zij te vlug voor hem. Zodoende zette zij haar plage rige en verlokkende vlucht voort, als een wijfje dat een mannetje zoekt. Op sommi ge plaatsen was het paadje zo steil dat zij zich ontfermde over hem, reikte hem haar hand en hielp hem over een moeilijk punt, maar daarop ontvluchtte zij weer. Soms verminderde zij de vaart, liet hem zeer dichtbij komen, en wanneer hij dan dacht: Nu heb ik haar, was zij weer weg en terg de hem met een lokkend gelach. Waar zij beneden op zijn veranda zeer verlegen en terughoudend was geweest, was zij nu vrij en onbevangen tegenover hem. Buiten adem en met warme wangen van de klimtocht bereikten ze ongeveer tege lijk het waterreservoir, een grote vierkante cementen bak. Met zijn armen tilde hij haar op en droeg haar tot aan de kant van de bak waar hij haar zachtjes neer zette. Zijn mond zocht de hare in een langdurige hartstochtelijke zoen, die haar warme zachte lippen voor eeuwig sche nen te willen vasthouden. Hij drukte haar tegen zich aan, kuste haar telkens weer, terwijl hij haar hete liefdesverklaringen toefluisterde. Zij lag in zijn armen, met halfgesloten ogen en een expressie van extase op haar gezicht. Hij boog zich over haar en kuste haar teder op haar oogleden, zoog haar frisse jonge meisjes- adem en de geur van haar lichaam. Nooit had hij gedacht dat verliefdheid zo'n schone en vreugdevolle belevenis kon zijn. Hij begroef zijn gezicht in haar los hangend haar, liefkoosde haar, bedwelmd door een gevoel van geluk. Langzaam maakte het meisje zich los uit zijn omarming, bracht haar haar in orde en sloeg zijn gezicht op intense wijze gade, alsof zij zijn ziel wilde doorgronden. Misschien dat zij een beetje angstig was geworden door zijn hartstochtelijke liefdesuitingen. Of in de war door de ver andering die zij in zichzelf voelde, van groot kind tot geslachtsrijp jong meisje. Voor het eerst in haar leven had zij, net als de jonge man, de intense vreugde van de verliefdheid gevoeld, die al haar verbeeldingen overtrof. Maar tegelijkertijd was zij angstig om verder door te dringen in dat voor haar onbekende land, het zo verlokkende beloofde land. Teneinde haar onzekerheid te verbergen begon zij te vertellen over zichzelf en over die din gen waarmee zij zich in het dagelijkse leven bezig hield: Haar familie en de school. Rusteloos stroomde de woorden, alsof zij een verdedigingsmuur wilde bou wen tegen de onbekende emotie, veroor zaakt door haar ontmoeting met de jonge man. En daar schoolgaan centraal in haar bestaan stond, werd dat het hoofd onderwerp van haar gepraat, doorspekt met bijbelcitaten en godsdienstige morele dogma's. De jonge man vond haar beschrijving van het gebeurtenisarme bestaan in de kleine eilandgemeenschap ontroerend onschul dig. Hij was ook in het bezit van voldoen de mensenkennis om de reden van haar zenuwachtige welsprekendheid te begrij pen: Haar terugdeinzen voor de omwen teling en het onvermijdelijke conflict met haar traditiegebonden leven. Voorzichtig en liefderijk uitte hij geruststellende kleine opmerkingen terwijl hij haar zachtjes lief koosde. Zij zat nu tegen hem geleund. Hij kon haar kloppende hart en de warmte van haar lichaam voelen. Het was dicht bij zonsondergang. Over weinige minuten zou de kortstondige schemering van de tropen vervangen zijn door nachtelijke duisternis. Ze stonden op en begaven zich zwijgend op de terug weg, bergaf, hand in hand. Weldra waren ze beneden op de weg, die naar hun woningen leidde. Het was nu geheel don ker en daarom dorst het meisje wel dat hij haar begeleidde tot het huis van haar ouders. Toch had zij zijn hand losgelaten en liep nu op deugdzame afstand naast hem. De heldere sterren van de nachthe mel en het licht van de olielampen van de kamponghuizen aan beide kanten gaven net voldoende verlichting om de weg te kunnen volgen. Voor haar woning gaf het meisje hem een hand en zei: 'Dank je wel omdat je kwam, en tot weerziens'. Toen was zij weg. De volgende ochtend zat hij op de veran da om te wuiven en glimlachen tegen het meisje, wanneer zij voorbij zou komen. Maar zij kwam niet. Ook niet in de namid dag. Hij begon zich ongerust te maken. Was zij ziek geworden? Dezelfde avond kreeg hij bezoek van het hoofd van de zendingsschool. Het schoolhoofd vertelde met ernstige stem, dat gerapporteerd was, dat men de jonge man beneden had zien komen van het bergpaadje, samen met het meisje - een van zijn beste leerlingen. Dat er geruch ten gingen dat zij onteerd was. Dat haar vader, die zeer boos was over de gebeur tenis, het meisje thuis had opgesloten en vervolgens naar de zendingsschool was gegaan en het schoolhoofd had gevraagd om het meisje in het internaat van de school op te nemen (normaal slechts bestemd voor niet ter plaatse wonende schoolkinderen). Zijn gezicht in de plooi zettend eiste het schoolhoofd van de jonge man bescheiden of het meisje gemolesteerd was (hij was gekomen om dat bevestigd te krijgen). De jonge man, tot dusver zwijgend, had met toenemen de verontwaardiging geluisterd naar de versluierde beschuldigingen van de schoolmeester. Uiterlijk beheerst, maar inwendig trillend van woede, antwoordde hij kort, dat het meisje geen overlast was aangedaan en dat hun gevoelens voor elkaar niemand aangingen. Het school hoofd, ofschoon volstrekt niet overtuigd, veranderde van onderwerp en vroeg de jonge man, of hij een contante bijdrage voor de bedrijfskosten van de zendings school wou geven? Dit maakte de jonge man kokend van toorn: 'Ik heb niets te boeten. Dat moet U die met Uw insinu aties een reine en onschuldige liefdesver houding bezoedeld heeft en die U nu aan het vernielen bent door het meisje op te sluiten en haar een gevoel van schaamte en zonde bij te brengen. U bent de schul dige in deze zaak'. De jonge man was van zijn stoel opge staan en maakte duidelijk dat het gesprek beëindigd was. Het jonge meisje studeer de later rechten, werd vurig nationalist en droeg bij tot de beslissende afrekening van haar volk met de koloniale machtheb bers. De jonge man behoorde tot het volk dat meer dan driehonderd jaren over de Oostindische archipel geheerst had. (advertentie) TE KOOP in BUNGALOWPARK 'MONTEBELLO BUITEN-ZORG' Costa Blanca - Spanje 12 km. landinwaarts van Torrevieja tussen citrusplantages 1e fase: 50 bungalows, multifunktio- neel centrum, zwembad, koopprijs v.a. f97.000,- V.O.N. Inschrijjving/info: Stichting Montebello Buiten-Zorg. Fr. Haverschmidtlaan 70, 3116 JP Schiedam.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1995 | | pagina 20