Brisbane calling Makanan (vervolg van bladzijde 27. Indonesië, Tanah Air) 41 Ze zijn netjes uit elkaar gaan zitten, er is voldoende ruimte in de grote barak. De woordenboeken bij de hand, de opgave op de brede stoelleuning. Om vijf over zeven is het doodstil. Pak Moens staat midden voor en laat de presentielijst rondgaan. Zijn ogen gaan de rijen langs: Dyastriningrum Subandiati, Immawan Purbawasista, Wurjanti Tjahjaningsih, Yulitin Sungkowati, Yudianti Listiyarini; maar ook Suyono, Hanafi, Santjaka, Marsoyo. Hun namen zijn poëzie, hun handtekening is grafische kunst. Hij her innert zich: Klotterboke, Schattenkeinder, Vanderkarbargenbok, Punselie en hij ziet ze voor zich: groot, lomp, blond. Er liggen 18.000 kilometer tussen hen en ons. Om half negen is het voorbij. Buiten onder de overkapping van de fietsenstal ling houdt de bewaker Pak Moens' fiets al klaar, de hand op het hoofd, om hem te waarschuwen dat hij niet weer zijn hoofd zal stoten. Selamat siang Pak, terima kasih, kembali. Hij stapt op de fiets en rijdt de campus af, de regen tegemoet. Ons eerste verblijf in Yogya werd op 25 maart 1992 abrupt afgebroken, toen Suharto het vertrouwen in Nederland opzegde. Was de 25* maart een toevalli ge datum of door de president bewust gekozen? Op 25 maart 1947 werden in Batavia de Linggadjati-akkoorden onder tekend, die echter door de politici in Nederland niet serieus genomen werden en van een eigen interpretatie voorzien. Dit leidde tot het opzeggen van het ver trouwen van de republikeinen in ons koninkrijk. De conferentie mislukte. Het betekende het einde van de toenaderingspolitiek. Schermerhorn, voorzitter van de Nederlandse Commissie Generaal, noteerde in zijn dagboek: 'Daarmee is het voorbeeld ook in de toe komst als vanouds, de macht, de grond slag van onze aanwezigheid alhier te blij ven gebruiken. Het is niet gelukt een nieuwe weg te vinden.' Het mislukken van de conferentie leidde tot militair ingrijpen in juli 1947. De vraag die historici nog bezighoudt is wie de kos ten hebben gedragen van een leger van hondertwintigduizend man, dat overzee werd gestuurd om drie jaar in Indië te die nen. De socialisten in de Nederlandse regering waren er niet vóór de koloniën te behouden, de KVP was niet in het Indisch establishment vertegenwoordigd. Bovendien was de staatskas leeg en de Marshallhulp voor Indonesië werd gebruikt om ondernemingen en bedrijven weer op gang te krijgen. Waar is het geld vandaan gekomen? Linggadjati ligt in de bergen, anderhalf uur gaans van Cirebon. Bij een bezoek aan het conferentieoord, dat nu museum is, heb ik beide delen van het dagboek van Schermerhorn aangeboden aan de bibliotheek van het museum. Ik word direct door het voltallige personeel rond geleid. De slaapvertrekken van de dele gatieleden, gegroepeerd om de vergader zaal met de lange rechte tafel, waar stoe len omheen staan met de namen van de betrokkenen. Aan de muren de portret ten, die ik al eens eerder heb gezien op een tentoonstelling in het Erasmushuis in Jakarta. Terzijde de plaatsen van de jour nalisten, die verslag gaven van een gebeurtenis die al geschiedenis is gewor den. Die middag in het zwembad van het hotel waar ik dagelijks mijn baantjes trek, raak ik in gesprek met een paar oudstrij ders, die met familieleden een pelgrims tocht maken langs de oorlogsgraven. Ze maakten deel uit van de landmacht op Java, jongens van de 7-decemberdivisie, de eerste lichting dienstplichtigen, voor wie de grondwet moest worden aange past. Door de uitgestelde demobilisatie bleven ze, tot de algehele terugtocht van het leger in 1949. Toen werden ze naar huis gestuurd met de levenslange herin nering aan een verkeerde oorlog. Het wordt voller in het bad. Japanse toe risten zwermen langs de rand en maken haastig foto's. Ze zullen niet te water gaan, want zo dadelijk vertrekken ze weer volgens 'schedule'. De obers lopen met grote glazen kleurig vruchtesap en bier voor de Australiërs. De groep veteranen is al geruime tijd met de bus naar Bali vertrokken. Ze hebben hun makkers gegroet, de zesduizend man, die nooit vergeten zijn. Als ik op de campus terugkom, op weg naar huis, blijken de wegen naar het grote plein door legertrucks te zijn afge sloten vanwege een betoging. Het is weer het militair vertoon dat me tegen staat, de arrogantie van de macht. Eén dag in het jaar wordt de oprichting van het leger herdacht. Dan moeten alle bur gers hun vlag uitsteken. Ook buitenlan ders, tenminste dat vindt No, onze huis jongen. Ik had er moeite mee, maar de vlag heeft er toch gehangen, drie dagen lang, omdat No hem vergat binnen te halen. Ik heb hem gevraagd of er ook een dag was voor de slachtoffers van het leger, op Buru, in Aceh, in Dili. De drie studenten van Gadjah Mada, die vier jaar kregen, omdat ze discussieerden over de boeken van de verboden schrijver Pramoedya Ananta Toer? No keek me niet begrijpend aan en hij leest nog wel eens en krantje. Ik heb hem later mijn wereldontvanger gegeven. We hebben de drie studenten opgezocht in de gevan genis om ze op verzoek van de ambassa de studiemateriaal te overhandigen. Later bleek dat weer anders geregeld te moe ten, via de commandant. Die boekjes hebben ze nooit gezien. Op 17 augustus 1995 zal Indonesië vijftig jaar onafhankelijkheid vieren. Misschien is dat een goed moment voor president Suharto om een gebaar te maken en alle politieke gevangenen amnestie te verle nen. Daar zou minister Pronk van opkij ken. Met een omweg fiets ik naar huis. Luid schalt het gezongen gebed van de muez zin over de campus. Ik zal blij zijn als we straks weer naar Holland teruggaan. Maar ik weet dat het verlangen zal blijven naar dit land, Indonesië, tanah air. Mijn Indonesische vriendin Rasmina is getrouwd met een Aussi: Bryan. Het huwelijk zou prima zijn, als het eten geen probleem opleverde. Rasmina kan heerlijk koken en haar sajur lodeh is niet te evenaren. Maar Bryan heeft in zijn eigen taaltje verklaard 'I don't makan that Indonesian stuff!' 'Kaja apa!' klaagt Rasmina tegen mij. 'Elke dag moet ik apart voor hem koken!' Na diep nadenken heb ik een oplossing gevonden. Vlak om de hoek is een winkel, die lekkere hapjes verkoopt: gebak, pasta's, slaatjes; alles even Australisch. 'Als Bryan zijn slaapje doet, Rasmina, sla jij één en ander in en je bent van alle susah af.' Rasmina is opgetogen over het idee. 'Als hij wil, ik hem belazer, ja sudah, laat maar!' verklaart ze. Bryan is verrukt over het Australische eten. 'Isn't my wife a wonderful cook' en hij eet zich vet en rond. Maar dan slaat het noodlot toe. De zaak gaat failliet en wordt gesloten. 'Allah tobat!' jammert Rasmina. 'Alles watje moet doen', raad ik haar aan, 'is proberen hetzelfde eten te maken.' En warempel, na veel tjobah is haar eten zelfs nog smakelijker. Bryan likt zich de vingers af en Rasmina krijgt haar eerste complimentje: 'This makanan Australian is really very bagus!' En nu Bryan elke dag zijn potje kan eten, zijn alle huwelijkspro blemen opgelost en zingt hij de lof over zijn vrouw, die zo heer lijk Australisch kan koken. Tilly Breeman

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1995 | | pagina 41