De stille initiator door U.C. Koot 'Dick' in zijn kantoor, even wat opzoeken... Niemand hoeft lang ergens op te wachten. Toen de heer D.A. Visker op 15 februari 1972 de beslissing nam om de familiege schiedenis van zijn eigen familie te onder zoeken, wist hij waaraan hij begonnen was. Wat hij toen zeker niet wist, was waar dit avontuur zou eindigen. Het besluit daartoe moet reeds daarvoor, mis schien jaren daarvoor, genomen zijn. Het avontuur was begonnen. Zoals bij ieder avontuur, en in het bijzon der bij het avontuur van het verzamelen van data, is het beginpunt altijd wel bekend, het einde is meestal in nevelen gehuld. En niet alleen het einde, doch ook de voortgang. Waarom begon het als een avontuur? Omdat ieder avontuur begint als idee en het zoeken van de weg naar dat idee. Het idee was geboren, maar de weg was geen highway, geen gebaande weg en in het geheel geen snelweg. Het was een bergpad met vele obstakels, bossen, ravijnen en vele wilde dieren. Het was een bergpad met begroeïngen, waar men de weg moest kappen. Bovendien was het een pad, dat ook nog bergopwaarts moest gaan. Bergopwaarts naar de top van een berg met moeilijkhe den, misschien wel tegenwerkingen. De heer Visker heeft al deze moeilijkheden gekend tijdens zijn eenzame tocht langs dit bergpad. Hij heeft eigen geld, eigen lichamelijke kracht, eigen initiatieven, eigen kennen en kunnen geïnvesteerd in wat toen zijn kind werd. Het klinkt mis schien infantiel dit zo te zeggen. Toch is alles wat een mens doet zijn eigen gees teskind, zijn eigen bezit. Waarin zijn gehele eigenheid, zijn identiteit, zich manifesteert. Zaken verzamelen nemen nooit een einde. Of het nu postzegels of andere zaken zijn, verzamelen is een nooit eindi gende bezigheid. Doch als deze bezig heid uitgroeit tot activiteit, d.w.z. als het van passiviteit evalueert naar actief-op- zoek gaan naar voor het onderwerp nutti ge zaken, dan wordt de bezigheid een bevlogenheid. Dat gebeurde met deze 'worstelaar' gelukkig ook. Gelukkig voor het nage slacht, gelukkig voor allen, die op zoek gaan naar hun roots, hun voorgeslacht. Tot in het zevende voorgeslacht om het eens bijbels te noemen. En niet alleen op zoek gaan naar hun voorgeslacht, maar ook naar de plaatsen en kampongs, de werkomstandigheden, de tropische situ aties waarin hun voorvaderen gewerkt hebben en gelukkig geweest zijn tot eer van Indië en Nederland. En van zichzelf en hun nageslacht. De heer Visker verzamelde en met hem verzamelden al die ijverigen over geheel Nederland, op zijn verzoek, alle relevante gegevens. En ook zij deden dat con amore. Zij verzamelden en stuurden hun gegevens naar het centrale punt, het Indisch Familie Archief in Den Haag en later naar Amersfoort. Zo ontstond een bibliotheek van duizen den en duizenden blaadjes papier, foto's, oude en nieuwe van het oude Indië. Zo ontstond een monument, een gedenkte ken, een herinneringsmuur van het werk van ijverige Indische mensen en belanda totoks en hun nazaten in Insulinde. Het werd een bibliotheek met alles wat een bibliotheek moet hebben. Toen kwam het ogenblik dat Moesson uit zijn vroegere behuizing in Den Haag moest verhuizen. Het Indisch Familie Archief had sinds het jaar dat Tjalie Robinson BV aanbood dat het IFA bij hen mocht intrekken, goede banden gekregen met Moesson. Vandaar dat het IFA ook mee wilde naar Amersfoort om de ban den met Moesson te continueren. De vraag was alleen wie er van de vrijwilli gers mee wilden naar de nieuwe stand plaats. Het is begrijpelijk dat velen die in de omgeving van Den Haag wonen niet mee konden naar Amersfoort. Is het niet te begrijpen dat de initiator in wanhoop dacht aan het voortbestaan van het IFA? Het IFA was opgezet als particulier initia tief. Als hij zou afhaken dan was de kans groot dat alle papieren in de container 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1995 | | pagina 15