In memoriam Piet Zoetmulder
Olifantentemmers
Belofte maakt schuld
Bamboe-orgel
Prof. dr. Piet Zoetmulder SJ, de geleerde
op het gebied van Oud-Javaanse Taal en
Letterkunde is op 8 juli 1995 in Yogya-
karta overleden. Het stoffelijk over
schot is overgebracht naar de begraaf
plaats Kerkop Muntilan, bij Magelang.
Het heengaan van Romo Zoet, zoals
velen hem noemden, is een groot verlies.
Door zijn inspanningen heeft hij veel bij
gedragen aan kennis van de geschie
denis en cultuur van de Mataram-perio-
de.
Piet Zoetmulder, geboren in Utrecht
(1906), studeerde na de lagere school
aan het Canisius College en vervolgens
aan het Gymnasium van Rolduc waarna
hij naar Nederlands-lndië vertrok naar
het Ignatius College in Yogyakarta
(1928). Terug in Leiden specialiseerde hij
zich in Javaans en promoveerde als doc
tor aan de Leidse Universiteit (1935). In
1939 zette hij zijn studie voort in theolo
gie in Maastricht. Hij werd priester gewijd
in Nederland, doceerde aan het seminari
in Yogyakarta, werd apostolisch Vicaris
in Jakarta, onderwees in Yogyakarta,
was twee jaar geïnterneerd in de bezet
tingstijd en is ook gevangen genomen
geweest door de Republikeinen. Sinds
1951 was hij docent aan de Universitas
Gajah Mada, faculteit der letteren. Enkele
van zijn werken Manunggaking Kawula
Gusti en Kalangwan zijn vertaald door
Dick Hartoko.
Indonesisch bamboe-orgel
Filipijnen. Met zijn helpers Suwandi,
Rajino, Jayus, Purwanto en Sudarni, die
zich eerst grondig hadden laten voorlich
ten door Van Dop, slaagde hij erin een
bamboe-orgel te maken. De bouw van
het volledig met de hand gemaakte orgel,
waar meer dan 500 bamboes voor wer
den gebruikt, duurde ongeveer anderhalf
jaar. Bij de opening van de tentoonstel
ling werden er enkele muziekstukken op
gespeeld. Er is nu ook een bestelling
voor zo'n orgel uit België binnengeko
men.
Bron: Kompas
In Noord-Bengkulu is een centrum, Pusat
Latihan Gajah Sebelat, waar olifanten
getemd worden. Voordat met de olifanten
geoefend wordt moeten ze eerst ont
groend worden. De wilde olifant wordt
dan begeleid door één of twee tamme oli
fanten. Onder leiding van de temmer
gaan de dieren naar een soort altaar dat
bestaat uit een platform van twee vier
kante meter met in het midden een stevi
ge paal en een afdak. Op het altaar zijn
verschillende sesaji gelegd, zoals een
geslachte kip, kapmes, nasi kuning, sirih,
kaardsen e.d. Het naar het altaar bren
gen van de wilde olifant is niet gemakke
lijk, omdat deze niet gewend is aan men
sen en aan zijn nieuwe omgeving. Bij het
altaar gekomen begint de ontgroening.
Een tiental pawangs (temmers) bevestigt
een strop aan een poot van de olifant en
deze wordt vastgebonden aan de paal.
Lichaam en hals worden vastgebonden
met touw en een ketting, waarna het
wordt geslagen tot het omvalt (zich over
geeft). Als dit gebeurt is wordt gebeden
dat het dier tam zal worden en de aanwij
zingen van de temmer zal opvolgen. Nog
is de ontgroening niet klaar. Aan de vier
poten wordt een rotan band bevestigd
zodat het lopen wordt bemoeilijkt. Het
touw en de ketting waarmee poten, hals
en lichaam vastgebonden waren worden
weer verwijderd en de olifant is weer los
en wordt officieel opgenomen in het
oefencentrum.
Bron: Kompas
Bron: Kompas
Op een tentoonstelling in de aula van de
Theologische Hoge School aan de Jalan
Proklamasi in Jakarta Pusat kon men
een bamboe-orgel zien dat in Indonesië
werd vervaardigd. Harry A. van Dop,
docent aan de Sekolah Tinggi Theologia,
kwam op het idee dit bamboe-orgel te
bouwen toen het pijporgel van de
Immanuel Kerk (vroeger Willemskerk)
aan restauratie toe was. Hij herinnerde
zich het bamboe-orgel in Las Pinas op de
Bron: Noordhollands
Dagblad
Indische olifanten worden getemd
Mudjiman Kamari loopt sinds maart
schuin achterwaarts door Indonesië en is
van plan dat te blijven doen tot hij de hele
Indonesische archipel heeft afgewerkt, zo
wist persbureau Antar te melden. De 42-
jarige Kamari beloofde de tocht te zullen
afleggen als hij zou herstellen van een
ziekte die hem kreupel dreigde te maken.
Hij startte in zijn geboortedorp in het dis
trict Blitar en had 890 kilometer voor de
boeg. Op 28 oktober moet de tocht in
Jakarta eindigen.
Hoeveel kilometer
Kamiri er al op heeft
zitten werd in het
bericht niet gezegd,
maar achterwaarts zig
zaggend heeft hij
inmiddels 12 van de 27
Indonesische provin
cies aangedaan.
20