Herdenken, terugkijken en vooruitzien Een verslag van de reünie KM-kinderen in Japanse kampen O door Tiny Francis Ze zijn weer bij elkaar de sobats uit de gezinnen van de marine en de koopvaar dij. De 'jongens van stavast', kinderen van uitgezonden personeel die in de jaren 1942-1945 in het voormalig Nederlands-lndië in Japanse internerings kampen hebben gezeten. Mensen ook die gestreden en geleden hebben onder het juk van de Japanner en later in de Bersiap. Ze delen hun herinneringen die ze uitwisselen als muntstukken, herken baar en geldig, waardevol en soms vol pijn. Op 1 september 1995 was er voor hen een reünie georganiseerd door de Koninklijke Marine in een daartoe leeg gemaakte, immense hangar op het marinevliegkamp Valkenburg te Katwijk, waar de parachutes en ander vliegtuig gerei tegen de muren hingen. 'Maar anders was er geen ruimte om 700 men sen onder te brengen', zegt overste C.A. Vriends van de organisatie. Het galmde in de ontvangstruimte letterlijk van de begroetingen, herkenningen en gepraat over 'toen'. Iedere reünist met een badge op zijn of haar revers, zodat men elkaar goed herkennen zou. Blijde gezichten, handen schudden, herinneringen uitwis selen onder de koffie. Allen zijn onder worpen geweest aan een macht die straf fen kon uitdelen in een kampsituatie met verlies van vrijheid in inadequate behui zing. Andere voeren op een schip of in een onderzeeër ('Ha ha, daar was je nog 't beste af). Sommige dragen littekens op hun ziel. 'Soms denk ik 's nachts dat ik iets inslik, dat ik stik', zegt de 76-jarige oud-matroos eerste klas, de heer Van Zeeland. 'Maar dan word ik wakker, ik had een angstige droom van dingen die nooit gebeurd zijn.' Hij weet alle data en schepen uit de strijd op te sommen en zijn ogen zijn blauwer dan de Indische oceaan. Onverschrokken kijkt hij rond en toont zijn foto's; torpedo- bootjagers in noodsituaties, beman ningen. 'Ik voer op de Witte de With. De machinekamer beneden werd in de strijd natuurlijk afgegrendeld. Achter een belangrijk toestel moet iedereen op zijn plaats blijven. Stel je voor dat één van die mannen 't te pakken krijgt en naar boven wil. Dat kan je niet hebben. Daarom gaat het alarmdeksel dicht als 't gevaarlijk wordt. Aan zijn nog steeds bestaand syn droomverschijnsel, geactiveerd door een innerlijk mechanisme, tilt hij niet zwaar. 'Ik zit nog steeds op een racefiets'. De torpedobootjager Witte de With werd in dienst gesteld op 20 februari 1930. Tijdens de Tweede Wereldoorlog verbleef het schip in Nederlands Oost-lndië. Sinds mei 1940 verrichtte het konvooidiensten in de Indische wateren. Op 27 februari 1942 tijdens de slag in de Javazee escorteerde de Witte de With de beschadigde Britse kruiser Exeter naar Soerabaja en boekte het succes bij de beschieting van de Japanse torpedo bootjager Asagumo, die de Exeter aan viel. Nadat de Japanse jager zich had teruggetrokken onder bescherming van een rookgordijn, bracht de Witte de With de Britse kruiser veilig naar Soerabaja. Door schade aan de stuurboordschroef, opgelopen toen twee dieptebommen vlak achter het schip ontploften, bleef de Witte de With voor reparatie op het Marine Etablissement in Soerabaja. Toen duide lijk werd dat het schip, dat inmiddels ook zwaar beschadigd was door Japanse luchtaanvallen, niet meer op tijd gerepa reerd kon worden, werd het op 2 maart 1942 in de haven vernield. Een laconiek stukje geschiedenis uit het archief van een ex-matroos. Eén der vele. In de hangar waar commandeur C.W.M. Breed een welkomstwoord sprak, hangen enorme borden met foto's van schepen, geschut en kamptekeningen; hurktoilet- ten, wapperende was aan een lijntje en prikkeldraad. De bezoekers verdringen zich ervoor. 'Kijk, daar heb je de Kortenaer, legt iemand zijn echtgenote uit. Witte petten lopen rond, uniformen zijn gedecoreerd. Commandeur Breed heeft van zijn eerste tot zijn vierde jaar in het kamp doorge bracht. Wat herinnert hij zich daarvan? 'Toen we werden afgevoerd moest mijn moeder haar ijskast inleveren. Het kamp was helemaal omgeven door atap en daar zag ik later op een hoop ijskasten de onze liggen. Mijn moeder had er aan de achterkant met haar nagel onze naam ingekrast.' Hij lachte luidop. 'Later kregen we 'm terug, maar toen deed ie het niet meer zo best.' Muziek schettert; er is een sfeer van vriendschap en herkenning, een beetje ramé ramé. Overal vormen zich groepjes, bladen gaan opnieuw rond met koffie. Welk woord valt kapitein ter zee B. Friele in als hij denkt aan de bevrijding? 'Herdenken, terugkijken en vooruit zien', zegt hij. Een herinnering van één der reünisten aan het kamp? 's Morgens stijfselpap, 's middags een vijfde broodje en 's avonds een kopje rijst. Ik was toen der tien jaar, we zaten in Tjimahi. Er waren 101 jongens. Je moest je leren drukken, de ene barak in, doorhollen en de andere weer uit. Dan zag de Jap je niet.' Door de mensen heen loopt de heer Jalhay, fotograferend, aangeklampt door kennissen, vriendelijk, vaderlijk lachend. Alle mensen hier delen een geheim: onderdrukking, moed, angst, honger. Dan is het tijd voor Yvonne Keuls om voor te lezen uit haar laatste boek Lowietjes Smartegeld of het Gebit van mijn moeder. Het is doodstil terwijl ze het verhaal ver telt van een door het leed van zijn moe der getekend mens, die zijn eigen noodlot niet beseft. In de rij voor de nasi, die de reünie zal besluiten, hervinden twee oud-kampbe woners elkaar; 'Hé zeg, ik heb nog met jouw broer in het kamp gezeten. Dat was Belawan Estate.' Maar dan zwijgen ze even en kuchen. Want die broer is dood. Hij had met zijn gammele tèklèks (houten sandalen) in het modderige kampstraatje in een spijker getrapt en was gestorven aan bloedvergiftiging. SYNNAT AROMA - POSTBUS 243 - 3800 AE AMERSFOORT Kwaliteits GEUROLIEN: - voor Uw 'PERFUME-BURNERS' - voor Uw eigen gemaakte LOTIONS op basis van water of alcohol MASSAGE (spier)- OLIËN: 'MINYAK GOSOK'. Goed en lekker warm. Serieuze verzoeken om proefflacons zijn welkom. 24

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1995 | | pagina 24