PLANTEN UIT DE TROPEN Brunfelsia calycina DOOR NETTY SEIDER Franciscea Bunga kamerin hari ini dan besok Familie: Solanaceae Nachtschadeachtigen De Brunfelsia is een kleine boom of struik. Haar naam dankt ze aan de Duitse arts, theoloog en botanicus Otto Brunfels die in de zestiende eeuw leefde. In 1530 had hij als eerste een tekening van deze plant in zijn boek staan. De lange Indonesische naam Bunga kamerin hari ini dan besok betekent: gisteren, vandaag en morgen bloem. De bloemen verkleu ren namelijk van paars naar rose en dan naar wit in drie dagen tijd. Er zijn dertig soorten van dit geslacht. Ze komen oorspronkelijk uit Midden- en Zuid-Amerka. In de Antillen waar ze veel voorko men dragen huwbare jonge mensen, in het bijzonder de meisjes, kransen van Brunfelsiabloemen in het haar. In Brazilië haalt men uit de wortels van de Brunfelsia hopeana een stof genaamd manicine. Deze manicine gebruikt men tegen slangenbeten. De wortels van de Brunfelsia hopeana noemt men manacawortels. Brunfelsia's worden een paar meter hoog. De plant vertakt zich vlak boven de grond en wordt wel één meter breed. Omdat de groei onregelmatig is, wordt ze door snoeien in model gebracht. Het snoeien gebeurt voorzichtig omdat de slapende knoppen moeilijk uitlopen. Slapende knoppen, ook wel adventieknoppen genoemd, zijn knoppen die geen eindknoppen of oksel knoppen zijn. Ze komen op alle delen van de plant voor. De donkergroene, leerachtige en lancet- vormige bladeren staan dicht opeen en verspreid aan de plant. Ze blijven het hele jaar groen. Het blad is acht tot tien centimeter lang, omgekeerd eirond en spits. Bovenop is het blad glanzend en aan de onderkant vaalgroen. De grote vijftallige bloemen staan in klei ne gedrongen trosjes bijeen. Ze zijn kort- gesteeld en hebben een afgeplatte, zes centimeter brede kroon met afgeronde gegolfde kroonslippen. De twee lange en twee korte meeldraden met helmknoppen zijn binnen de kroonbuis aangehecht. De vijfbladige lichtgroene kelk is kaal en opgeblazen. Brunfelsia Kelk en kroon zijn vergroeidbladig. De naam Calycina betekent: met grote kelk. Dat komt omdat de buisvormige kelk betrekkelijk groot is. De bloemen die bij het opengaan paars zijn, verkleuren na een dag naar rose en daarna naar wit. Ze geuren heerlijk, vooral 's nachts. Ze lok ken nachtvlinders die de bloemen bestui ven. In de tropen bloeien ze het hele jaar door. Uit het tweehokkige bovenstandig vrucht beginsel ontwikkelt zich een bolvormige vrucht die veel en relatief grote zaden bezit. De planten worden door zaden, stekken, of 'tjankokken' vermenigvuldigd. Tjankokken betekent in het Indonesisch afleggen. Het afleggen gaat als volgt: een laag geplaatste tak wordt tegen de grond gedrukt. Waar de tak de aarde raakt, wordt van de tak een stukje bast wegge nomen. Dit gedeelte wordt met aarde bedekt en met behulp van ijzerdraad en een steen vastgedrukt. Na verloop van tijd worden op die plek wortels gevormd. Door deze tak los te snijden, ontstaat een nieuwe plant. In Nederland begint de Brunfelsia bekend te worden. Het is geen gemakkelijke plant. Eigenlijk hoort ze in de huiskamer niet thuis maar in een kas. Evenwel met enige zorg en aandacht kan ze mooi bloeien. De plant moet op een lichte plaats staan maar kan geen zonnestralen verdra gen. Verder veel frisse lucht maar absoluut geen tocht. Een constan te temperatuur van plusminus achttien graden Celcius en een hoge luchtvochtigheid is een vereiste. Door temperatuurschommelin gen en te droge lucht kunnen de bladeren afvallen of bruine randen krijgen en worden ze belaagd door ongedierte als schild- en dopluis. Luchtvochtigheid ver krijgt men door rondom de plant bakjes met water te zetten. Of de plant met overpot en al in een grotere pot zetten en die te vullen met water en sphagnum (veenmos). Sphagnum heeft de eigenschap veertig keer zijn eigen gewicht aan water op te nemen. In de zomermaanden veel water geven en om de veertien dagen bemesten met kunstmest of organische mest. Iedere dag de plant benevelen met een planten spuit met lauw regenwater. Regenwater laat namelijk geen kalkvlekken op de bla deren achter. De plant zelf houdt wel van kalk, dus leidingwater geven op de aarde kan geen kwaad. Van maart tot oktober draagt ze bloemen. Na de bloei wordt ze koeler gezet, plus minus tien graden Celcius, en krijgt ze minder water en geen mest meer. Lees verder op pagina 32. 23

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 23