rELEFO' jr.KANTnOR ffl P ST TEUTCRAAf Postkantoor Solo geringe voorraad ellendige, tweedehand se, vliegers die vaak nog gescheurd, klein en onaanzienlijk waren. Na repara tie van alle scheurtjes zag mijn verzame ling er nog steeds niet al fraai uit. Het vliegertouw vormde echter een groter probleem. Hoe moest ik aan een klos eerste klas garen komen, liefst van het merk Tjap Kambing, 'made in Manchester Great Britain', en met een lengte van 300 yards? Moeders naai machinekastje had ik natuurlijk allang aan een inspectie onderworpen. Helaas was de oogst niet groot. Afgezien van een aangebroken klos, van een onbe kend merk kon ik meestal niets anders vinden dan wat gekleurd borduurgaren. Die waren te dun en zeker niet geschikt om vliegers op te laten, laat staan dat je ze kon gebruiken voor een gevecht. Het resultaat van al die strooptochten was dat ik mij de trotse bezitter mocht noe men van een paar yards vliegergaren van verschillende samenstelling dat van wege de lengte, ontelbare keren aan elkaar was geknoopt. Maar nu kwam de allergrootste moeilijk heid. Hoe het vliegertouw door middel van lijm en glas zodanig te verstevigen zodat je een echte tali gelassan kreeg om een gevecht met een tegenstander aan te kunnen? Vliegeren is niet alleen in Solo een ernsti ge aangelegenheid, maar in heel het land. Grote mensen zijn niet tevreden met alleen het oplaten. Men zou zich na een kwartier al gaan vervelen. Vechten met een ander zorgt voor opwinding. Daarvoor is het nodig dat het touw wordt voorzien van een schurend laagje zodat je de draad van de tegenstander door kunt snijden. Is een vlieger eenmaal bui ten gevecht gesteld dan heeft de eige naar geen rechten meer op zijn versla gen eigendom. Degene die het naar beneden dwarrelend tuig weet te vangen mag de lajangan de zijne noemen. De gewezen eigenaar heeft alleen maar het nakijken. Het vangen van verslagen vliegers is ook een manier om een verzameling aan te leggen. Bij het ontdekken van het naar beneden fladderend voorwerp stijgt er een enorm gejoel op. Met een kreet van 'O, o, o, oe, o', stormen tientallen jonge tjes achter de vlieger aan. En dan het opgewonden lachen van de gelukkige vanger! Voor de rest van de troep was het vloeken en tieren! Het waren natuur lijk altijd de langsten, de brutaalsten en de sterksten onder ons die ongeschon den met de vlieger uit de krioelende massa wisten weg te komen. Het geluk moest mij letterlijk in de schoot geworpen worden, wilde ik zo'n buit in handen krij gen, bijvoorbeeld als er toevallig niemand in de buurt was om zo'n vlieger op te merken. Dit geluk kon ik ook wel eens een handje helpen door een vlieger die boven onze achtertuin in de lucht hing te kapen. Achter de hoge muur die onze tuin van de kampong scheidde liet men vaak vliegers op. Bij een bepaalde wind richting en bij niet te sterke windkracht kon het eens voorkomen dat de touwen laag boven de muur hingen. Dat was het moment om te handelen. Ik bond dan een touw om een steen en slingerende die met kracht over het laag hangende garen om het geheel binnen de veilige beslotenheid van het eigen ter rein, door niemand gehinderd, de vlieger naar me toe te trekken. De oorspronkelij ke eigenaar had immers het luchtruim boven de tuin geschonden en werd hier met in beslagneming van zijn eigendom bestraft, zo luidde de ongeschreven wet. Natuurlijk merkte het slachtoffer dat er een kaper aan het werk was geweest. Niet zelden deed hij moeite om achter de identiteit van de dader te komen en de zaak door een vechtpartij te beslechten. Echter de verleiding van een gemakkelij ke roof was groter dan de vrees voor ont dekking en afstraffing door een handge meen. Wordt vervolgd woordenlijst H.A.S - Hollandsch Arabische School serrem - griezelig Ksatria - edelman kampong Kidoel - zuidelijke woonwijk in Solo Hamid Silit - Hamid met de kont lonté's - hoeren orang rojal - vrouwenjager en verkwister blangkoedeng - Javaanse hoofdtooi prijaji - hier wordt bedoeld: waardigheids bekleder krossi gojang - schommelstoel krètèkmenjan - wierookstrootje lajangans - vliegers djadjanan - snoep tali gelassan - glastouw O 29

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 29