O I J door de tweede vrouw van Roskott, mevrouw Roskott-Luyke. Na enig reken werk zou het kunnen dat ik bij het graf van mij bet-overgrootvader stond! Met een aantal kopieën uit 1838 en zeer oude foto's vertrok ik weer met de belofte aan de heer Huwaë om de stamboom van Roskott uit te zoeken. Een in eerste instantie enorme klus bleek op het Moluks Historisch Museum in Utrecht heel eenvoudig te zijn, mede dankzij de hulp van de directeur drs. W.Chr. Manuhutu. Roskott is mijn bet-overgroot vader en een bekende onderwijspionier op Ambon. C.J. van Rhijn schrijft in zijn boek Reis voor den Indische Archipel in het belang der Evangelische zending het volgende: 'In een te huis vond ik hier, zoo goed als ergens in Indië, Roskott zoo trouw, zoo kundig, zoo hulpvaardig in al, wat mijne missie betrof; zijne vrouw, eene inland- sche geborene, zoo als ik er vroeger of later geene heb ontmoet, sprekende zui ver Hollandsch, sprekende met in Indië geheel ongewone vrijmoedigheid en bescheidenheid tevens, over meer dan beuzelingen, over de dingen van geest en hart en van Christus koningrijk'. Het zou wel eens kunnen dat deze inlandsch geborene bet-overgrootmoeder van mij een nog steeds belangrijke invloed heeft in mijn leven, zoals ook mijn grootvader, die in Utrecht een school voor massage en heilgymnastiek heeft opgericht toen hij uit Nederlands-lndië kwam. Tot slot Deze reis is voor mij een innerlijke reis geweest naar familie en emoties. Met name vage en onbegrepen gevoelens als 'waar hoor ik zelf thuis' heb ik hierdoor beter kunnen plaatsen. Tevens heb ik mogen ervaren hoe mensen hun emotio nele ervaringen die niet altijd even leuk zijn, hebben kunnen vertalen in levens kunst, muziek en daadkracht. Na al het vlees en gevogelte van de feestdagen, is het misschien leuk om een keer met tahu recepten te experimente ren. De onderstaande recepten vond ik in een Indonesisch kookboekje Makanan Nasional geheten. Het eerste recept is: Bakso Tahu Daarvoor heeft u nodig: vijf blokken tahu, één ei, twee eetlepels bloem, drie stengels selderie, bouillon, eventueel van bouillonblokjes en olie. Kruiden (bumbu): twee teentjes knoflook (of meer als u dat lekker vindt), een halve theelepel peper, zout en vetsin. Bereiding: Prak de tahu fijn, klop het ei los en vermeng dit alles met de bloem. Doe er dan de kruiden doorheen, goed mengen en er dan balletjes van vormen die u in de warme olie lichtbruin bakt. Voeg deze balletjes toe aan de bouillon en strooi er de fijngehakte selderie door. Lekker als tussendoortje. Baceman tahu (baceman geweekt, gemarineerd) U heeft hiervoor nodig: vier blokken tahu, twee kopjes klapperwater (uit blik?) of gewoon water. Kruiden: zout, peper, blokje gula jawa, laos, daun salam, ketumbar, drie sjalotjes, één of twee teentjes knoflook. Bereiding: Wanneer u verse kruiden gebruikt, moet u dit alles eerst fijn uleken of wrijven, samen met de sjalotjes en de knoflook. Doe deze kruiden bij het (klap perwater en laat het zachtjes aan de kook komen. Voeg de in blokjes gesne den tahu erbij, schep af en toe om en laat zo alle vocht verdampen. Verhit de olie en bak dan de tahu weer lichtbruin. Tip: dit smaakt heerlijk met rijst, taugé (even heet water erover gieten), sambal en een spiegelei. Selamat makan! Inge Dümpel Q 40

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 40