Zes Jagen in maart 1942 Uit het daghoeh van Leo Jacohs 2 maart 3 maart 4 maart 5 maart 6 maart Om 23.00 uur via de telefoon uit Merak bericht ontvangen van de eerste Japanse landingen in de Bantambaai. Codewoord voor de landingen van de vijand is 'Koepoe-koepoe'. Helaas geeft de L.B.D (Luchtbeschermingsdienst) in Merak door 'Banjak sepat-sepat', maar kort daarna wordt dit gerectificeerd met de goede code. De telefoons staan de hele nacht niet stil, berichten stromen binnen en vele Luchtbeschermingsdiensten gaan uit de ether. Alles wordt in staat van paraatheid gebracht en iedereen wordt verzocht op zijn post te blijven. Er wordt groot alarm geslagen, ledereen weet wat zijn taak is. De wildste geruchten doen de ronde; o.a. landingen van Japanse parachutisten in Bekassi, Tangerang en Tjepoe. De geruchten worden echter door de legerlei ding tegengesproken. De vijand maakt wel vlot vorderingen. Het Engelse kamp met R A. F.-vliegers tegenover ons in Batavia, is reeds ver laten door al het personeel. Alles ligt daar overhoop (voedsel, kleding, enz.). We gaan vlug op onderzoek uit, op zoek naar artikelen, die wij of de burgerij ter plaatse misschien nog kunnen gebruiken. Balen rijst, suiker en diverse blikjes met groen ten en vlees vallen ons ten deel. Dan komt de order: alles ontruimen, van middag oprukken. Geruchten over situ aties te Buitenzorg - Bandoeng - Soekaboemi volgen. Alles wat voor de vij and dienstig kan zijn moet vernield wor den. Dus ook onze telefoon en zend apparatuur in het departement. De bijl erin. Om 16.30 uur volgt de order: Klaar maken voor terugtrekken. De trein zal om 18.30 uur vertrekken van het station Weltevreden aan het Koningsplein. Uiterlijk om 18.00 uur moeten wij gepakt en gezakt klaar staan voor transport naar het station. Batavia is tot 'open stad' ver klaard, wat betekent dat geen bombarde ment op de stad mag worden uitgevoerd en de vijand zonder tegenstand de stad kan binnen trekken. Klokslag 18.00 uur gaan we op vrachtwagens met al het materiaal, dat nog van enig nut kan zijn, naar het station. Heel Batavia is op de been. Allemaal treurige gezichten, huilen de mensen, bedroefd naar ons starend. Op het Waterlooplein staat het convooi gereed voor de start naar elders. Op het station aangekomen, blijkt dat de trein uit Tandjong Priok nog steeds niet is vertrok ken. Het was een drukte van jewelste en een wirwar van mensen, alles ligt kriskras door elkaar. Het aantal begeleiders van familieleden is ook niet gering. Huilende vrouwen en familieleden, ook mijn vrouw en vader zijn aanwezig voor het afscheid, wat erg zwaar valt. Woorden schieten te kort, het is een intens treurig schouwspel. Voor hoe lang zal dit afscheid zijn of zal dit een laatste afscheid zijn? Wie zal het weten? 20.00 uur - 21.00 uur: Hè, hè, daar komt de trein uit Tandjong Priok, overvol bela den met manschappen en materiaal. Met deze trein meegaan is totaal onmogelijk, aangezien die slechts twee a drie minu ten stopt. Dan maar wachten op een vol gende trein, als die tenminste nog komt, anders wordt het overnachten op het station. Enkele begeleiders zijn na een roerend afscheid huiswaarts gekeerd. Ja, hoe lang zal dit afscheid duren? Niemand weet het. Zal er nog een trein aankomen of worden wij zomaar aan de vijand over geleverd? Waarheen we zullen gaan weet niemand; zelfs de sergeant-majoor, onze transportcommandant, weet na lang uitzoeken ook van niets. Zo zitten wij dan met onderofficieren, die niet eens de nodige orders omtrent het terugtrekken hebben gekregen. Eindelijk komt er om 22.30 uur een trein uit Tandjong Priok. Vlug je boeltje oppak ken en instappen. In de trein is geen stukje licht, dus alles gaat op de tast. En zo ploft iedereen maar neer waar hij kan. Pa met Mary Lang zijn teruggekomen om alsnog afscheid van mij te nemen, ledereen is erg bedroefd; huilende en gil lende echtgenotes en kinderen worden op het perron achtergelaten. 23.00 uur: Vaarwel Batavia, till we meet again. 02.00 uur: In Soekaboemi stappen we over. Enfin, dit kan er ook nog bij. En wanneer gaan wij verder? Om 06.00 uur pas. Is de vijand hier in de buurt? Dan wachten we liever en proberen we een dutje te doen. Maar daar komt niet veel van terecht. Verder blijven we waakzaam voor een eventuele aanval van de vijand. Eindelijk breekt het uur van vertrek aan. En nou in één ruk door naar Bandoeng? Tussen Soekaboemi en Bandoeng moe ten wij nogmaals overstappen vanwege het ongeluk dat een paar dagen geleden is gebeurd. Een ontsporing of een botsing met een andere trein is er de oorzaak van, dat wij nu niet ineens naar Bandoeng kunnen gaan. Naar later bleek, was op dit punt een trein ontspoord. Dan maar weer met je ballast op je nek. We moesten zelfs nog een eind lopen. Door het ongeluk is de brug finaal stuk en de trein met munitie en levensmiddelen ligt in het ravijn. Op plusminus 250 meter van de brug wachten we op de trein uit Bandoeng. Intussen klinkt er luchtalarm en we zien Japanse vliegtuigen gemoe delijk over onze hoofden vliegen. Geluk kig hebben ze ons en de trein niet ont dekt, anders was het leed niet te overzien geweest. Eindelijk, na ongeveer één uur, komt de trein aan. We stappen vlug in voordat de vliegtuigen weer komen en ons in het oog krijgen. Ziezo, daar gaan wij maar weer verder en deze keer hope lijk zonder oponthoud. Om 17.00 uur komen we in Bandoeng aan. Onze autocolonne, die gisteren uit Batavia is vertrokken, heeft Bandoeng eerder bereikt dan wij en zodoende staan zij op het station gereed om ons op te halen. Bandoeng is een drukke stad geworden. We worden aan de Grote Postweg in één van de stadswachtkazer nes ondergebracht. Hier aangekomen, nemen we vlug een bad en dan gaan we zo vlug mogelijk de stad in op zoek naar een restaurant. Ja zeg, vanaf gistermiddag 12.00 uur niks meer in de maag gehad. Het eten zou komen, maar pas tegen 20.30 uur, maar daarop hebben de meesten van ons niet gewacht. 22.00 uur: Nu maar heerlijk naar bed. Onze veldbedden die wij met heel veel moeite uit Batavia hebben meegenomen, worden door de heren officieren gevor derd. Ja, soldaten hebben geen veldbed nodig. Alleen die heren mogen en moe ten goed slapen. Enfin, Jan Soldaat is bestand tegen alles, veelal beter dan zo'n fijn bevorderd heertje. De uitdeling van noodrantsoenen voor het vertrek naar het front in de nacht. Bandoeng heeft doorlopend luchtalarm 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 20