René S chafer
geweldig mens en kunstenaar
3k jéwyf arJwcte, vreugde.
V3H Wyrt jeucjcA m. 1a*X\3L
om. \\sXcAlexxk. ótfao&a,
ook ai «/ai ItviteL*
Koel' 1auJcer v^reuzjde-
wa3-K OoU Jk 5<kry^oV«v cU. dlmcle.
van cte ólaVenv^? I^-japan.
crwt te. doen. vleien.
dat itfJ" kamp WTapatv
•■u££ krater diende- w/aS
Zijn laatste, altijd zelf getekende Kerst/Nieuwjaarskaart ligt
nog op mijn schrijftafel. Op de voorzijde een onafgete-
kende bamboetak in zwart-wit. 'Het jaar is in de laatste
maand, het is tijd om deze tekening af te maken' staat er
in mooi gestyleerde letters. Op de binnenzijde is de tekening
afgemaakt. De tak in lucide groen, overgoten door een gouden
gloed van een brandende kaars. Om de compositie volmaakt te
maken een gouden Kerstbal. 'Zalig Kerstfeest, Selamat Tahun
Baru' toegewenst door Mieneke en René.
Zes maanden later komt die andere kaart: René Schafer is op
15 juni overleden. Die twee kaarten staan symbool voor René's
leven; doen, afmaken en goed, zo mooi mogelijk. Zal er morgen
wel een nieuwe dag zijn waarop we verder kunnen gaan?
54
Sinds hij in 1988 plotseling fysiek totaal in elkaar stortte en na
zware operaties door een wonder bleef leven, is René voor
zover zijn conditie het toeliet, nog intensiever gaan nadenken,
de balans opmaken van zijn wonderlijke bestaan van
OVERIeven.
50 Jaar geleden overleefde hij de bom op Nagasaki. Wie had
toen tijd voor trauma's, voor oorlogsverhalen? Niemand toch?
Wie de oorlog overleefd had, begon een nieuw leven, zocht en
vond de scherven bij elkaar en lijmde ze stevig vast. René vond
zijn Mieneke, trouwde en was tot aan zijn dood toe gelukkig met
haar.
In 1952 ontmoette ik René Schafer voor het eerst bij het Recla
me/Grafische Bedrijf Grafica in Djakarta waar ook Tjalie emplooi
had gevonden. Een kleine, tengere Indische jongen achter een
enorme tekentafel. 'Een geweldig tekenaar' vertelde Tjalie.
Zoon Rogier kwam na school wel eens binnenlopen. Misschien
is bij hem toen het vonkje overgesprongen waardoor hij later
ook reclametekenaar, illustrator is geworden.
Schafer was een begenadigd kunstenaar, geen academie (in
Indië waren er toch geen) had hem meer kunnen bijbrengen op
het gebied van de beeldende kunst en het grafische vak. Hij
wist alles, kende alles.
In 1954 kwam hij met zijn gezin naar Nederland waar hij werk
kreeg bij een bekend reclamebedrijf in Amsterdam. Hij tekende,
schilderde, ontwierp, maakte sculptures, vond eigen technieken
uit om zijn perfectionisme te bevredigen. Zijn hobby was het
maken van maskers. Javaanse, Balinese, Afrikaanse maskers
die hij maakte naar afbeeldingen uit fotoboeken. Het materiaal
dat hij gebruikte was zijn vinding; hij kon elke houtsoort, koper,
ijzer, zilver, staal zo echt laten lijken datje alleen aan het
gewicht van het voorwerp de imitatie kon merken. Hij kon glun
deren als je zijn werk bewonderde.
Hoe verwerkte René zijn oorlogsherinneringen? Hij ging naar
Japan, keerde terug naar de plaats waar zijn leven opgehouden
zou kunnen zijn. Hij schreef een boek over het Fukuoka kamp,
dat in Japan werd uitgegeven en waarvoor hij alle aandacht en
waardering kreeg. René ervoer dat herinnering en vergeldings-
drang losmakelijk kon zijn. Hij schreef veel, ook voor Moesson
'Hersenspinsels van een Indovidu' en een jaar geleden vatte hij
zijn beschouwingen, politiek en historisch, maar ook zijn per-