Een huis, avontuur en een beetje
romantiek
Oma Marsman vertelt
We waren alweer langer dan tien jaar in
Holland. Gelukkig had mijn man vrij snel
een baan aangeboden gekregen bij het
Rijk. Hij was blij dat het een baan was
met veel bewegingsvrijheid, want als plan
ter was hij niet gewend om de dagen
tussen vier muren door te brengen.
We hadden ons dan ook voorgenomen
om, zodra hij 65 zou zijn, ons dichtbij
Den Haag gelegen huis te ruilen voor een
woning in een landelijker omgeving, bij
voorbeeld de stille heide. De voorzienig
heid had echter wat anders met ons voor.
In het jaar dat mijn man 64 werd, kreeg ik
een telefoontje van een schoonzoon uit
Brabant: of wij geïnteresseerd waren in
een huis bij hen in de buurt. Een van zijn
relaties bood een vier jaar oude bungalow
te koop aan, met een stukje grond erom
heen. Het was maar kort bewoond ge
weest, nauwelijks één jaar en wegens ge
harrewar in de familie moest het zo gauw
mogelijk verkocht worden. Tijd om te kij
ken kregen we niet, want de liefhebbers
stonden in de rij; een uurtje om te over
leggen door de telefoon hadden we slechts.
'Heb jij het huis gezien?'
'Nee, ik niet, alleen maar de tekeningen,
maar het lijkt allemaal erg gunstig. Neem
maar snel een beslissing, want als je in
stemt en het valt toch tegen, dan kan je
het altijd direct doorverkopen.' Ik belde
op naar mijn man; gelukkig kreeg ik hem
op zijn kantoor aan de lijn.
'Wat denk je?'
'Kopen natuurlijk! Zeg maar 'ja', stap op
de trein en ga kijken!'
Een uurtje later zat ik in de trein. Hartje
winter, vies weer. Regen en natte sneeuw
wisselden elkaar af. De schoonzoon stond
op het station in Roosendaal te wachten
om me verder te brengen naar een buurt-
schapje: Calfven. Het lag tussen twee gro
tere dorpen in. Direct aan beide kanten
van de aflopende weg stonden kleine en
grotere huizen te druilen op deze ongezel-
SETIAKAWAN
geldleningen
voor 65 plussers
Voor een 65-plusrekening t/m 25.000.-
aflossing 36/60 maanden.
Kwijtschelding bij overlijden.
Bel Setiakawar. 013 - 535 01 05
dagelijks 09.00 - 23.00 uur
lige dag; nog net niet armoedig maar wel
ertegenaan. Afgezonderd van de rest stond
het huis waar het om ging, ons huis eigen
lijk al, bovenop een wal en een meter of
tien, twaalf van de weg. Een breed pad
door een besneeuwd grasveld ging over in
een stenen trap tegen de wal naar het
huis: een massieve bungalow, opgebouwd
uit rode steen. De directe omgeving zag er
niet erg florissant uit: verlaten, met alleen
een kaal berkeboompje met kleumende
vogels voor een van de ramen.
huis, over de hele breedte, lag een bete
geld plaatsje van enkele meters diep.
Het geheel was afgezet door een ruw ge
metselde muur. Dat bouwland, achter het
huis, ging over in een bosje. Als we daar
ook nog een stukje van konden kopen...
Wat zouden we er dan samen veel van
kunnen maken!
Het huis bij de stad werd gauw verkocht.
Ik verhuisde vooruit; de tijd dat mijn man
nog moest werken, trok hij bij onze oud
ste dochter en haar gezin in, dichtbij Den
Haag. De weekends bracht hij bij mij door,
op Calfven.
Ik maakte kennis met de gemoedelijke
buurt. De overbuurvrouw bood aan om
eens in de week te komen helpen. Namen
heb ik van de meeste mensen daar nooit
geweten, ik denk dat de meesten elkaar
Natuurlijk was ik moe en geëmotioneerd.
Het lege huis leek afwerend op mij af te
komen. Een ruime entree, grote ramen
voor, achter en opzij. Een praktische inde
ling, kelder onder het halve huis. Ik zou
het niet mooier kunnen verlangen, maar
toch... Op Boy, mijn schoonzoon, leek ik
een beetje onzeker over te komen.
'Wat doe je, doorverkopen?'
Opeens was het of ik een stemmetje hoor
de aan mijn oor: 'Je zult het hier heerlijk
vinden!' 'Nee Boy, we komen terug als de
zon schijnt. Ik geloof dat ik heel veel van
dit huis zal gaan houden'.
Een paar dagen later kwamen we samen,
mijn man en ik, en de zon scheen.
De mistroostige buurt met hier en daar
een uitgezakt schuurtje en schots en scheve
duivekotten kwam zelfs schilderachtig op
ons over. En dat erf om ons huis! Aan de
voorkant lag een vrij groot, glooiiend
grasveld. Middenin het gazon bevond zich
een gemetselde vijver. Aan de ene zijkant
was er een oprit naar een garage en aan de
andere kant, langs het huis, een pad naar
een bouwlandje erachter. Direct achter het
ook alleen maar kenden bij hun bijnaam.
Zo was er een 'Stan van Kippen', een boer,
bij wie we altijd een mals kippetje konden
halen. De groenteman kwam in de buurt,
ouderwets, met paard en wagen.
En 's zondags kwam de 'soepboer', een
Belg, met twee grote gamellen soep langs
de huizen. Hij had ook 'sateekes' in
plastic zakjes. 'Lekker, vrouwke... lekker,
en makkelijk, efkes in heet water.' 'Bril'
heette voluit Gabriël maar werd ook wel
'Tierl' genoemd. Hij was een zure, oude
man, maar wie weet had hij in zijn vroege
jeugd wel 'getierelierd'. Deze zure Tierl
bleek later in de omgang mee te vallen:
hij verkocht ons een stuk grond dat aan
ons terrein grensde. We maakten er een
romantisch geheel van met een rozen
haag, een border van lupinen en andere
ouderwetse bloeiende planten en een
wandelweggetje naar ons bos van licht en
schaduw.
Nooit hebben we spijt gehad dat we toe
gegeven hebben aan een impuls.
Harryet Marsman
41ste jaargang nummer 7 januari 1997
29
O
'-V-