Kamp Westerbork als opvangcentrum voor
Indische Nederlanders
'Daarna werd het opvangcentrum
voor Indische Nederlanders. Wat
een schrik - en wat een schok voor
velen, toen ze prikkeldraad zagen.
De Nederlandse autoriteiten had
den geen besef van wat ze hier de
gerepatrieerden mee aandeden.'
Met deze woorden deed ik de epi
sode 1950-1951 af, tijdens de rond
leiding op 3 juli 1995 over het
voormalig kampterrein Westerbork.
Een rondleiding waarbij begrijpelij
kerwijs vooral de tijd van het
'Durchgangslager', het doorgangs
kamp voor ruim 100.000 joodse
Nederlanders ter sprake kwam en
de geschiedenis na 1945 - interne
ringskamp, repatriëringskamp,
woonoord Schattenberg - slechts
summier vermeld werd.
Voldoende, vonden echter de dames
Thörig uit respectievelijk Peize en Roden,
die als kinderen op de dag af 45 jaar daar
voor in dit opvangcentrum waren aange
komen. Meer moest er op dat moment
voor hen op die plaats ook niet gezegd
worden. Na afloop hadden we een lang
gesprek in het Herinneringscentrum Kamp
Westerbork.
Kort tevoren had ik een brief gelezen van
een andere gerepatrieerde, mevrouw Non
Petrus uit Schagen, die ze naar het Herin
neringscentrum Kamp Westerbork had
gestuurd. Ze deed dit naar aanleiding van
het boek Er zijn zoveel dingen gebeurd
(Assen, 1990) van J. Neuteboom en
H. Straver, waarin ook maar één alinea
aan deze episode wordt gewijd. Als reactie
daarop schreef zij uitvoerig over haar erva
ringen in Schattenberg, zoals het kamp
toen werd genoemd.
Het Herinneringscentrum Kamp Wester
bork heeft besloten om in het jaar 2000,
dus exact 50 jaar na dato, ruim aandacht
te besteden aan de geschiedenis van de
Indische Nederlanders, in het bijzonder in
woonoord Schattenberg. Met de voorbe
reiding van dit project is inmiddels begon
nen. Zo is er, met aanvankelijk hulp van
de dames Thörig, een begin gemaakt met
het vastleggen van oor- en ooggetuigenis
sen. Er wordt ook een collectie met voor
werpen, foto's, documenten en andere
bescheiden opgebouwd.
Uit het eerste onderzoek komen onder
meer de volgende beelden naar voren: de
kinderen werden per bus naar scholen in
de omgeving gebracht. Ze werden niet in
de normale klassen opgenomen, maar
bleven bij elkaar in twee groepen en
kregen 'overbruggingsonderwijs'. Dat be
vorderde de integratie niet; ze werden als
'vreemd' beschouwd en veel gepest.
Het gemeentebestuur van Westerbork
deed dat echter vanuit de veronderstelling
dat deze leerlingen een achterstand zou
den hebben. Bovendien kregen ze op
woensdag de hele dag les en waren ze
zaterdagochtend vrij: dat scheelde twee
busreizen. De oudercommissie van de
Openbare Lagere School te Zwiggelte nam
ook enkele initiatieven met positieve be
doelingen: er werd op 17 november 1950
een speciale vergadering belegd voor de
ouders in kamp Schattenberg: er werd voor
de kinderen een sinterklaasfeest georgani
seerd; later werd deze oudercommissie met
twee leden uit Schattenberg aangevuld.
De integratie met de Nederlandse kinde
ren op de middelbare school in Assen leek
beter te verlopen. Een aantal kreeg wat
hulp van ouders of familie in het kamp.
Ze maken thans de indruk volledig in de
Nederlandse maatschappij geïntegreerd te
zijn en ze worden niet meer herkend als
Indische Nederlanders van 1950.
Sommigen willen ook niet als zodanig
herkend worden, wat misschien, zoals een
van hen zei, terug te leiden is tot de pijn
van als 'anders' bestempeld te zijn
geweest.
Dat was vaak het geval in de dorpen waar
ze gehuisvest werden, toen het kamp voor
de komst van de Molukkers moest worden
ontruimd. Sommigen moesten eerst nog
tijdelijk naar contractpensions, anderen
kregen direct een woning. Deze was echter
in een vreemde omgeving, in een dorp
waar de dorpsbewoners vooraf niet van
hun komst in kennis waren gesteld of
waren voorgelicht, zoals thans gebeurt bij
de komst van asielzoekers. Ze leden vaak
onder kleinzielige bekrompenheid van
'autochtonen'. Vooral de ouderen deed het
ook pijn dat er voor hun oorlogsleed in
Nederland geen belangstelling was. Zelfs
bij de officiële herdenkingen in de begin
jaren was er voor hun leed niet of nauwe
lijks aandacht.
Dat het Herinneringscentrum Kamp
Westerbork nu de geschiedenis van de
Indische Nederlanders wil vastleggen,
doet velen goed. Degenen die hier kort
geleden voor het eerst na 1950 geweest
zijn en een rondleiding hebben meege
maakt, noemen dat een bevrijdende erva
ring. Dat is voor ons reden onze pogingen
feitenmateriaal bijeen te brengen, voort te
zetten. Als u ons daarbij nog kunt helpen,
dan hopen we dat u dat aan het Herin
neringscentrum Kamp Westerbork kenbaar
wilt maken.
I.G. Colpa, conservator
Reacties naar: Herdenkingscentrum Kamp
Westerbork, t.a.v. de heer J.G. Colpa,
Oosthalen 8, 9414 TC, Hooghalen.
Bij voorbaat hartelijk dank voor uw
medewerking.
41ste jaargang nummer 7 januari 1997
7