moessQn kool op zijn hoofd. loseph Kam verloste Haman van zijn vervloeking. Overigens heb ik geen bevestiging kunnen vinden dat deze wonderlijke verhalen op Ambon nu nog steeds de ronde doen. Begin 1816 verhuisde dominee Kam naar een groot huis in de Burgstraat, niet ver van de Esplanade, het grote veld voor het kasteel Nieuw Victoria. Het huis van Douwes Dekker Volgens mededeling van A.Th. Manusama in een artikel in Actueel wereldnieuws uit 1930 was het huis, zoals zovele oude Europese huizen op Ambon, in Hollands- Indische stijl gebouwd: namelijk met een open voorgalerij direct aan de straat en daarachter een binnengalerij of voorhuis, op Ambon verbasterd tot voris. Dan een brede gang met aan weerszijden woon- en slaapkamers. En tenslotte een ruime, open achtergalerij waar gegeten werd. Rechts zag je dan de bijgebouwen met logeer- en dienstruimten, bereikbaar via een overdekte, naar beide zijden open, gaanderij, ofwel een emper (zie platte grond). Het graf van dominee Joseph Kam op het geruimde kerkhof 'Soya di Belah- ang' in 1990. (Foto: W. Buijze) Afbeelding plattegrond Tanah Tinggi. Hoewel na de grote brand van Ambon in 1687, waarbij de natuuronderzoeker Rumphius zijn verzameling teloor zag gaan, de verplichting bestond daken slechts met pannen te dekken, werd met dit voorschrift vaak de hand gelicht. Dit vanwege het instortingsgevaar bij de veel voorkomende aardbevingen. Toen eind vorige eeuw een foto gemaakt werd van het huis, bestond het dak dan ook uit gaba-gaba zoals men kan zien. De zware aardbeving van 1898 liet het huis intact, zoals blijkt uit een kaart uit dat jaar, die een overzicht geeft van de aangerichte schade op Ambon. Of het huis in de tijd van dominee Kam veel anders was dan op de oude foto is niet bekend, maar dat lijkt niet erg waarschijn lijk. Ook in 1835 was er een zware aard beving; dus vóór de komst van Dekker. Of het huis daarbij schade opliep weten wij niet, maar het lijkt erop dat dit huis, in Hollands-Indische stijl uit het eind van de 17de of uit de 18de eeuw, nagenoeg onveranderd bleef tot in de Tweede Wereldoorlog. Immers het huis van Rumphius aan de Oliphantsstraat was toen ook nog intact, daar woonde de weduwe Douglas. Op 24 augustus 1944 vond er een - van te voren aangekondigd - zwaar bombardement plaats door Amerikaanse vliegtuigen. Grote delen van de stad werden volledig verwoest, ook het voormalige huis van Multatuli ging verloren. Dit bevestigde de heer H.J.Z. Pirsouw die dat deel van Ambon in die tijd goed kende. Op de fundamenten van het huis werd een geheel nieuwe woning opgetrokken, maar die is recent ook weer afgebroken. In 1997 is de situatie, zoals overal in Ambon-stad, onherkenbaar veranderd. De Poeloe-Gangsabrug over de Way Tomo, die voerde naar het oude Compagnies Siekenhuis - later militair hospitaal - ziet er vandaag de dag heel anders uit. Alleen de fundamenten zijn hier en daar nog herkenbaar, hoewel verscholen onder allerlei tijdelijke optrekjes. Volgens de tekening van A.Th. Manusama uit 1930 zou de waterput ten zuiden van de emper tussen de achtergalerij hebben gelegen. Uit nasporingen op het terrein dat nu bezit is van het bedrijf Telkom blijkt dat daar nu een waterput ligt ten noorden van die emper. Het is niet erg waarschijnlijk, dat toen na de oorlog op die plek een nieuw huis gebouwd werd, de oude water put gedempt is en dat men even verder toen een nieuwe waterput gegraven heeft. Het ziet er dus naar uit dat Manusama de waterput op een verkeerde plek heeft in getekend. De waterput, zoals die nu nog bestaat, is met grote waarschijnlijkheid het enige wat rest van de woning van Multatuli. Spoedig zal ook die put wel verdwijnen. Dekkers rekenkunst Dat Eduard Douwes Dekker niet met geld kon omgaan is algemeen bekend. Toen hij nog in Menado verbleef ontmoette hij daar dominee loseph Karei Kam, de twee de zoon van de oude Kam en diens half- Ambonese vrouw Sara Maria Timmerman. Vader Joseph stuurde die zoon in 1826 naar de 'Moravische vrienden in Zeyst bij Iltregt' de broedergemeenschap, waar de oude Kam goede banden mee had. In 1847 kwam Joseph Karei als predikant op Ambon op de plaats van zijn overleden vader en zou daar blijven tot hij in 1854 een benoeming in Soerakarta aanvaardde. Hij zal in Noord-Celebes geweest zijn bij een van zijn inspectietochten door de Grote Oost. Volgens bericht betaalde Dekker uit 's-lands kas, zonder autorisatie, een bedrag van 360,- aan deze Kam als 'achterstallig tractement' over de maand augustus 1849. Dit was dus tweeëneenhalf jaar voordat Dekker voor het eerst voet op Ambon zou zetten. Dit bedrag zou Douwes Dekker jarenlang achtervolgen. 16 tanah waterput grasveld bijgebou vcmtocdel werkelijk waterput bamboestoelen

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 16