Herinnering aan een ouwe sobat Bibliografie ICODO Langs deze weg wil ik een ieder hartelijk bedanken voor de enorme belangstelling en kaarten die ik mocht ontvangen naar aanleiding van het overlijden van mijn vrouw Els. T.G. Huygens Tholen Mudgeeraba, Qeensland Nederlands. Ik zou haar een aanbevelings brief meegeven met daarin ook een om schrijving van haar omstandigheden, en de oorzaak van alle ellende. Ze ging solliciteren, en met succes. Ik mocht haar een poosje begeleiden en hel pen waar haar taalkennis tekortschoot. Om kort te gaan: ze slaagde, kreeg haar rodekruis-uniform, dus werk en een inko men. Ze was gered! Ik was dankbaar, dat ik de narigheid, die een onbetrouwbare mede-strijder veroorzaakt had weer een beetje kon verzachten en ten goede keren. Ik heb Flora niet meer kunnen spreken, want kort na haar indiensttreding bij het Palang Merah werd ik naar Batavia terug geroepen wegens familie-omstandigheden Het laatste wat ik van haar vernam stond in een briefje en een foto van een trotse verpleegster in uniform, en de medede ling, dat ze een post toegewezen had ge kregen in Lembangan-Bodjah inclusief een paardje en een mandoer. Vanwege de verslechterende verstandhou ding tussen Indonesië en Nederland heb ik het niet aangedurfd, te proberen weer contact met haar op te nemen. Het is daar nu te laat voor. Ik ben zowat zeventig jaar en zij was al wat jaren ouder dan ik, zodat ik wel moet aannemen, dat dit een soort 'in memo- riam' is. De meesten van ons gingen naar Indië om goed te doen. Sommigen van ons hebben er een rotzooitje van gemaakt. Laten we hopen, dat er tegenover elke miskleun toch ook positieve activiteiten een belang rijke rol hebben gespeeld. Ik ben er van overtuigd dat er, speciaal onder de oudere generatie van de huidige Indonesiërs, ook nog vele goede herinneringen leven. Een paar jaar geleden zag ik het: in hun ogen. Ik was blij even terug te zijn. G. Droog Duizend tjioem manis aan Lilian Ducelle voor haar stukje over Theo Kappers, mijn oude wapenbroeder en lichtinggenoot ROS 1I/KNIL-ML, die ik in de jaren zeventig in onze kampong Amstelveen terugvond. Ik was toen nog loerah van de Garuda Indonesia op Schiphol en als het vruchtentijd was in het zon nige land en ik wat van die lekkere granaten kreeg opgestuurd, dan bracht ik die vaak bij hem thuis. De mangga aroemanis vond hij 'de lekkerste van de allemaalste' van de hele Pacific. Later toen we allebei tot de AOW-Pen- sioenpeloppors werden bevorderd mam- pirde ik frequenter bij hem in zijn flat Aemstelstijn in kampong Amstelveen, waar we weer over alles en nog wat gingen ngobrollen onder het genot van een mok sterke, hete kopi toebroek en een stukje spekkoek. We discussieerden vaak over wat hij van plan was te schrijven en zoals hij placht te zeggen: 'Twee weten altijd meer dan één Njo'. Hij hield ontzettend veel van zijn twee zonen Frank en Jeffrey en was bijzonder trots op Jeffrey die: 'Bisa djongkok die katjong en in zijn doen en laten kaja Indo'. Op de dag van zijn teraarde bestelling op de kleine maar mooie begraafplaats van desa Ouderkerk aan de Amstel op 13 maart, lag ik in het Ziekenhuis Amstel veen om de volgende dag gepotong (chi rurgische ingreep) te worden. Ik wilde en moest mijn oude sobat op zijn laatste gang vergezellen, dus niet te lang, op Compie's rapport bij dr. van Geldere, de chirurg. Die begreep me 500%, aangezien zijn oom als dienstplichtige bij het Zeeuws Bataljon in het voormalig Indië diende en hem het een en ander vertelde over de bijzondere band die oud-wapen broeders hebben. Dus permission granted. Gelukkig permisinja goedschiks, want als niet goedschiks, ik durf dood zonder be bloed en brani bolos voor een paar uur; masa bodoh met de hele koetoeboesoek van het ziekenhuis! Mijn dochter Mona getelefoneerd en zij bracht me naar Ouderkerk aan de Amstel. Ingevolge Theo's wens vond de begrafenis in beslo ten kring plaats, de naaste familieleden en een paar vrienden. Ik herinner me nog dat hij op één van onze 'kopi toebroek' mee tings zei: 'Bert, als ik de pijp uit ga, soe- dah niet te veel tjingtjong. Alles eenvou dig maar, zonder speech of t.è, t.è (zijn stopwoord) en vooral geen kijkavond (af scheid) zoals bij meneer Noach, een ven dukantoor in Malang. Ben heel erg senang dat ik er bij heb mogen zijn. Zal nog vaak aan hem denken en onze kopi toebroek onderonsjes missen. Op het lint van de rouwtak schreef ik namens 'de ROS II/ KNIL-ML': 'Selamat djalan Theo dan teri- ma kasih banjak'. Didadidadi didididadida (over en uit) in Morse. Bert Simon Loerah dorpshoofd Djongkok hurken Brani bolos durven te spijbelen Masa bodoh kan me niets schelen Tjingtjong gehannes, geklets Het Informatie- en Coördinatie Orgaan Dienstverlening Oorlogsgetroffenen (ICODO) heeft een 'Selectie (sic) bibliografie van egodocumenten over de Tweede Wereldoorlog en zijn gevol gen, 1940-1962' uitgegeven. De biblio grafie, die is samengesteld door J.W.F. Eggink en M.H. van Kuik, bevat 645 titels waarvan er 273 handelen over de oorlog in Azië en zijn nasleep. De boeken over het Nederlands-Indië en Indonesië (1941-1962) zijn in vier rubrieken verdeeld: (1) Internerings kampen, (2) Verzet/Krijgsgevangenen, (3) Bersiap/Politionele acties/Nieuw- Guinea en (4) Autobiografieën en overige. Een register op trefwoorden, auteurs, redacteuren en pseudoniemen vergemakkelijkt het zoeken. De boekenlijst ligt ook ter inzage op de redactie van Moesson. De bibliotheek van ICODO, Maliebaan 83, 3581 CG Utrecht (tel. 030 - 234 34 36) is op vrijdag geopend van 9.00 tot 15.00 uur. 42ste jaargang nummer 1 juli 1997 21

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 21