Vrouwenkamp Klooster Bangkong Johan de Witt incompleet moessQn Het Zendings-Hospitaal Ziekenzorg in Solo werd al gauw te klein voor de vrou wen en kinderen van de omliggende ondernemingen. Het bericht dat we naar een kamp in Semarang moesten, werd door mijn zuster en mij heel goed ontvan gen. I let kon niet beter, toen we voor het klooster Bangkong stopten. Hier waren we op school geweest, hier moesten we oude vriendinnen vinden. Al heel gauw had ik een van de meisjes Petit gevonden. De familie had altijd naast het klooster gewoond. Ik hoorde dat zij met haar zoontje en baby-dochter alleen was geïn terneerd. Haar moeder en twee zusters za ten nog in hetzelfde huis. Na enige weken met andere families in een grote kamer gelijkvloers te hebben gezeten, werd ons gevraagd naar boven te verhuizen. Wij hadden geen kinderen. Dit zagen wij als de kans om contact te krijgen met de bui tenwereld en we kozen natuurlijk een slaapcelletje, oorspronkelijk voor één non, waar nu twee bedden op elkaar waren ge zet. Niet erg, we hadden een raam dat uit keek op de achtertuin van huize Petit. Natuurlijk hadden we dezelfde dag nog contact. Lip-lezen hadden we kennelijk nog niet verleerd en we hadden plannen gemaakt, zo lang het kon, alles binnen te smokkelen wat hun zusje Corrie en wijzelf nodig hadden. Natuurlijk moesten we de kamp-comman dante, mevrouw Van Woerkom laten we ten wat we van plan waren. We wisten dat er zware straffen verwacht konden worden als we ooit betrapt zouden worden. Zij vroeg of we genegen waren eventueel medicijnen voor ernstig zieke patiënten te vragen. De nonnen hadden niets anders dan liefdevolle hulp voor de zieken. Zo was Moeder Melanie met haar ver pleegsters ook in het complot betrokken en dat maakte alles makkelijker voor ons. Wie zou het verdacht vinden als wij zulke hoogstaande vrouwen om ons heen had den? Het smokkelen zelf was erg makke lijk. Een lang touw, een tas met de bestel ling en het geld ervoor werd eenvoudig over de kawat op de muur in de achter tuin van de familie Petit gegooid, loke haalde de tas eraf en het touw werd door ons weer opgetrokken. De buit binnenha len was wat moeilijker, loke moest het touw vinden in het donker, de tas er aan knopen, op een trap klimmen, de tas over de kawat tillen en heel voorzichtig losla ten, terwijl wij het touw optrokken. We waren doodsbenauwd dat de tas met een bons tegen de muur van de kamer be neden zou vliegen. Ik geloof nog altijd dat we bovennatuurlijke bescherming kregen. Een lekker kippetje, medicijnen en natuur lijk onze sigaretten kwamen altijd veilig binnen. Toen kwam de dag dat het Japan se bevel omgeroepen werd: 'Alle boeken inleveren'. Moeder Melanie was werkelijk overstuur. Niemand kon zich een leven zonder boeken voorstellen. Zij had een Sacristie met alles wat bij de kerk hoorde, zware missalen et cetera. Ie moest er niet aan denken dat die gewoon verbrand zou den worden. Ook daar wist )oke raad op. Zij zou ze naar het moeder klooster in Gedangan brengen. Daar woonden nog verschillende lavaanse nonnetjes. Er was geen tijd te verliezen. We konden niet wachten tot het donker was. De enige tijd dat het bij ons rustig was, was als de bel van eten werd geluid. Al heel gauw lagen de boeken die van belang waren op onze dunne oprolbare matrasjes. De bel voor het eten was gegaan. In ons celletje lagen Ik weet nog slechts enkele couplet ten van 'De thuisreis van de Johan de Witt', de rest is mij helaas ont schoten (hetgeen bij een leeftijd van 89 jaar wel meer voorkomt). Wie kan mij aan de volledige tekst helpen? Liever dames, beste heren, Kas i an! Hebt ge niets te converseren? Kasian! verschillende nonnetjes op hun knieën in gebed. In de achtertuin stonden mevrouw Petit, haar dochters Joke en Molly, de kok- ki en een andere bediende met een zware deken klaar. Ons raam moest geopend worden, wat natuurlijk niet mocht. Moeder Overste gaf ons de boeken aan. Ik begon te trillen van angst, maar we kre gen alles uit ons raam in de deken zonder dat we gezien werden. De rijen wachtende vrouwen en kinderen stonden er nog toen wij ons aansloten. De volgende dag kon ik de boodschap overbrengen dat )oke alles veilig had afgegeven in Gedangan. Ik heb de hele familie Petit na de oorlog teruggezien in Den Haag. Ik heb nooit vergeten dat deze familie altijd klaar stond om ons te helpen. Ik geloof niet dat er veel mensen zijn die alles voor anderen overhebben. Ik ben ze nooit meer tegengekomen in mijn leven. En als jullie er nog zijn meisjes, heel veel liefs van Carla... Carla Munnikhuizen-v.d. Vin Of geen spelletjes te spelen, Loopt g' u daaglijks te vervelen? Lief dan allen met mij an: Kasian! Toen de boot van wal zou steken, Kasian! Zaagt ge menigeen verbleeken, Kasian! Meer dan dertig lange dagen Op de zee, wie kan 't verdragen? Daar komt haast geen einde an. Kasian! Niets dan Piepers alle dagen, Kasian! Kan een oudgast slecht verdragen, Kasian! Had ik m'n kokkie maar meegenomen, Om een bordje rijst te stomen. Niemand die dat dragen kan Kasian! In Colombo aangekomen Kasian! Moesten w' allen Engels bomen Kasian! Olifantjes en kipassen Om de familie te verrassen Kochten w' hele bergen van Kasian! Wie helpt mij verder? W. Ubbens 22

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 22