moess©n Oom Karei was hoofdcommies POT i0CWOEL TER0/r ■S Giro 6685 Deze reservaten zijn niet alleen op het vaste land. Twee eilanden, San Clemente en San Nicolas, die door de marine beheerd worden, zijn nu environmentally sen sitive. Op deze twee eilanden wordt op het ogenblik een zogenaamde archeo logische en biologi sche inventaris opgemaakt. Dat is documentatie van archeologische en biologische bijzon derheden. Hoewel deze reservaten voor namelijk voor militaire oefeningen wor den gebruikt (schijfschieten en bommen- werpen) kan men als gewoon burger, op bepaalde tijden een vergunning krijgen om zo'n reservaat te bezoeken voor niet militaire doeleinden. Dit is waarschijnlijk inderdaad iets wat alleen in de Verenigde Staten voorkomt. In elk geval, zo'n reservaat houdt het aan tal bezoekers tot een minimum. Zodoen de zijn deze archeologische gebieden (tot op zekere hoogte) gevrijwaard van diefstal of baldadigheden. Een midden oftewel vuilnisbelt op het eiland San Nico las. Deze middens zijn soms wel twintig meter hoog. Vergelijk met de mensen rechts op de foto. Zo'n midden bevat etensresten en vaalt ook gebruiksvoor werpen, die in de loop der tijd gebruikt zijn. De bijgaande foto's zijn op zulke militaire reservaten genomen - China f.ake, Naval Weapons Center, Ridgecrest en San Nico las Island (120 km ten westen van de Cali- fornische kust tussen Los Angeles en Santa Barbara). ouder is, maar zeker weten doe je het nooit. Ondanks dat dus in de Verenigde Staten menselijke voorwerpen en tekeningen van vrij recente datum zijn, blijft archeologie voor mij toch interessant. Behalve voor fotografie blijf ik mij nog steeds voor archeologische wonderen in de woestijn interesseren. Helaas is erg veel archeologisch materiaal verdwenen vanwege pot hunters. Pot hun ters, zoals ze hier genoemd worden, zijn mensen die het land afstropen en die alles wat van een mens (of soms van een dier) afkomstig is, oprapen en meenemen, ste len. Soms is het verzamelwoede, maar in de meeste gevallen gaat het om winstbe jag. Het schadelijke van pot hunters is, dat ze vaak niet meer weten waar iets is ge vonden of waar het thuis hoort. Voor de archeologie heeft zo'n 'gevonden' voor werp vervolgens geen waarde meer, zelfs als het in goede conditie is. Bovendien verliest de plaats van origine aan histori sche betekenis, omdat men een fragmen tarisch beeld overhoudt. Het beschrijven van archeologie in de Verenigde Staten is niet compleet zonder het noemen van een uniek fenomeen, namelijk militaire reservaten. In het wes ten van de Verenigde Staten zijn hele grote militaire reservaten. En het is op deze militaire reservaten dat er vaak uitgebreide archeologische vondsten worden gedaan. 'Weet je nog Antje, toen we op bezoek waren in Bandoeng, bij oom Karei en bij tante Dee en wat hij allemaal vertelde over zijn werk bij het DvO, het Departement van Oorlog?' 'Ja, dat weet ik nog heel goed, hij heeft daar wel twintig jaar gediend als commies bij de derde afdeling der Genie.' 'Commies, je zult bedoelen hoofd commies!' 'Och, wat is nou het verschil?' 'Zeker, daar is een groot verschil. Een hoofdcommies is een bureauhoofd, dus een belangrijke positie. De andere com miezen werken onder zijn leiding. Als je gewoon commies bent, dan is dat maar één plaats boven klerk of schrijver.' 'Weet je soms (ohn, of we er achter kun nen komen, waar hij in zijn diensttijd overal gewerkt heeft?' 'O, dat is makkelijk genoeg. |e moet zijn stamboek opzoeken in het archief, daar staat alles in over zijn diensttijd.' 'Stamboek? Toch geen stamboom?' 'Och nee, non. Stamboek is wat alle amb tenaren en ook alle militairen hebben. Het is een officieel stuk, dat gedurende zijn he le diensttijd wordt bijgehouden en waarin als laatste zijn pensionering en soms ook nog zijn overlijden staat aangetekend.' 'Wat ingewikkeld (ohn. Is er niets makke lijkers?' 'lawel, we hebben ook nog de oude adres boeken van Kleian. Die kun je ook raad plegen in de bibliotheek en dan een aan tal jaren achter elkaar kijken waar hij dan staat.' 'Kijk, hier staat hij in 1922, K.H. Schmidt, commies DvO Bandoeng (L. de Bruine) en in 1930 zien we hem weer: K.H. Schmidt, hoofdcommies DvO Bandoeng (L. de Bruine).' 'En wat is L. de Bruine, lohn?' 'Dat is zijn echtgenote, tante Dee, die heet De Bruine.' 'Hier is 1938, waar is hij nou gebleven?' 'Ach non, in 1938 is hij al vijf jaar gepen sioneerd. Tolol!' D.A. Visiter Onze reserverekening voor moeilijke dagen! Moesson wil geen subsidie. Het wil voortbestaan alleen als u dat wilt. Met uw steun poekoelen wij teroes! Hieronder laten wij onder hartelijke dankzegging aan alle schenkers, de verantwoording volgen van de giffen die zijn binnengekomen op de reserverekening van Moesson. Juli 1997 Mw. C. v. Altena-Schoorel 50,- W. Boverhof 50,- Wilma de Bruin 41,30 G.H. Christan 150,- J.H.P. van Diggelen 50,- mw. A.W. Doornik 50,- mw. M.M. Gaudreau 10,- mw. J.S. Ockerse-Blits 55,- mej. A.H. Overdijkink 25,- C.E. Pronk 162,- R.Chr. Schnelle 10,- E.P. Willemse 7,- Totaal in juli 1997 660,30 J. Cohen/Eveline Grosveld 10,-. 18

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 18