tuur wil onderzoe ken, als voor de moralist en de politicus die een antwoord zoeken op het vraagstuk hoe mensen het best kunnen wor den bestuurd onder nieuwe en uiteenlopende omstandigheden'. Slavernij 'De Noordeuropeaan ziet in de aarde het symbool van stabiliteit en rust. Zijn eigen levenservaring leert hem dat de aarde betrouwbaar en standvastig is, dat vaste gesteenten een overvloed aan water kunnen be vatten, maar nooit vuur Een vulkaan is strijdig met al zijn erva ringen, een feit zo gruwelijk dat het, ware het regel en geen uitzondering, de aarde onbewoonbaar zou maken, een feit zo vreemd en onverklaarbaar dat we het vast en zeker niet zouden geloven als we er nog nooit van had den gehoord en iemand verslag zou doen van dit natuurverschijnsel uit een ver land.' 'barbaars' en 'onbeschaafd' gebruikt voor de Maleiers en Papoea's, bedoelt hij alleen dat deze volkeren nog niet de mogelijk heid hebben gehad zich te ontwikkelen. Dat alle mensen ter wereld met gelijke in tellectuele vermogens geboren worden stond voor hem buiten kijf - hoewel zijn eerdere opmerking over 'Europees bloed' laat zien dat hij niet altijd consequent was. Charles Darwin, ook sterk tegen slavernij, had zelf moeite met het idee dat alle men- Het maakt Wallace niet uit dat de Europeanen flink verdienen aan hun koloniën en dat de inheemse bevol king daardoor een hongerloontje krijgt, als daar maar tegen over staat dat de 'beschaving' vooruitgang boekt. Hoewel dit denkbeeld in de negen tiende eeuw heel normaal was, moet hij zeker niet als conservatief gezien worden. In zijn jonge jaren was Wallace een over tuigd socialist en een fervent tegenstander van de slavernij. Waar Wallace termen als Ornithoptera croesus. 'Toen ik hem uit het netje haalde en de glorieu ze vleugels opende, begon mijn hart heftig te bonzen, gutste het bloed naar mijn hoofd en had ik sterker het gevoel dat ik flauwviel dan ooit tevoren wanneer ik in levensgevaar verkeerde. De rest van de dag had ik hoofdpijn, zo groot was de opwinding als gevolg van wat de meeste mensen een onnozele aanleiding voor zoiets zouden vinden.' sen overal even slim zijn, bijvoorbeeld toen hij de indianen van Vuurland onder ogen kreeg. Hoewel Wallace wel degelijk een chauvi nist was en niet twijfelde aan de superiori teit van de westerse beschaving, deed het hem deugd te zien hoe op Ternate moeite moest worden gedaan om slaven (voorna melijk Papoea's) te ronselen voor een boottocht naar Djailolo: 'Toen ze uitein delijk kwamen opdagen werden ze door hun meester uitgescholden, maar op schertsende toon. Vervolgens weigerde een van de sterkste mannen om te vertrekken, en zijn meester moest hem smeken en bidden om mee te gaan...' Darwin en Wallace In de negentiende eeuw, toen de weten schap nog in zijn kinderschoenen stond, was Alfred Russel Wallace een ideale on derzoeker. llit zijn reisverslag komt hij naar voren als een duizendpoot met een enorm doorzettingsvermogen. Overigens had zijn verzamelwoede ook een practische oorzaak aangezien hij als telg uit een failliete familie nauwelijks geld had. Om zijn reis te bekostigen moest hij zijn vangsten verkopen aan musea en rijke biologen in Engeland. Maar niet alleen als verzamelaar is Wallace van grote waarde geweest, door zijn scherpzinnige waarnemingen was hij mis schien nog wel belangrijker. Dat ook Darwin onder de indruk was van Wallace's observaties blijkt uit een brief die hij hem in 1858 stuurde. Darwin had al eerder eens aan Wallace geschreven dat het hem onmogelijk was zijn ideeën over de ont wikkeling van soor ten kort uiteen te zet ten. Wallace kon dat blijkbaar wel, hij formu leerde in twintig luttele kantjes precies dezelfde ideeën over de evolutie door natuurlijke selectie die Darwin al een jaar of tien niet had durven publiceren. 'All my originality has been smashed', schreef Darwin dan ook later vertwijfeld aan een vriend. Misschien had hij Wallace toch iets minder moeten aansporen tot theore tiseren... Het probleem dat twee on derzoekers vrijwel tegelijker tijd op hetzelfde idee waren gekomen, werd op uiterst ele gante wijze opgelost doordat Wallace alle eer aan Darwin liet. De enke le keer dat de evolutietheorie in zijn reis verslag aan de orde komt, verwijst hij di rect naar hem: 'Degenen die Mr Darwins Origin of Species hebben gelezen door gronden het proces ongetwijfeld moeite loos'. Bovendien droeg Wallace Het Malei- se eilandenrijk aan Darwin op. 27 (Foto: Henk Ernst) (Foto: Rijksherbarium) 42ste jaargang nummer 4 oktober 1997

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 27