In memoriam Willem Wanrooy Volgens Von Fuchs waren er 2300 krijgsge vangenen aan boord plus 4200 Javaanse romusha's. De ramp werd volgens hem overleefd door 680 krijgsgevangenen en circa tweehonderd koelies, dus 880 van de 6500 man die in Jakarta aan boord gin gen. In het genoemde manuscript over de lunyo Maru vertelde de schrijver dat de on dergang van dit schip de grootste maritie me ramp in de geschiedenis is geweest. Zelfs de ramp met de Titanic was in om vang niet te vergelijken met die van de Junyo Maru. Jammer dat ik de bron van dit artikel niet meer weet. Zelfs de houding en bevelen van de Engelse kapitein van de onderzee boot in kwestie (met naam en toenaam genoemd) werden in dit manuscript kri tisch onder de loep genomen. Mocht ie mand ooit dit artikel te pakken krijgen, stuur het mij dan toe, dan kan ik mijn op stelletje van vandaag zonodig corrigeren en/of aanvullen. Toen ik zonet schreef dat ik op zoek was naar mijn vader in het Glodok-kamp in de benedenstad van het vroegere Batavia, kwam nog een andere herinnering naar boven die ik ook even aan jullie kwijt wil. Deze gebeurtenis speelde zich kort na de Japanse capitulatie af. Ik was nog in het 15de Bat. mannenkamp in Bandoeng en moet toen zeventien geworden zijn. We mochten er eigenlijk niet uit, want de Japanners hadden van de geallieerden de opdracht gekregen ons te bewaken totdat ze zelf ver genoeg waren om het gezag in Indonesië over te nemen. Dat heeft nog wel een tijdje geduurd. De eerste dagen hielden wij ons nog aan het gebod het kamp niet te verlaten. Al spoedig hadden we daar echter lak aan. De Japanner mocht niet meer schieten of handtastelijk worden, dus was het voor ons een koud kunstje de omheiningen en prikkeldraadversperringen over te klaute ren om buiten het kamp wat recreatie bij de bevolking te vinden (die ons toen nog goed gezind was en ons op nasi goreng met ei tracteerden, een biertje was er nog niet bij). In Bandoeng was er nog een ander kamp van de Japanners voor geïnterneerden en/of krijgsgevangenen. Ik dacht, mis schien is mijn vader daar nog, niet weten de wat er met hem gebeurd was. Ik dus op een goede dag erheen en gevraagd of ze een zekere Roeloffs kenden. De eerste heren die ik daar naar vroeg, wisten van niets. Totdat ik iemand trof die zei dat er inder daad een Roeloffs in het kamp bivakkeerde. Het klonk zeer geloofwaardig temeer daar de man mij vertelde dat deze Roeloffs een tuintje met kruiden voor geneesmiddelen in het kamp onderhield. Velen zullen ongetwijfeld met plezier aan Willem Wanrooy terugdenken. Begin jaren zestig vestigde hij zich in Zuid-Californië. Hij werkte onder an dere als communication's director bij een groot bedrijf en hij zette zich lange tijd in voor de Soos. Eén van zijn eerste publicaties is 'Doubly uprooted. Dutch Indonesian refugees in the United States', een beschrijving van het wel en wee van Indo's in de Verenigde Staten. Hij had daarvoor onder andere een en quête opgesteld die ik zelf ook nog heb ingevuld. De enquête deed onderzoek naar mensen die naar Amerika waren gekomen onder de Pastore-Walter Act van 1958, ook bekend onder de naam Refugees Relief Act. Willem werd in 1925 in Indië geboren. Zijn ouders waren Nederlands. Hij was meer 'Indo' dan de meeste pur sang In do's zelf ook al zag hij er als een 'totok' uit. Hij sprak vloeiend Maleis en Indo nesisch en in latere jaren maakte hij met zijn vrouw Mary verschillende, lan ge reizen naar Maleisië, soms voor de duur van een half jaar. Hij hield van In dië en betreurde het dat hij geen visum kreeg om zich Indonesië te vestigen. Al op zestienjarige leeftijd meldde hij zich als vrijwilliger voor het KNII,. Tijdens de Japanse bezetting werd hij, tegen zijn wil in, opgenomen in Hiro- hito's leger, tussen maart en augustus 1942. Willem Wanrooy was één van de slechts 880 overlevenden van de ramp met de ss Junyo Maru. Aan boord waren 6500 mensen op transport van Tandjong Priok naar Emmahaven (Pa dang) toen de Britse onderzeeër HMS Tradewind het schip torpedeerde. Dat was op 18 september 1944. Het is de grootste ramp in de maritie me geschiedenis en het heeft Willem Vol spanning en met voorzichtige en inge houden vreugde volgde ik het aangegeven spoor en belandde bij de bewuste man, wiens naam wel een beetje op Roeloffs leek, maar toch mijn vader niet bleek te zijn. Ja, dat was wel even een diepe teleur stelling. Ik droop af. Beste mensen, ik laat het hier maar weer eens bij. Misschien kom ik op het een en ander nog wel eens terug. Gelukkig is het gekrioel in mijn hoofd zo goed als voorbij. P. Roeloffs zijn hele verdere leven achtervolgd. Van de 880 overlevenden bezweken er in de laatste elf oorlogsmaanden nog eens 785, toen ze moesten werken aan die andere 'dodenspoorweg', dwars door de Sumatraanse jungle, de Pakan Baroe- spoorlijn. Slechts 95 opvarenden heb ben uiteindelijk de oorlog overleefd. 19e Pakan Baroe-spoorlijn is, ironisch genoeg, nooit in werking gesteld aange zien hij werd voltooid op de dag dat Japan capituleerde. Na de oorlog besloot Willem nog twee jaar in dienst van het leger te blijven alvorens douane-beambte te worden. Daar had hij het erg naar zijn zin. Hij kon de mooiste verhalen vertellen over hoe hij langs de kust van Borneo pa trouilleerde op zoek naar smokkelwaar. Verhalen vol spanning en avontuur. Hij genoot enorm van zijn werk. Na de onafhankelijkheid kwam hij naar Nederland, hoewel slechts voor korte duur. Uiteindelijk emigreerde hij naar Amerika en belandde in Zuid- Californië. Hij schreef achttien boeken, allemaal non-fictie. Willems zoete wraak, als dat de juiste omschrijving is, is dat hij tijd van leven had om één van zijn belangrijkste boeken te schrijven: Prisoners of the Japanese in World War II, een goed onderbouwd naslagwerk over krijgsge vangenkampen en interneringskampen dat ook een overzicht geeft van alle transporten van krijgsgevangenen, zo wel over zee als over land. Het was zijn grootste wens dat zijn boek over de he le wereld verspreid wordt zodat ande ren te weten komen wat er allemaal is gebeurd tijdens die nare periode in de geschiedenis. Jan Krancher INDONESISCH SPECIALITEITEN RESTAURANT DEWATA sL Beeklaan 269 - Den Haag Mc. Tel. 070 - 346 76 97 Nasi Tiawoh 42ste jaargang nummer 4 oktober 1997 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 7