De schildwacht Juridische bijstand of advies nodig? 't Is donker op de kampementsweg, slechts hier en daar brandt er een lichtje. Ik sta op post voor ons kampement. Het is net twee uur geweest, het stille uurtje van de nacht. Iedereen slaapt, behalve ik. Ik ben wakker en sta hier, met de karabijn aan de voet, naast het schildershuisje'). Achter mij staan de gebouwen van het kampement. Daar zijn schat ik, zo'n vier honderd man allemaal in diepe rust. In het wachtlokaal achter mij is nog iemand wakker: mijn sergeant, die zijn rapport zit te schrijven of zijn regelementen leest. Tijdens zo'n stil uurtje van de nacht gaat er veel in mij om. Vanochtend zijn we nog uitgerukt naar de goenoeng Padakasih, de plek waar we zo dikwijls oefenen. Het zat mij niet mee. Ik ben gestruikeld bij het sjouwen met de accu's en kwam met een bezeerde knie achteraan, wat me een aan merking van de sergeant kostte. Die Van der Heiden is geen gemakkelijke. Ik ben niet naar de ziekenverpleger ge gaan, anders zouden ze denken dat ik mij van de wacht wilde drukken. Trouwens het is niks, ik loop alweer beter. Toch voel ik mij moe. Ik neem de spuit aan de schouder en loop wat heen en weer voor de open poort. Ik probeer meteen die knie wat te oefenen door het been wat flinker te zwaaien. Wat duurt dat uur toch lang... Ik denk aan soldaat Peuter die in staat was om op de post staande in slaap te vallen! Je kon niks aan hem zien, totdat de wacht commandant zijn hand voor diens ogen heen en weer bewoog. 'Zeg, je slaapt man!' Geschrokken stamelde Peuter: 'O, nee, nee, sergeant, ik ben wakker.' 'Maak dat je tante maar wijs!' zei de ser geant (gelukkig niet Van der Heiden). Wat is daar aan de hand? Ik dacht dat er aan de overkant iets bewoog. Even goed kijken, nee, toch niets te zien. Misschien een klein dier tussen het groen. Ik schud mijn hoofd een paar keer heen en weer, even flink bewegen om goed helder te worden. Ik laat mijn ogen de hele omge ving afspeuren, van links naar rechts, maar de wereld is uitgestorven, alleen ik sta hier nog. Ik krijg een gevoel van verantwoordelijk heid voor die rustende menigte. Ik pak de spuit op en ga weer even wat lopen, een goede manier om de tijd te doden. Ik hoor kwieke voetstappen vanuit de richting van de Hoofd-wacht. Even later herken ik de officier van piket, onze luite nant Van Vliet in zijn grijsgroen uniform en gewapend. Ik stel me op en neem de houding aan. De luit kijkt goedkeurend en groet, waarna hij door de poort loopt naar het wachtlokaal. Mijn gedachten gaan terug naar enkele jaren geleden, op wacht bij het munitie magazijn helemaal buiten Meester Corne- lis, ook in de smalle uurtjes van de nacht. Die post ligt nogal afgelegen en het terrein is enigszins begroeid, sawahs zijn vlakbij. Je hoort daar 's nachts allerlei geluiden: een kamponghond, een schreeuw van een vogel, overvliegende kalongs, kikkers... Opeens hoor ik een heel ander geluid. Het lijken wel voetstappen, maar ik zie geen mens. Toch even opletten. Ia, duide lijk geritsel, daar moet iemand zijn. Het kan geen verdwaalde inlander zijn. Die weten veel te goed dat ze hier niet kunnen komen. Ik wacht nog even en neem dan het geweer in de arm en roep duidelijk: 'Brenti, siapa itoe? Halt, wie daar?' Daarop haal ik de grendel van mijn geweer even over. Dat geeft een klikgeluid dat meters ver te horen is. Een figuur springt tevoorschijn en roept enigszins geschrokken: 'Officier van piket, op con trole.' Ik zet de spuit weer neer en laat de persoon naderen. Ik zie het al, jonge tweede luitenant, pas uit Holland, maar ik meld gewoon: 'Post vier, luitenant, geen bijzonderheden.' Hij zegt: 'Bedankt, schildwacht, ik ga maar verder' en hij vertrekt weer over het nor male pad. Ik denk bij mezelf, die zal nooit meer van zijn leven een schildwacht be sluipen. Ik zeg er geen woord over als ik in het wachtlokaal terug ben. Dat kan ik beter niet doen. Na een poosje komt de aflossing er aan. De nieuwe schildwacht stelt zich naast mij op en ik zeg: 'Geen bijzonderheden, de rest is bekend.' Ik neem het geweer aan de schouder en ga naar het wachtlokaal, waar ik mij afmeld bij de sergeant. Het moeilijkste uurtje van de wacht is ach ter de rug. D.A. Visker '1 Schildershuisje: klein hokje voor de schildwacht. Onder normale omstandig heden mag de schildwacht het hokje niet betreden, het dient alleen om hem enige beschutting te geven bij een hevige stort bui. Maar voornamelijk dient het als deco rum; het maakt duidelijk dat men zich voor een militair object bevindt waar een schildwacht als bewaker staat. Indische advocaten staan u graag bij Algemene praktijk (o.a. echtscheidingsrecht, huurrecht, strafrecht, erfrecht, arbeids-/sociaal verzekeringsrecht en vreemdelingenrecht) en gespecialiseerd in WUBO-, WUV- en WIV-zaken. SCHENKHUIZEN Advocaten 42ste jaargang nummer 5 november 1997 21 Bel of schrijf naar: Laan Copes van Cattenburch 137 2585 GA's Gravenhage, tel. 070 - 346 91 36

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1997 | | pagina 21