Igdopesië, Maleisië, Tbailagd, Vietgan).
moessQn
Nusa Ina Reizen
kreeg ik gauw mijn zeebenen weer terug
en de rest van de reis verliep best prettig.
Er was genoeg vertier aan boord en waren
we niet allemaal verbonden door hetzelf
de doel? Een nieuw begin te maken in een
onbekend land?
De eetzaal was te klein voor het grote aan
tal mensen en daarom aten we in twee groe
pen. Ik kan me na al deze jaren niet meer
herinneren of het eten goed of slecht was.
Het schip had nog steeds Maleise bedien
den en ik had me verheugd om weer
bekende gezichten te zien. Dat viel echter
behoorlijk tegen. Het waren jongere man
nen en anders dan vroeger, tamelijk brutaal
en lui. Op een avond liepen mijn man en
ik nog een rondje op het promenadedek
en werden we opeens geconfronteerd met
één van hen, die hoogstwaarschijnlijk een
opgekropte haat jegens een blonde totok
had. Zonder enige provocatie gaf hij mijn
man zo een klap in zijn gezicht.
Aangezien ze meestal gewapend zijn met
een dolk of zoiets, deden we niets terug.
Trouwens, we waren te zeer geschokt en
ook wilden we geen soesah maken.
Dat was het enige onaangename incident
dat we aan boord meemaakten.
De reis verliep verder heel rustig, het werd
iedere dag warmer en we deden na veer
tien dagen de Canarische eilanden aan.
Dat was geweldig. We mochten aan wal en
door de stad Las Palmas lopen. Ik genoot
van de tropische plantengroei en de heer
lijke vruchten op de markt.
Op 6 februari arriveerden we heel vroeg in
de ochtend op de rede van de Tafelbaai.
Bijna iedereen kwam, in pyjama nog, op
het dek om eerste indrukken op te doen
van z'n toekomstige thuisland. Het was
erg indrukwekkend. De Tafelberg was be
dekt door een wolkendeken en aan de
voet stonden piepkleine huisjes.
We stonden bepakt en bezakt. De avond
tevoren had iedereen met elkaar adressen
en namen uitgewisseld en elkaar geluk
gewenst voor de toekomst.
In lange rijen liepen we langs de emigra
tie-officieren en de douane. Uiteindelijk
konden we met de bus door Kaapstad
naar het station rijden. De huisjes die van
af de boot zo klein leken, bleken grote
winkelgebouwen te zijn.
Onze bagage konden we afgeven op het
station, want we moesten nog doorreizen
naar lohannesburg, onze eindbestemming.
De trein vertrok pas om zes uur in de
avond en we waren nu vrij om de stad te
verkennen.
Eerst bestelden we iets om te drinken op
het station, thee, de nationale drank! Wat
een verschil met Holland. Hier kreeg je
een reuzekop met sterke thee, boordevol,
een flinke scheut melk er in en de suiker
pot op tafel! Er konden wel vijf Hollandse
theekopjes in, zo groot was die theekop.
Er werd overal Afrikaans gesproken en
geen Engels zoals we verwacht hadden.
Het klonk ons vreemd en toch vertrouwd
in de oren. Nu kan ik het uitstekend vol
gen, maar nog steeds niet goed spreken.
Engels ligt me makkelijker in de mond.
De winkelgebouwen in de stad leken erg
veel op de oude gebouwen die we vroeger
in Batavia's benedenstad zagen. We liepen
winkel in, winkel uit. Zoveel nieuws te
zien. De O.K. Bazaar herinnerde mij aan
de Hema in Holland. En dan het nieuwe
geld: ponden en shillings. Nog heel lang
rekende je alles weer terug in guldens.
We reden met een bus door de buitenwij
ken (suburbs). De huizen hadden net als
in Indië grote voorgalerijen (veranda's) en
mooie, grote, wel aangelegde, verzorgde
tuinen. De straten waren lekker breed en
heel voornaam. Net zoals in Indië reed
het verkeer links.
Eindelijk was het tijd om de trein te boar-
den. Nog meer nieuwe indrukken! We kre
gen een kleine coupé met twee slaapplaat
sen boven elkaar. De zwarte bediende
kwam ze met prachtig, spierwit linnen op
maken. We aten al rijdend het avondeten
in de restauratiewagen. De volgende och
tend, heel vroeg, kwam een zwarte bedien
de koffie en thee brengen. Wat een luxe!
Veel hadden we niet geslapen, want om de
zoveel tijd stopte de trein weer ergens in
de pikdonkere nacht; niets te zien dan een
klein lichtje in het gebouwtje dat een sta
tionnetje bleek te zijn. De locomotief had
water en kolen nodig. Op die grote afstan
den konden hier nog geen electrische trei
nen rijden.
De hele dag reden wij door eindeloze
vlakten; bruin gras, vage bergen en hier en
daar een boom. Geen mens of dier was er
te zien. Stopten we weer bij zo'n water
plaats, dan zag je zwarte verkoopsters die
je verse groenten en vruchten aanboden.
Ik kocht mijn eerste ananas en met be
hulp van een zakmesje werd het met onze
medereizigers gedeeld. In de avond werden
onze bedden weer neergelaten en onberis
pelijk opgemaakt met een dikke deken,
want de nachten waren koud. Het eten
was geweldig goed en de bediening puik.
De volgende ochtend vroeg reden wij
lohannesburg binnen. Met onze neuzen
tegen het glas gedrukt keken we naar deze
grote, drukke stad met al die hoge gebou
wen. Dit was dan ons begin.
Op het station stond een grote menigte
mensen op de emigranten te wachten.
Vrienden, kennissen en de Hollandse emi
grantenvereniging. Onze borg stond er
ook bij en nam dankbaar zijn kist met
keukenbont in ontvangst. Daarna kwam er
een wildvreemde Hollander op ons af; hij
had gehoord dat wij uit Sassenheim kwa
men. Hij zei dat hij daar ook vandaan
kwam. Hij wist voor ons een adres waar
we kamers konden huren en bracht ons
met zijn auto er heen. Verder regelde hij
alles. Na hem heel hartelijk bedankt te
hebben (we waren volkomen overrompeld)
zei hij goedendag en we hebben hem
nooit weer gezien. Tot op heden ben ik
die man dankbaar.
(wordt vervolgd)
Nusa Ina gaat verder in reisplezier.
Vrijheid, blijheid: keuze uit complete rondreizen, startpakketten
of individuele arrangementen om zelf uw eigen reisprogramma
samen te stellen. Zegt u het maar: in een kleine groep reizen
of geheel privé.
Begin uw ontdekkingsreis in onze uitgebreide brochure '98.
Nieuw in ons programma: «Privéreizen door heel Indonesië
- De specialist die verder gaat -
Laan van Meerdervoort 326A - 2563 AM Den Haag'
Telefoon (070) 3633 923 - Fax (070) 3614 707-
Kint
34