Rubber moessQn 'Bij de rivier was het oude ramme lende en piepende huurfordje met knersend geluid van remmen tot staan gekomen. De inlandsche chauffeur kroop achter het stuur vandaan, liep naar den oever en slaakte een doordrin gende kreet, die beantwoord werd èrgens uit de dichte begroeiing langs den stroom. "Is de veerman er weer niet?" mop perde John van Laer die achter in de auto zat. Hij was assistent op de nieuwe rubberontginning van de groote Amerikaansche rubber maatschappij: de Sumatra Hevea Coy...' De bovenstaande foto doet aan het be gin van Rubber denken, de roman van Madeion Székely-Lulofs uit 1931. Rubber vertelt over het leven in Deli tussen 1920 en 1930, van de pioniers tijd en de roaring twenties tot de crisis genadeloos toeslaat. De boeken van Madeion Székely-Lulofs zijn in de jaren dertig bijzonder popu lair geweest en Rubber helemaal, dat boek is zelfs verfilmd in 1936. Maar opvallend is dat Székely-Lulofs spoedig weer van het toneel verdween. Daar zullen E. du Perron en Menno ter Braak een belangrijk aandeel in gehad hebben. Zij hadden geen goed woord over voor haar boeken: 'werkelijk alles behalve eersterangswerk' vonden ze haar romans en ze werd vaak in één adem genoemd met Jo van Ammers- Köller, Annie Foore en Marie Corelli. Marie Corelli ken ik niet, maar vol gens Rob Nieuwenhuys las zijn moeder haar boeken 'en alles wat mijn moeder las, was fout.' Ter Braak vindt dat Szé kely-Lulofs een 'onmiskenbaar handige pen' heeft, maar ze blijft in zijn ogen een 'middelmatig en onoorspronkelijk schrijfster'. Daum en Székely-Lulofs Ook P.A. Daum was (eind negentiende eeuw) korte tijd zeer geliefd en daarna vergeten. Pas in de jaren dertig zijn er weer een paar herdrukken verschenen, verzorgd door E. du Perron. In diezelf de tijd - in 1939 om precies te zijn - schreef Rob Nieuwenhuys een artikel over Daum in Groot-Nederland (dat was een van zijn eerste publicaties). Het is opvallend dat Du Perron van Székely-Lulofs niets moest hebben en zo gecharmeerd was van Daum, terwijl ze juist op elkaar lijken, Daum en Székely-Lulofs: allebei proberen ze een volledig beeld te geven van de Indische Het voornaamste bezwaar tegen Rubber is de rommelige opbouw. Daardoor ontbreekt het aan spanning. Er is zo veel aandacht voor de tails (die op zich wel weer interessant kun nen zijn) dat het eigenlijke verhaal over spoeld wordt. Rob Nieuwenhuys zei pas nog over haar: 'Ze schrijft aan één stuk door. Net als Margaretha Ferguson. Ze kan eigenlijk niet schrijven: nu moet ik stoppen, nu moet ik doorgaan - daar had ze geen sjoege van.' Belangrijkste verhaallijn in Rubber is de relatie tussen John van Laer, Renée en Ravinsky: Van Laer en Renée zijn getrouwd, maar Renée wordt verliefd op Ravinsky. Van Laer heeft Renée tijdens verlof in Nederland ontmoet. Zodra hij in het begin van het boek aankondigt dat hij zijn handschoentje uit Nederland laat overkomen, is de aandacht van de lezer gegrepen: als dat maar goed afloopt. Maar die vraag vergeet je vrij snel weer doordat je een hoop andere informatie krijgt. De rode draad is onvoldoende aanwezig. Merk bijvoorbeeld op dat Renée pas na zo'n honderd bladzijden opgevoerd wordt. In de romans van Daum blijft toch meestal één verhaallijn overheersen. In elk geval worden de typisch Indische situaties beter ingepast, blij ven ze meer op de achtergrond. In een van zijn fotoboeken zegt Rob Nieuwenhuys dat Daum nooit een poging tot 'sfeerschepping' doet, maar dat bij geen andere schrijver uit tempo doeloe de onvergelijkelijke sfeer van oud-Indische huizen zo voelbaar is als bij hem. Een ander verschil met Rubber is dat de personages uit de romans van Daum échter zijn, realistischer. Ze hebben onmiskenbare zwakheden, maar daardoor komen ze wel meer tot samenleving, zonder er verder een oordeel over te vellen. Waarom zijn de romans van Daum beter dan Rubber 28 4¥**- Tekst: Geert Onno Prins Foto's: Alberdien Haalboom en Moesson

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 28